DNA - Transcriptie
8 belangrijke vragen over DNA - Transcriptie
Welke typen RNA bestaan er?
- rRna: ribosomen bestaan hieruit (ribosomaal RNA)
- tRNA (transfer-RNA): deze moleculen binden in het cytoplasma aan aminozuren uit het cytoplasma waardoor er een tRNA-minozuurcomplex ontstaat. Deze vervoer het aminozuur naar een ribosoom.
- mRNA
Hoe heet de vorming van mRNA
Hoe en waar begint de transcriptie?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welke stappen worden ondernomen bij de vorming van een eiwit?
- Transcriptie: pre-mRNA wordt gevormd (in de celkern)
- RNA processing: het bewerken van het pre-mRNA (splicing), hierdoor ontstaat een mRNA-molecuul
- mRNA-molecuul verlaat via de kernporie de celkern en komt in cytoplasma zodat zijn nucleotidevolgorde door een ribosoom kan worden afgelezen
- Translatie: mRNA-molecuul ondergaat translatie waar door een ribosoom de nucleotidesequentie van het mRNA vertaalt wordt in een eiwit
Wat gebeurt erbij RNA processing?
- pre-mRNA bevat rode (stukjes coderend DNA) en gele (stukjes niet-coderend DNA) stukken en de gele (introns) stukken moeten worden verwijdert.
- Rode (exons) stukken blijven over alleen exons bezitten informatie voor de synthese van eiwitten.
- een splicesoom knipt de introns uit het pre-mRNA en plakt de exons vervolgens aan elkaar. Dit proces heet splicing en dan is er een mRNA molecuul gemaakt.
- doordat er verschillende mogelijkheden zijn voor splicing van een pre-mRNA-molecuul, kunnen er verschillende mRNA-moleculen worden gevormd uit 1 pre-mRNA-molecuul. Hierdoor kan 1 gen coderen voor verschillende eiwitten
Hoe heet de keten met de promotor? En hoe heet de andere keten?
Tegenover welke streng kopieert RNA de strengen, en waarom?
Wanneer stop de transcriptie?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden