WC - Dyspneu en hoesten INT
11 belangrijke vragen over WC - Dyspneu en hoesten INT
Epidemiologie dyspnoe in het ziekenhuis:
- - 7% van alle presentaties in het UMCU
- - >80% verwezen patiënten, weinig aanlopers naar de SEH
- - Diagnose afhankelijk van specialisme
- o Longgeneeskunde, cardiologie, interne geneeskunde, oncologie. Maar er kan soms wel overlap zijn.
Oorzaken acute dyspnoe:
Diagnostiek acute dyspnoe:
- - Laboratorium-onderzoek:
- o Lab: (algemeen bloedonderzoek, CRP, hartenzymen à troponine, CK, evt. D-dimeer)
- o Bloedgas
- - Microbiologie:
- o Kweken: bloed, urine, sputum
- o Sneltesten:
- § Pneumokokken/legionella urine (als je denkt aan pneumonie). Bij urinekweek ook altijd even opletten of het niet verontreinigd is met bacteriën uit het einde van de urethra.
- § Nasopharyngeale swab respiratoire virussen à bijv. coronavirus.
- - ECG: kijken naar ritmestoornissen, tekenen van oude of nieuwe ischemie.
- - Beeldvorming à thoraxfoto
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Beeldvorming: X-thorax – volgende dingen zien: interstitieel vocht:
Wat is de rol van een zijwaartse foto voor X-thorax?
Wat zijn de diagnostische clues voor een longembolie?
- - Dyspnoe in rust of bij inspanning (73%)
- - Pleurprikkeling (66%): De pleura pariëtale wordt geïnnerveerd, deze gaat pas pijn doen als je inflammatie (veroorzaakt door de ischemie) krijgt die tot daartoe uitreikt à daarom heeft niet iedereen pleuraprikkeling. Dit is ook de reden dat een acute longembolie nog geen pijn doet, omdat er nog geen inflammatie is.
- - Hoest (37%)
- - Orthopneu (28%)
- - Zwelling kuit en/of pijn (44%). (60-65% van de patiënten met een trombosebeen heeft ook een longembolie). Het kan soms ook uit de lies komen.
- - Piepen (21%)
- - Hemoptoe (13%)
Wat is de diagnostiek van een longembolie?
- - Klinische tekenen DVT
- - Hemoptoë
- - Pulmonaal embolisme is de meest waarschijnlijke diagnose.
- è De afkapwaarde van de D-dimeer is anders afhankelijk van deze score
- è Als vervanging voor de Wells criteria.
Wat zijn de anamnestische clues voor een pneumonie?
Specifieke infecties in DD:
- - Geografische factoren (resistente pneumokokken voor penicilline)
- - MERS-Cov à (SARS, Coronavirus)
- - MRSA
- - Sauna-/hotelbezoek (legionella)
- - Contact met dieren: Q-koorts à tot 1 – 2 km om geitenhouderij heen, psittacose
- - Viraal ziektebeeld (Influenza). Epitheel van bronchie is aangedaan, waardoor bacteriën die normaal niet tot infectie leiden nu wel voor pneumonie kunnen zorgen. Berucht is de staphylococcus aureus.
- - Immuundeficiëntie
- o Pneumocysits jiroveci
- o Mycobacterium tuberculosis
- o Schimmelinfecties
Kijk naar ernst pneumonie, hoe ernstig is het als ik met eerste antibioticum niet de bacterie pak?
Je kunt dit met verschillende scores scoren:
- PSI
- ‘pragmatische score’
Wat is een pragmatische score?
Waar wordt een milde community acquired pneumonie vaak mee behandeld, waar een een hospital acquired vaak mee?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden