Transport - Typen Bloedsomlopen

Question

Waarom hebben dieren die uit enkele cellagen bestaan geen bloedsomloop?

Answer 1

Dieren met maar enkele cellagen hebben geen bloedsomloop nodig voor het transport van stoffen. Omdat stoffen slechts over kleine afstanden getransporteerd worden zorgen diffusie, osmose en de permeasen in celmembranen voldoende voor transport.

Answer 2

per omloop 2x door hart; vogels/ zoogdieren: hart-longen-rest v lichaam-hart

Answer 3

De functies van een bloedsomloop zijn:

Transport van stoffen
Zorgen voor een homogeen en constant milieu, o.a. de warmteverdeling
Verspreiding van antistoffen voor de afweer

Answer 4

1. het bloed stroomt oor een deel vrij door het lichaam

2. kamer in achterlijf, aorta, rest v/h lichaam, kamer

3. insecten

Answer 5

Bij een enkelvoudige bloedsomloop stroomt het bloed per omloop één keer door het hart. Bij vissen bijvoorbeeld, pompt het hart het bloed naar de kieuwen. Daar neemt het bloed zuurstof op en stroomt het verder naar de organen.

Answer 6

stoffentransport, afweer tegen ziekteverwekkers

Answer 7

1. per omloop stroomt het bloed één keer door het hart
2. boezem pompt het bloed naar de kamer, de kamer pompt het bloed naar de organen
3. vissen

Answer 8

ontstaan: in rode beenmerg uit stamcellen oiv EPO uit nieren; afbreken: in rode beenmerg, milt, lever.

Answer 9

kamers trekken samen, boezems= ontspanning, bloed KAMERS--> longslagaders/aorta. hartkleppen dicht (=1e harttoon), halvemaanvormig open; papillairspieren trekken samen = verhinderen hartkleppen doorslaan

Answer 10

hartritme x slagvolume

Answer 11

1 cellaag endotheel; begin v haarvaten: kringspiertjes (sluiten haarvat af wanneer weefsel in rust)

Answer 12

fijne bloedvaatjes waar haarvaten zich herenigen, shuntbloedvaten direct bloed ontvangen vanuit arteriolen.

Answer 13

zeer gespierd

Answer 14

Alle vaste bestandsdelen ontstaan in het rode beenmerg uit stamcellen. Een hemopoietische cel splitst zich in een myeloïde stamcel en een lymfoïde stamcel. Hieruit ontstaan bloedplaatjes, rode bloedcellen en witte bloedcellen.