Samenvatting: Bloedtransfusies Deel 1
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van bloedtransfusies deel 1
-
5 bloed en bloederivaten
Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5
Laat hier meer flashcards zien -
Hoeveel bloed heeft een volwassenen persoon gemiddeld?
Een volwassen persoon heeft tussen de 5 tot 6 liter bloed. Een gemiddelde persoon van 70 kg heeft ongeveer 5 liter bloed in zijn lichaam. -
7 Ik geef omdat ik om je geef
-
Hoeveel mensen hebben in hun leven eens bloed nodig?
1 op de 5 -
8 donatie
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 8
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom wordt het gewicht gecontroleerd als je bloed wil geven? En wat wordt er nog door de arts geontroleerd?
-gewicht = moetminimaal 50 kg zijn, onder de 50 kg mag men welplasma doneren
Ook wordt debloeddruk gecontroleerd
- Elke donor moet ook een vragenlijst invullen ivm risicogedrag -
Hoe dikwijls mag men per jaar bloed geven?
Bloed geven mag om de twee maanden met een maximum van vier keer per jaar. -
Wie mag bloed geven maar zit in een situatie met een wachtlijst?
- koorts = 15 dagen na genezing
- medicatie inname= verschilt van situatie tot situatie
- tandsteenverwijdering= 1 week
- endoscopie = 4 maanden
- chirurgische ingreep= 4 maanden
- acupentuurbehandeling= Indien er wegwerpmateriaal werd gebruikt is er geen probleem, in elk ander geval 4 maanden
- reis buiten europa= 6 maanden
- reis naar groot- brittannie= 4 maanden
- partnerwissel= 6 maanden
- plaatsen van een piercing of tatoeage= 4 maanden
- bevalling, miskraam, borstvoeding= 6 maanden
- bloed gekregen= 4 maanden -
Wie mag geen bloed geven?
- bij drugsgebruik in het heden of verleden
- Wanneer de partner drugs gebruikt of gebruikte
- Wanneer de kandidaat donor seropositief is
- Wanneer hij/zij meer dan 1 seksuele partner heeft
- Wanneer de partner seropositief is
- Wanneer de kandidaat donor redenen heeft om tee denken dat zijn/ haar partner risicogedrag vertoont
- Wanneer een man seksuele relaties met een andere man heeft of had -
9 soorten donaties
Dit is een preview. Er zijn 17 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 9
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe dikwijls mag men bloed geven en hoeveel dagen moet er tussen de gift zitten? Hoeveel tijd neemt de bloeddonatie in beslag?
Vier keer per jaar kunnen mensen bloed geven, met een tussenperiode van 60 dagen. Een donatie neemt een uurtje in beslag. De bloedafname zelf duurt gemiddeld een 9 minuten. -
Wordt bloed van donor naar ontvanger volledig teruggegeven?
Wanneer bloed van donor naar ontvanger gaat wordt het nooit als volledig bloed teruggegeven aan de ontvanger, tenzij donor en ontvanger eenzelfde persoon zijn ( autotransufie). -
Wat wordt zeker op de bloedzak vermeld?
De bloedgroep en de RH- factor. -
Wanneer kan autotransfusie worden toegepast?
- preoperatief
- peroperatief
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden