Samenvatting: Biologie Vwo 6
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Biologie VWO 6
-
17 Stedelijke ecosystemen
-
17.1 Het ecosysteem stad
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 17.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat gebeurt er met de energie die planten en bacteriën via foto- en chemosynthese vastleggen?
Deze energie is beschikbaar voor andere organismen in het ecosysteem. De consumenten leven van deze energie die geproduceerd is door de planten en bacteriën. -
Wat doen de reducenten in de voedselketen?
Reducenten breken organische stoffen volledig af tot anorganische stoffen. Via de reducenten verlaat de laatste hoeveelheid vastgelegde energie uit het ecosyteem. -
17.2 De stad selecteert
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 17.2
Laat hier meer flashcards zien -
Waardoor verdwijnen er populaties uit steden?
Door het bouwen van steden worden de tolerantiegrenzen voor een bepaalde abiotische factor overschreden, zoals hogere temperatuur en minder water. Ook kunnen de menselijke voorzieningen, zoals een straatlantaarn, storend zijn voor dieren waardoor ze verdwijnen uit de stad. -
Waardoor biedt een stad ook kansen voor de dieren?
In de stad is veel eten te vinden in afval en in de winter is de temperatuur hier aangenamer dan in het bos. -
Waardoor kan het aantal soorten in de stad er groot zijn?
Door de verscheidenheid van habitats en niches. Zo heeft een huis meerdere verdiepingen en een stad drukke en rustige gebieden. -
Hoe komt het dat de biodiversiteit in een stad in de loop van de tijd eigenlijk altijd toeneemt?
Het aantal soorten neemt toe maar ook de genetische diversiteit van de populaties en de biologische structuren van bijvoorbeeld spinnenwebben. -
Wat is een voorbeeld van een gradiëntenecosysteem en waarom?
De buitenwijk van een stad. De biodiversiteit in het centrum van de stad is klein, de buitenwijk is een overgang tussen de stad en zijn omgeving. In de buitenwijk is daarom de biodiversiteit hoger omdat het het overgangsgebied is van stad en omgeving. De dieren en planten uit beide ecosystemen vermengen zich daar dus. -
Noem twee voorbeelden van gradiënten van een overgangsgebied van stad en omgeving?
- De temperatuur neemt geleidelijk af.
- Het vochtgehalte van de bodem neemt geleidelijk toe. -
17.2.1 Deel 2: Volhouden in een nieuwe omgeving.
Dit is een preview. Er zijn 8 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 17.2.1
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom kan het foundereffect een populatie kwetsbaar maken?
Zolang de genetische variatie groot genoeg is, is er geen probleem. Maar door inteelt kunnen recessieve erfelijke aandoeningen ontstaan die dan alle andere nakomelingen in de populatie ook kunnen krijgen. Hierdoor wordt de populatie kwetsbaar. -
Waar hangt de snelheid van kolonisatie van een stad vanaf?
Hoe snel de kolonisatie van de stad vanuit de omgeving of andere steden plaatsvindt, hangt af van de afstand die de migrerende organismen moeten afleggen om in de stad te komen.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden