Voeding en vertering - De verteringssappen
10 belangrijke vragen over Voeding en vertering - De verteringssappen
Welke stoffen kunnen zonder bijkomst van verteringssap door het lichaam worden opgenomen?
- Water
- Mineralen
- Vitamines
- Monosachariden
Welke stoffen hebben kunnen er alleen met bijkomst van verteringssappen door het lichaam worden opgenomen?
- Eiwitten
- Disachariden
- Polysachariden
- Vetten
Welke stappen komen er voor in het afbraakproces, van de stoffen die alleen met behulp van verteringssappen door het lijf kunnen worden opgenomen?
Afbraak tot aminozuren.
Di- en polysachariden:
Afbraak tot monosachariden.
Vetten:
Triglyceriden: naar Diglyceride - naar Monoglyceride, naar Glycerol.
Voor een belangrijk deel wordt de laatste vetzuurketen niet afgesplitst.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat zijn de eigenschappen van het enzym Amylase?
Autonoom zenuwstelsel, na zintuigelijke prikkeling als geur of kleur.
Functie: Het breekt zetmeel af tot Maltose.
Klimaat: actief bij een pH 6-7,5, optimaal is 6,6
Welke enzymen zijn er aanwezig in het maagsap en wat zijn hun eigenschappen?
1. Het autonoom zenuwstelsel stimuleert de productie van maagsapklieren, na zintuigelijke prikkeling door geur of kleur
2. Het hormoon Gastrine uit de maagwand.
3. Positieve terugkoppeling (tussen pepsine en pepsinogeen)
Enzymen:
- HCl - voorziet in het zuur (pH 2,5) dat Pepsinogeen activeert.
- Pepsinogeen - geactiveerd pepsinogeen "Peptase" - splitst eiwitmoleculen in polypeptiden.
Hoe wordt de twaalfvingerige darm geactiveerd?
Wat doen de hormonen secretine en cholestokinine?
Cholecystokinine stimuleert de alvleesklier tot het aanmaken van een pro-enzym "trypsinogeen" en de peptidasen (enzymen in de dunne darm): amylase, lipase, DNA-ase en RNA-se.
Welke stoffen geven de alvleesklier en lever af en wat is hun werking?
Welke processen vinden er plaats nadat de verteringsenzymen uit het alvleessap de twaalfvingerige darm hebben bereikt?
- Trypsinogeen wordt trypsine, trypsinesplitst lange polypeptiden in korte polypeptiden.
- DNA-ase en RNA-se: splitsen DNA en RNA in nuclëotiden.
- Amylase maakt van zetmeel, maltose.
- Lipase maakt van triglyceriden: glycerol, vetzuren en monoglyceriden.
- Het Ph in de twaalfvingerige darm daalt door vrijgekomen vetzuren tot ongeveer 7.
Welke processen vinden er in de dunne darm plaats?
- Maltase voltooid de vertering van zetmeel en splitst het door amylase geknipte maltose in glucose.
- Peptidasen: voltooien de vertering van eiwit en knippen di- en tripeptiden in aminozuren.
- Sacharase verteert sacharose.
- Lactase verteert lactose.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden