Hormonale regulatie - Hormoonklieren - Hypofyse

6 belangrijke vragen over Hormonale regulatie - Hormoonklieren - Hypofyse

Inhibiting hormonen wat doen deze?

Deze zorgen ervoor dat de endocriene (door bloed getransporteerd) cellen in de hypofysevoorkwab geen hormonen meer produceren (groeihormoon en prolactine (Prolactine verzorgt meer functies dan alleen het reguleren van de melkproductie. Zo heeft prolactine invloed op de water- en zouthuishouding)

Releasing hormonen (RH) wat doen deze?

Stimuleren de endocriene cellen in de hypofysevoorkwab om bepaalde hormonen te produceren -groeihormoon, FSH, TSH, LH prolactine en adrenocoricotroop hormoon (stimuleert de bijnieren om het stresshormoon cortisol aan te maken. )

Welke hormonen uit de hypofysevoorkwab beïnvloeden de ovaria (eierstokken) en de testes (teelballen)

FSH Het follikelstimulerend hormoon (FSH) (Laat de eicellen groeien) LH Hormoon Het luteïniserend hormoon (LH)  Het stimuleert de eisprong en zorgt dat een bevruchte eicel zich kan nestelen in de baarmoeder.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

De hypofyse kun je het regelcentrum van het hormoonstelstel noemen?

De klier produceert diverse hormonen die bijvoorbeeld de schildklier, de bijnieren en de geslachtsklieren beïnvloeden.

De hypofyseachterkwab is eigenlijk een voortzetting van de hypothalamus?

De hypothalamus geeft signalen af aan de hypofyse door middel van zogenaamde ‘releasing hormonen’. Deze hormonen zetten de hypofysevoorkwab aan tot de productie van hormonen die diverse klieren stimuleren.

Wanneer de borst te lang vol blijft, neemt een bepaalde stof in de moedermelk toe. De hersenen krijgen dan het signaal om de afgifte van prolactine te verminderen. Moeders kunnen het best stoppen met het geven van borstvoeding door het in een paar weken langzaam af te bouwen. Zo geeft een moeder haar baby steeds minder voedingen per dag. Leg uit hoe dat de afgifte van prolactine en de productie van melk beïnvloed

Wanneer een moeder een voeding minder geeft, blijft de melk die de baby niet opdrinkt in de borst achter. Een bepaalde stof in de melk neemt dan toe en remt de afgifte van prolactine. Hierdoor produceren de melkklieren minder melk. Door na een tijdje wéér een voeding minder te geven, wordt de afgifte van prolactine nog meer geremd. Dit gaat zo door totdat de prolactineproductie stopt en de melkklieren geen melk meer produceren.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo