Stofwisseling - stofwisseling in cellen - Assimilatie en Dissimilatie

29 belangrijke vragen over Stofwisseling - stofwisseling in cellen - Assimilatie en Dissimilatie

Hoe wordt de combinatie van adenine met de ribose genoemd?

adenosine

Wat zijn de definities van assimilatie en dissimilatie?

  • Assimilatie = de opbouw van grotere organische moleculen (koolhydraten, vetten, eiwitten, DNA, etc.) uit kleine moleculen. Hiervoor is energie nodig die verkregen wordt uit bijvoorbeeld dissimilatie.
  • Dissimilatie = de afbraak van (grote) organische moleculen tot kleine moleculen. Hierbij komt energie vrij.

Waar wordt de vrijgekomen energie bij dissimilatie voor gebruikt?

Het transporteren in de cel, verbranding van glucose waarbij zuurstof gebruikt wordt.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Bij welke dragermoleculen komt in de molecuulstructuur het nucleotide AMP voor?

signaaldrager

Wat is de molecuulformule van glucose?

c6h12o6

Wat is het verschil tussen koolstofassimilatie en voortgezette assimilatie?

  • Koolstofassimilatie = de vorming van glucose uit de anorganische stoffen koolstofdioxide en water.
  • Voortgezette assimilatie = omzetting van organische moleculen uit de koolstofassimilatie tot andere organische moleculen (uit glucose worden bijvoorbeeld koolhydraten, vetten, eiwitten, DNA, et cetera gevormd).

Wat is het voornaamste verschil tussen organische en anorganische stoffen?

Organische stoffen bevatten een of meerdere ketens van koolstofatomen, anorganische stoffen slechts een enkele koolstofverbindingen.

Hoe komen cellen aan hun benodigde energie?

Cellen verkrijgen de benodigde energie uit de moleculen van ATP (adenosinetrifosfaat). Deze moleculen transporteren chemische energie naar plaatsen in de cel waar energie nodig is. ATP bestaat uit adenosine (adenine + ribose) en drie fosfaatgroepen. De bindingen tussen de fosfaatgroepen bevatten veel chemische energie. Om de energie uit het molecuul te verkrijgen, wordt de derde fosfaatgroep afgesplitst. Hierdoor ontstaat ADP + P + energie (ADP = adenosinedifosfaat).

Wat is voortgezette assimilatie?

Kleine organische moleculen worden omgezet in grotere organische moleculen (er is energie nodig om dit uit te voeren).

Wat is er nodig voor een grote organische molecuul?

In een grote organische molecuul zijn veel atomen met elkaar verbonden door energierijke eindigen. Voor die binding is energie nodig.

Waarom zijn heterotrofe organismen niet in staat tot koolstofassimilatie?

Omdat zij geen chloroplasten in hun cellen hebben en dus niet aan fotosynthese kunnen doen.

Wat is het verschil tussen autotrofe- en heterotrofe organismen?

Autotrofe organismen vormen glucose van anorganische stoffen (koolstofdioxide en water) en heterotrofe organismen kunnen geen eigen glucose vormen en moeten dat door voedsel tot zich nemen.

Wat gebeurd er met de energie tijdens assimilatie?

de energie wordt verbruikt omdat er bindingen worden gemaakt. het kost dus energie

Wat gebeurd er met de energie die vrijkomt van dissimilatie?

De energie kan woorden gebruikt voor assimilatie of voor andere processen in de cel zoals, transport.

Wat voor organismen (auto/herterotroof) gebruiken koolstofassimilatie en waarvoor?

Autotrofe, voor het vormen van glucose uit de stoffen koolstofdioxide en water.

Wat is de grondstof voor voortgezette assimilatie en welke mineralen voor autotrofe organismen zijn daar voor nodig?

Glucose, de mineralen nitraat en fosfaat zijn vaak nodig in autotrofe organismen.

Wat is de functie van de ATP moleculen in dit proces?

ze transporteren chemische energie in de cel naar plaatsen waar energie nodig is (binnen de cel)

Waarom is het belangrijk om de ruimtelijke structuur van een molecuul te begrijpen?

De ruimtelijke vorm van een molecuul speelt een belangrijke rol in de werking van de stof (hier wordt meer over verteld in het hoofdstuk 'Enzymen').

Welke stoffen zijn er voor en na voortgezette assimilatie in heterotrofe organismen?

Voor: Vetten, Koolhydraten, eiwitten en DNA (organisch materiaal)

Na: afvalsstoffen als stikstofverbindingen en fosfaat

Wat zijn anorganische stoffen?

Alle stoffen die niet tot de organische stoffen behoren.

Wanneer spreek je van een dubbele binding?

Wanneer er twee verbindingen tussen twee atomen zijn in plaats van één.

Welk atoom bevatten bijna alle organische stoffen?

Het atoom Koolstof (C)

Wat zijn organische stoffen?

Organische stoffen zijn koolstofverbindingen. Bij bijna alle organische stoffen bevatten de moleculen een of meer ketens van koolstofatomen. Die ketens kunnen verschillen in lengte.
Het bevat dus koolstof (C), waterstof (H), zuurstof (O). De stoffen stikstof (N), zwavel (S) en fosfor (P) komen vaak voor.
Een voorbeeld van een organische stof is glucose.

Uit welke atomen bestaat een organische stof meestal?

Koolstof (C), Zuurstof (O), Waterstof (H), Stikstof (N), Fosfor (P) en Zwavel (S)

Noem een belangrijke organische stof die gebruikt wordt bij het vrijmaken van energie.

Glucose

Koolstofassimilatie bij een autotroon organismen, hoe werkt dat?

Planten en cyanobacteriën zijn autotroof, ze kunnen glucose maken uit anorganische stoffen koolstofdioxide eb water (of andere stof met waterstof). We noemen dit koolstofassimilatie. Hier is energie voor nodig en dat halen ze uit (zon)licht. Dat proces wordt fotosynthese genoemd.

Waar in een cel van een autotroof organisme vindt koolstofassimilatie plaats?

In de chloroplasten

Hoe wordt dissimilatie met zuurstof genoemd?

verbranding

WaWat is de basis bij voortgezette assimilatie?

Glucose is de grondstof vorming van andere koolhydraten, vetten, eiwitten en DNA. B voortgezetten assimilatie in autotrofe organismen zijn mineralen als nitraten en fosfaten nodig.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo