Kostengedrag

11 belangrijke vragen over Kostengedrag

Wat wordt verstaan onder proportioneel variabele kosten?

Als de relatie tussen bedrijfsdrukte en kostentotaal lineair of evenredig is. Proportioneel variabele kosten zijn dus constant per eenheid. Dus bijv. 6 euro per stuk, ongeacht productieomvang.

Wat zijn constante (vaste) kosten?

Ook wel capaciteitskosten. Veranderen niet bij toe- of afname van de capaciteit.

Continue constant --> heeft betrekking op een bepaalde periode (bijv. jaar of maand). Over lange periode kan er sprake zijn van een aanpassing van de constante kosten (bijv. vervangen machine, aanschaf tweede machine).

Wat houdt de term 'different costs for different purposes' in?

Je hebt kostenopstellingen nodig voor verschillende doeleinden.

Bijvoorbeeld:
  • bepalen van een (kost)prijs --> d.m.v. bepaling kostentotaal bij 1 bedrijfsdrukte
  • nemen van een investeringsbesluit
  • beoordelen van uitvoeringsresultaten  --> afhankelijk van norm of standaard (hiermee wordt de werkelijkheid vergeleken).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat zijn disproportionele variabele kosten?

Kosten waarbij de relatie tussen de bedrijfsdrukte en kosten niet liniair of evenredig is.

Progressief variabele kosten = als de variabele kosten bij de toeneming van bedrijfsdrukte meer dan recht evenredig toenemen

Degressief variabele kosten = als de variabele kosten bij de toeneming van bedrijfsdrukte minder dan recht evenredig toenemen

Welke methoden zijn er voor de vaststelling van kostengedrag?

  1. Systematisch-analytische methode
  2. Methode m.b.v. comptabele informatie
  3. Methode m.b.v. spreidingsdiagram
  4. Hoog-laag methode
  5. Methode m.b.v. regressieanalyse

Wat houdt de systematisch-analytische methode in?

Geschikt voor ondernemingen waarbij men gebruik maakt van een systeem met standaardprijzen en -hoeveelheden.

De vaststelling van het kostengedrag hangt af van de relatie tussen de input en de output. De basis voor de vaststelling van de norm/standaard wordt gevormd door de (optimale) relatie tussen input en output en niet door historische gegevens.

Wat houdt de methode m.b.v. comptabele informatie in?

Maakt gebruik van informatie uit grootboekrekeningen en/of balansen. Afhankelijk van de wijze waarop het grootboek ingericht is (details) verliest of wint de informatie aan waarde. De kosten zijn constant, variabel of gemengd.

De algemene relatie voor de totale kosten is:

totale kosten = vaste kosten + q * tarief voor de variabel kosten

q = aantal eenheden

Wat houdt de methode m.b.v. spreidingsdiagram in?

Methode om visueel het kostengedrag af te lezen. In een grafiek (x-as: bedrijfsdrukte en y-as: kosten) zet men een aantal punten uit, waaar vervolgens een lijn door getrokken wordt. Deze lijn stelt het verloop van de totale kosten voor.

Wat houdt de hoog-laag methode in?

Methode berust op meer (minimaal twee) waarnemingen. Uit deze waarnemingen kiest men twee uitersten; de kosten bij de hoogste bedrijfsdrukte en de kosten bij de laagste bedrijfsdrukte.

De constante kosten zijn dan:

constante kosten = totale kosten bij een bedrijfsdrukte - (zelfde bedrijfsdrukte * variabele kosten per eenheid)

Wat houdt de methode m.b.v. de regressieanalyse in?

Geeft o.b.v. de beschikbare gegevens de beste beandering. De regressielijn geeft de algemene tendentie aan.

De sterkte van de samenhang tussen de variabelen productieomvang en totale kosten = correlatie. De mate van correlatie wordt uitgedrukt in een correlatiecoëfficiënt. Volkomen correlatie = als alle punten op een rechte regressielijn liggen (dicht bij 1 of -1).

Y = a + b X

Y = totale kosten
a = constante kosten
b = variabele kosten per eenheid
X = bedrijfsdrukte

Waar hangt de betrouwbaarheid van de uitkomsten van af?

Van de basisgegevens (zowel kwantitatief als kwalitatief). Aspecten waar op gelet kan worden zijn:

  • Waarnemingen (hoe breder het gebied waarin de waarnemingen liggen, des te beter het is).
  • Matching (relatie van de kosten en bedrijfsomvang is gebaseerd op kostentotalen en de daarbijhorende productiegrootte. Zijn de kosten op de juiste kostenrekening terecht gekomen?)
  • Overheadkosten (beter om als periodekosten op te voeren en niet toe te rekenen aan een  variabele)
  • Tijdsperiode (gebruik van korte intervallen)
  • Prijsmutaties (alle waarnemingen die in een analyse gebruikt worden moeten gebaseerd zijn op hetzelfde prijsniveau).
  • Afschrijvingen en investeringspremies
  • Stabiliteit (veranderende techniek maakt vergelijking van gegevens onmogelijk)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo