WC - Perioperatieve zorg

12 belangrijke vragen over WC - Perioperatieve zorg

Een operatie brengt een patiënt in een sress toestand:

  • - Bloedingen: leidt tot verminderde perfusie van cruciale organen zoals hersenen, nieren etc… Chirurg moet bloeding stoppen. Maar de anesthesioloog kan achter de schermen vullen en zorgen voor een stollingscorrectie.
  • - Ontstekingsreactie: vooral bij grote operaties zie je dat iemand echt een SIRS kan ontwikkelen. Dit kan ontstaan door zowel snijden als door infectie.
  • - Pijn.
    • o Patiënt beweegt: onhandig voor chirurg
    • o Instabiele fysiologie (bijv. tachycardie leidend tot ischemie hart, of HT leidend tot bloeding).
    • o Geestelijk trauma (niet onderschatten)
  • - (ademstilstand kan door obstructie of te diepe narcose)
  • - (hypotensie door medicatie: door zowel algeheel als door spinaal en epiduraal.

Wat is regionale/neuraxiale anesthesie?

- Regionale/neuraxiale anesthesie = verdoving deel van het lichaam. Ruggenprik opgedeeld in epidurale en spinale anesthesie.

Effect van algehele anesthesie: hypotensie. Hoe kun je hierop inspelen?

Effect van algehele anesthesie: hypotensie. Hier kun je op inspelen door van tevoren al wat vasopressie mee te laten lopen: bijv. efedrine (alfa 1 en beta agonist), noradrenaline (meer alfa 1 en beta 1 agonist), fenylefrine (alfa 1 agonist).
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is de trias van anesthesie?

- Hypnose/narcose
- Analgesie/pijnstilling
- Relaxatie/spierverslapping à niet alleen voor operateur maar ook voor intubatie.

Wat kan er cardiovasculair misgaan?

o Bloeding:
  • § Tachycardie
  • § Hypotensie
  • § Oplossing voor bloeding: vullen met NaCl, evt. bloedproducten
  • § Daling Hb à maar duurt een tijdje voordat je dat ziet. Bij een acute bloeding is het vocht wat je verliest nog niet aangevuld door het lichaam zelf. Het Hb is dan nog hetzelfde. Pas in een later stadium wordt het lager.

Wat kan er respiratoir misgaan?

o Longembolie: vaak niet een bloedprop, maar bijv. orthopedie zie je weleens vetembolus. Of luchtembolieën
o Intuberen kan lastig zijn. Situatie die je niet wilt meemaken is can’t ventilate, can’t intubate à dan nood cricotomie doen.

Wat kan er neurologisch misgaan?

o Als neuraxiale techniek gebruikt: beschadiging van zenuw. Je wilt onder T12-L1 zitten à is gebied waar cauda equina begint.
o Vooral bij wat oudere patiënten is CVA gedurende narcose niet ondenkbaar, vooral als je net CVA hebt gehad. Je kunt veel schommelingen in bloeddruk krijgen wat niet goed is voor brein perfusie.


Meten is weten – welke orgaansystemen wil je eigenlijk monitoren?

  • - Hartslag
  • - Bloeddruk: kan zowel niet invasief met een band, of invasief met een arterie lijn.
  • - Saturatie
  • - Neurologisch:
    • o Kunt naar pupillen kijken: grote pupillen als je niet genoeg narcose hebt gegeven.
    • o Zijn ook versimpelde EEG’s om te kijken of pijn
  • - Onder circulatie is ook urineproductie: zegt iets over hoe goed de patiënt gecirculeerd wordt. Als hij plast dan worden nieren goed geperfundeerd, zo ook de hersenen.
  • - ECG
  • - CO2 die uitgeblazen wordt. à end tidal CO2. Dit is het CO2 wat terugkomt.
  • - Temperatuur

--> Als iemand pijn heeft wordt iemand tachycard, hypertensief, grote pupillen.

Er wordt altijd met ABCDE mechanisme gewerkt.

- Is a gezekerd: ballonnetje opgeblazen, geluisterd, CO2 teruggekomen
- B: saturatie, EtCO2, RF (als spontaan adememd).
- C: bloeddruk (invasief en non-invasief), hartfrequentie, bijzonderheden ECG. NIBP is niet invasieve bloeddruk, ook invasieve bloeddruk. Urine output.
- D: Bis monitor om te kijken hoe diep iemand onder narcose is, expiratoir dampen
--> HF en RR en RF (als spontaan ademend) als indicator voor pijn.

- E: hier hoort ook onder andere je temperatuur bij.

Wat verwacht je te meten bij een bloeding?

o Saturatie à eerst stabiel, als Hb daalt dan daalt saturatie ook
o Urine output daalt
o Ademhalingsfrequentie nog gelijk, want dan moet anesthesioloog veranderen.
o Hartfrequentie stijgt
o Beademingsdrukken gelijk
o End tidal CO2 daalt; on CO2 uit te blazen moet het wel bij de longen komen om uit te blazen.
o ECG: iemand wordt tachycard. Stel er is coronairlijden, dan kan patiënt een relatief tekort aan zuurstof krijgen.
o Bloeddruk verlaagd à als bloeddruk verhoogd is komt dat door iets wat wij aan het doen zijn.

Wat verwacht je te meten bij anafylaxie?

o Bloeddruk daalt
o Hartfrequentie stijgt
o Urine output daalt
o Afwijkingen in de huid
o Angio-oedeem
o Hoge beademingsdruk. Je kunt erg bronchospastisch worden. Je moet tegen meerweerstand in ademen, je ziet hogere beademingsdrukken.
o Saturatie verandert niet echt. 
o Ademhalingsfrequentie stijgt. à als iemand zelf ademt wel, maar niet als dit niet gebeurd.
o End tidal CO2 daalt
o ECG: tachycardie

Wat verwacht je te meten bij longembolie?

o End-tidal CO2 is laag: CO2 kan moeilijk worden uitgewassen, echter CO2 in het bloed is hoog.
o Bloeddruk daalt (verminderde pre-load) à beetje afhankelijk van waar het embolus zit, daarom is ruiterembolus zo gevaarlijk want dan is hele pulmonalis afgesloten.
o Hartfrequentie stijgt
o Saturatie kan dalen door dode ruimte ventilatie. Er is minder bloed wat geoxigeerd wordt wat voor hypoxemie zorgt.
o Ademhalingsdrukken hetzelfde
o Ademhalingsfrequentie stijgt
o Urine output daalt à beetje afhankelijk van bloeddrukt
o ECG: stel je rechterventrikel moet echt hard tegen longembolie aan pompen, dan kun je rechtsoverbelasting zien.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo