Samenvatting: Blok 5 Class Notes
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Blok 5 Class notes
-
Afasie
Dit is een preview. Er zijn 53 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 08/09/2014
Laat hier meer flashcards zien -
Waardoor ontstaat er spontaan herstel in de acute fase?
Door bijvoorbeeld adapitie van het bloed (veel functies komen terug door zuurstof aanvoer) -
Welke belangrijke diagnostische instrumenten gebruik je in de acute fase, en waarvoor gebruik je die?
- UCO; om een communicatiemiddel op te stellen (b.v. ondersteunen met gebaren, benadrukken van bepaalde woorden, belangrijke woorden opschrijven, enz...)
- Screeling; om de fonologie, semantiek en syntaxis te onderzoeken
- UCO; om een communicatiemiddel op te stellen (b.v. ondersteunen met gebaren, benadrukken van bepaalde woorden, belangrijke woorden opschrijven, enz...)
-
Wanneer mag je de AAT afnemen?
Als de patient neurologisch stabiel is (meestal in de revalidatiefase) -
Wat is de insteek van intensieve therapie?
Stoornis specifieke oefenfase (revalidatiefase)- Hersenstimulatie (van gestoord gebied)
- Andere delen in de hersenen nemen functies over, van wat stuk is
- Hersenstimulatie (van gestoord gebied)
-
Wat is de insteek in de chronische fase?
Consolidatiefase- Niet veel vooruitgang meer
- Hulpmiddelen meer prioriteit dan therapie
-
Hoe wordt afasie beschreven door de AAT vanuit het theoretisch concept?
- Afasie is een stoornis van het centrale taalverwerkingssysteem (in de grote hersenen, cortex) (dus niet perifeer)
- Multimodale taalstoornis (lezen, schrijven, spreken, luisteren)
- 4 hoofdsyndromen zijn vast te stellen d.m.v. AAT (Broca, Wernicke, Amnestische, Globale) en is altijd een configuratie van syndromen (geen zuivere)
-
Vul aan bij de Globale afasie:Vloeiendheid =Taalbegrip =Herhalen =Kenmerk =
Vul aan bij de Globale afasie:- Vloeiendheid = Slecht
- Taalbegrip = Slecht
- Herhalen = Slecht
- Kenmerk = Alle modaliteiten gestoord
- Vloeiendheid = Slecht
-
Welke modaliteiten kunnen onder de semantische as "Gesproken" geplaatst worden?
Luisteren + Spreken -
Wat zijn de doelen van de AAT?
- Differentiaal diagnose, afasie ja/nee (d.m.v. de Tokentest i.c.m. naspreken (de waarschijnlijkheid van afasie))
- Welke van de 4 taalmodaliteiten is aangedaan (Verschillen tussen subtestsp.)
- Welke linguïstische niveaus zijn aangedaan (Verschillen tussen subtestsp.)
- Ernst afasie (In vergelijking met alle afasiepatiënten en met een syndroomgroep)
- Syndroom differentiering: Hoofdsyndromen / Niet standaard afasieën / Niet classificeerbare afasieën
- Meten van de vooruitgang
-
Uit welke onderdelen is de AAT opgebouwd?
- Spontane taal (SPON)
- Token Test (TT)
- Naspreken (NA)
- Schrijftaal (ST)
- Benoemen (BE)
- Taalbegrip (TB)
- Spontane taal (SPON)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden