Anesthesiologie - Pijngeneeskunde - Lage rugpijn is nooit aspecifiek
42 belangrijke vragen over Anesthesiologie - Pijngeneeskunde - Lage rugpijn is nooit aspecifiek
Wat is de jaarlijkse prevalentie van rugpijn?
Hoeveel % heeft ooit rugpijn in zijn/haar leven?
Lage rugpijn is de meest voorkomende oorzaak voor arbeidsongeschiktheid. Hoe hoog lopen de medische kosten per jaar op? En wat zijn de indirecte maatschappelijke kosten?
3 miljard euro p/jr
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Lumbale/lumbosacrale artrose
Wat is de oorzaak?
Waar zit de artrose?
Wat zijn secundaire mechanische problemen?
Wat zijn secundaire neurologische problemen?
Diskus degeneratie
Facet artrose
Secundaire mechanische problemen:
– Spondylolisthesis
– Degeneratieve scoliose
Secundaire neurologische problemen:
– Radiculopathie
– Stenose
Aspecifieke rugpijn
Bestaat dit? Waarom wel/niet?
Er bestaat geen ‘aspecifieke’ rugpijn.
Rugpijn is ‘geassocieerd’ met degeneratieve afwijkingen in het ‘triple joint complex’.
In essentie niet anders dan coxartrose of gonartrose.
Meeste mensen kunnen er goed mee omgaan (beter getolereerd dan heup of knie artrose).
Wervels zijn met elkaar verbonden door het zogenaamde ‘triple joint complex’. Wat is het triple joint complex?
Wat is de oorsprong van radiculaire pijn?
Radiculaire pijn komt van een segmentale zenuw:
– Radix
– Dorsale Root Ganglion
– N. Spinalis
Welke structuren geven gerefereerde lage rugpijn?
Hoe verdeel je wervelkolomgerelateerde pijnklachten van de lage rug in?
En in niet degeneratief.
Wat is de DD van degeneratieve ongecompliceerde wervelkolomgerelateerde pijnklachten van de lage rug?
discopathie
SI artrose
Failed back surgery syndrome
coccygodynie
Wat is de DD van gecompliceerde degeneratieve wervelkolomgerelateerde pijnklachten van de lage rug?
degeneratieve olisthesis
verworven stenose
Wat is de DD van niet degeneratieve wervelkolomgerelateerde pijnklachten van de lage rug?
deformiteit
tumoren
fracturen
niet degeneratieve olisthesis
osteoporotische inzakking
spondylodiscitis
deformiteit
sacro-iliitis
oncologie: benigne/maligne
scheuerman
infectieuze aandoeningen
RA
Hoe worden lage rugklachten ingedeeld?
• Acuut 0-6 weken
• Subacuut 6-12 w
• Chronisch >12 w
• Specifiek
• Aspecifiek
Wat zijn rode vlaggen?
• Debuut rugklachten optredend voor het 20e of na het 55e levensjaar
• Constante progressieve rugpijn
• Trauma
• Maligne aandoening in de voorgeschiedenis
• Langdurig gebruik corticosteroïden
• Drugsgebruik, immunosuppressie, HIV
• (Regelmatig) algemene malaise
• Onverklaard gewichtsverlies
• Neurologische uitval (motorische uitval, sensibiliteitsstoornissen en/of mictiestoornissen)
• Lumbale kyfose en/of verstreken lumbale lordose
• Infectieuze aandoening
Wat doe je qua behandeling en advies als er geen rode vlaggen bij een patiënt met acute aspecifieke lage rugpijn zijn?
Het gaat om onschuldige rugpijn; precieze oorzaak is niet aan te geven.
Heftigste pijn duurt slechts enkele dagen en neemt dan af.
Bewegen bevordert het herstel; bewegen met pijn veroorzaakt geen schade.
Ga zoveel mogelijk door met dagelijkse activiteiten; is dat niet haalbaar, neem dan enige dagen af en toe rust.
Als een patient met acute aspecifieke lage rugklachten blijft disfunctioneren wat is dan je volgende stap? Na hoeveel tijd maak je deze stap?
Geef bij blijvend disfunctioneren 2-3 weken na begin van de klachten vaste termijnen aan voor uitbreiding van activiteiten en innemen van pijnmedicatie (tijdcontingente aanpak).
Wat is het stappenplan qua medicatie voorschrijven bij aanhoudende acute lage rugpijn?
• Stap 1 paracetamol 500 mg 3-6 dd 1 of 3 dd 2
• Stap 2 NSAID’s: ibuprofen 400 of 600 mg 3 dd 1, of diclofenac 25 of 50 mg 2-3 dd 1 of 75 mg 2 dd 1, of naproxen 250 of 500 mg 2 dd 1. Probeer bij onvoldoende effect van het NSAID van eerste keuze een ander NSAID.
• Stap 3 paracetamol of een NSAID in combinatie met codeïne 20 mg 3-5 dd 1-2 (laxans toevoegen), of tramadol 50, 100, 150 of 200 mg 2-4 dd (max. 400 mg/dag)
Wat is het beleid bij subacute lage rugpijn?
Wat doe je als er aanwijzingen zijn voor een chronisch beloop?
Je kunt hierbij overwegen tot: fysio, oefentherapie, manuele therapie.
Verwijzing naar psycholoog bij psychosociale risicofactoren voor een chronisch beloop.
Stel termijnen voor controles afhankelijk van behandeldoel, gekozen behandelvorm en beloop, bijvoorbeeld bij oefentherapie na 6 weken, maar bij sterke toename van disfunctioneren eerder. Overleg zo nodig met andere behandelaars en bedrijfsarts.
In het kader van voorlichting, wat zou je doen bij een patient met chronische lage rugpijn?
Overweeg verwijzing voor cognitieve gedragstherapie bij sterke aanwijzingen dat psychische factoren (angst voor bewegen, pijn, ziekte) de klachten instandhouden, en naar centrum voor werkgerelateerde rugklachten bij sterke aanwijzingen dat werksituatie daarbij een rol speelt.
Hoe is je medicamenteuze behandeling bij chronische lage rugpijn?
Stimuleer (tijdelijke) tijdcontingente inname van pijnmedicatie.
Besteed ook aandacht aan stapsgewijs afbouwen medicatie om blijvend chronisch gebruik te voorkomen.
Wanneer verwijs je bij chronisch lage rugpijn?
Bij blijvend disfunctioneren: naar multidisciplinair team of behandelcentrum.
Wat zijn 3 gele vlaggen van de attitude/ideeen omtrent de pijn?
De patiënt denkt dat de rugpijn een aandoening is die beschadigend werkt.
De patiënt denkt dat de pijn oncontroleerbaar is.
De patiënt denkt dat rust het beste is en dat activiteiten de rugpijn verergeren.
Wat zijn 3 gele vlaggen van behavior/gedrag bij lage rugpijn?
• De patiënt gebruikt hulpmiddelen, medicatie en pijnstillers.
• De patiënt ligt veel op bed en vermijdt dagelijkse activiteiten.
• De patiënt slaapt slechter sinds het ontstaan van de rugpijn.
Wat zijn 2 gele vlaggen van Compensation issues/ Financiële consequenties bij lage rugpijn?
• De patiënt heeft er geen financieel belang bij om het werk te hervatten.
• Er was sprake van uitkeringsproblematiek bij eerder verzuim van het werk gedurende een langere periode (bijvoorbeeld 12 weken), die was gerelateerd aan het rugpijnprobleem.
Wat zijn 4 gele vlaggen bij Diagnosis and treatment/ Diagnostiek en behandeling bij lage rugpijn?
• Er bestaat verwarring omtrent de diagnose.
• De patiënt is afhankelijk van eerdere behandelingen.
• Er is sprake van passieve behandelmodaliteiten.
• De patiënt onderging in het verleden een reeks ineffectieve behandelingen.
Wat zijn 3 gele vlaggen van de emoties bij lage rugpijn?
• De patiënt heeft vrees om het werk te hervatten.
• De patiënt is depressief en sneller geïrriteerd dan voorheen.
• De patiënt is angstig en heeft een toegenomen aandacht voor lichamelijke gewaarwordingen (inclusief verhoogde arousal).
Wat zijn 2 gele vlaggen van gezin bij lage rugpijn?
• De patiënt heeft een overbeschermende partner die het gevaar op beschadiging en letsel benadrukt.
• De patiënt krijgt onvoldoende steun bij de hervatting van de activiteiten.
Wat zijn 2 gele vlaggen van bepaalde beroepgroepen/werk bij lage rugpijn?
• De patiënt is verpleegkundige, vrachtwagenchauffeur of bouwvakker of zwaar tillen hoort bij zijn beroep.
• De patiënt is ervan overtuigd dat werk schadelijk is.
• De patiënt heeft problemen in de huidige werksetting.
• De patiënt heeft negatieve eerdere ervaringen bij werkhervatting na een episode van rugpijn.
Wat zijn 3 blauwe vlaggen bij lage rugpijn?
– Werkgerelateerd
– Obstacles to recovery
– Risico op langduring verzuim
Wat is een zwarte vlag bij lage rugpijn?
Welke 4 vragen stel je jezelf bij pijngeneeskundige diagnostiek?
1. Is er nociceptie?
2. Is er abnormale pijngeleiding?
3. Is er abnormale centrale pijnverwerking?
4. Zijn de processen reversibel als de nociceptie is verdwenen?
Wanneer ontstaat er pijn bij een hernia?
Wat zijn mogelijke klachten van een hernia?
• meestal hevige uitstralende pijn met prikken en/of tintelingen en/of gevoelloosheid in (meestal) één been, of bij een hernia in de nek, in een arm;
• een gevoel van spierzwakte en zelfs verlammingsverschijnselen in het boven-en onderbeen en de voet, of in de arm;
• soms problemen met plassen.
• De klachten verergeren als men lang zit of staat, heft, vooroverbuigt, of moet hoesten, niezen of persen.
• Bij ruglig met gebogen knieën verminderen de klachten.
Waar de pijn precies optreedt van een hernia is afhankelijk van de aangetaste wervel. Link de juiste wervel met de juiste bijbehorende beschrijving:
• L4:
• L5:
• S1:
pijn in de bil, achterkant bovenbeen, achter- en zijkant van het onderbeen en boven- en onderzijde van de voetrand en de kleine teen.
achter- en zijkant van de heup, buitenste zijde van de knie en scheenbeen en boven- en onderzijde van de voet en de 4 tenen.
voor- en zijkant bovenbeen en knie, voorzijde en binnenzijde onderbeen en binnenzijde de voet en de grote teen;
• L5: achter- en zijkant van de heup, buitenste zijde van de knie en scheenbeen en boven- en onderzijde van de voet en de 4 tenen.
• S1: pijn in de bil, achterkant bovenbeen, achter- en zijkant van het onderbeen en boven- en onderzijde van de voetrand en de kleine teen.
Typisch is het zg. teken of symptoom van Lasègue. Wat houdt dit in?
Lumbale spinaalkanaal stenose betekent letterlijk: vernauwing van het beenderige kanaal waardoor de lumbale zenuwen moeten passeren. Dit ontstaat meestal door een combinatie van degeneratieve veranderingen (slijtage/arthrose). Welke 3 veranderingen zijn dit?
De typische combinatie van symptomen bij lumbaal kanaalstenose wordt ook wel ‘neurogene claudicatio intermittens’ genoemd.
Wat is hier een andere benaming voor?
Welke symptomen worden bedoeld?
Deze symptomen omvatten: rugpijn die verbetert bij vooroverbuigen, uitstralende pijn in de benen met typisch toenemende pijn bij wandelen. Meestal moet de patiënt zijn activiteiten dan stoppen, waarna de pijn meestal snel weer doorgaat. Fietsen gaat klassiek wel zonder problemen. Op den duur kunnen gevoelsstoornissen en (beperkte) verlammingsverschijnselen in de benen optreden.
Wat zijn 3 mogelijke chirurgische oplossingen voor artrotische gewrichten?
Welke Anesthesiologische interventies zijn er mogelijk bij degeneratieve afwijkingen bij lage rugpijn?
• Epidurale injectie corticosteroiden: Mediaal of Transforaminaal
• Wortelblokkade, blokkade DRG, blokkade n. spinalis
• Facetdenervaties
• Discusdenervatie/methyleenblauw
• Sacro-iliacale gewricht: Injectie of denervatie
Met welk ziektebeeld is lage rugpijn mee geassocieerd? Hoe is de tolerantie van dit beeld door patienten?
LSWK artrose wordt goed getolereerd door meestemensen
Wat is zeer effectief als behandeling voor mechanische / neurologische complicaties van artrose?
Wat is het effect van invasieve procedures bij ongecompliceerde LSWK artrose?
Bij ongecompliceerde LSWK artrose kunnen invasieve procedures helpen maar het effect is matig en niet goed onderzocht.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden