Samenvatting: Biologie Voor Jou Vwo B1 : Tweede Fase | 9789020853582 | Gerard Smits, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Biologie voor jou vwo B1 : tweede fase | 9789020853582 | Gerard Smits en Ben Waas.
-
5 Homeostase
-
5.1 Een constant intern milieau
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.1
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe wordt het interne milieu constant gehouden?
Door middel van negatieve terugkoppeling. (rond de normwaarde word alles gehouden) -
5.1.1 Algemeen
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Waar zorgen homestatische regelmechanismen voor?
- omstandigheden interne milieu veranderen niet te veel
- omstandigheden schommelen rond de normwaarde
- door homeostase ontstaat er een constant intern milieu
- omstandigheden interne milieu veranderen niet te veel
-
5.1.2 Regeling van de lichaamstemperatuur
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.1.2
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe zit de regeling van de lichaamstemperatuur in elkaar?
Hypothalamus registreert lichaamstemperatuur onder de normwaarde -> Warmteproductie stijgt, stofwisseling neemt toe, eventueel rillen/klappertanden. Warmteafgifte daalt, bloedvaten in de huid vernauwen, minder zweten -> lichaamstemperatuur stijgt -> hypothalamus registreert lichaamstemperatuur boven de normwaarde -> warmteproductie daalt, stofwisseling neemt af. Warmteafgifte stijgt, bloedvaten in de huid verwijd meer zweten -> lichaamstemperatuur daalt -> etc. -
Het interne milieu wordt ook op peil gehouden door opname, opslag en afgifte, licht dit verder toe.
Een teveel kan worden opgeslagen, dit zit dan niet meer in het interne milieu en kan later bij een tekort weer worden opgenomen. Een teveel kan ook worden uitgescheiden, dit gebeurt vooral bij schadelijke stoffen. -
Waar in het lichaam worden stoffen uitgescheiden, opgenomen en opgeslagen?
Uitscheiden- longen
- lever
- nieren
- darmkanaal
- longen
- geel beenmerg
- spieren
- lever
- onderhuidsbindweefsel
- longen
-
5.2.1 Algemeen
Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.2.1
Laat hier meer flashcards zien -
Geef een schema van de werking van het zenuwstelsel.
- Je krijgt een prikkel (geur)
- Impuls wordt naar je hersenen gestuurd
- Hersenen sturen nieuwe impulsen
- Impulsen zorgen ervoor dat je spier samentrekt om vb iets te pakken.
-
5.2.2 Neuronen
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.2.2
Laat hier meer flashcards zien -
wat is een uitloper die een impuls naar het cellichaam toe geleid en wat is een uitloper die een impuls van het cellichaam af geleid?
Dendrieten geleiden naar het cellichaam toe en axonen(neurieten) van het cellichaam af. -
om de uitlopers van het animale zenuwstelsel ligt de myelineschede. bestaat uit de cellen van schwann.
de uitlopers van bepaalde neuronen van het vegetatieve zenuwstelsel zijn ongemyeliniseerd -
5.3 Impulsen
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.3
Laat hier meer flashcards zien -
hoe is de lading verdeling bij neuronen?
de binnenkant van het celmembraan is negatief geladen met ongeveer 70mV tenopzichte van de buitenkant van het celmembraan. dit is bij alle neuronen gelijk in RUST. -
na impuls kan het celmembraan kort geen impuls geleiden dit heet?
hetstelfase duurt ong 1 mili sec, een impuls(de actiefase) duurt ook ong 1 milisec
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden