Samenvatting: Bmc
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van BMC
-
colleges week 1
Dit is een preview. Er zijn 37 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/09/2019
Laat hier meer flashcards zien -
Welke waarden kunnen producten hebben?
Ruilwaarde (€)
Gebruikswaarde
Signaal of symbolische waarde -
De twee belangrijke stellingen uit 'Das Kapital' van Marx zijn:
Mensen worden productie-eenheden. Door massaproductie verdwijnt plezier in werk.
Werk is goed, vrije tijd is slecht. Geluk wordt ontleend aan materieel bezit. -
Utiliteits-theorie van Daniel Bernouille?
Gebruikt in economie, ook om consumentengedrag te verklaren, vooral als het gaat om gokgedrag te voorspellen. -
Adam Smith - the wealth of nations
Boek dat wordt gezien als het eerste werk over de moderne economie.
Division of labor, wages and foreign markets waren de drie belangrijkste factoren. -
Conspicuous (opvallende) consumptie
Geld uitgeven aan luxe producten en diensten om
publiekelijk je economische of sociale status aan te
geven of te verkrijgen (Veblen, 1899)
Hangt samen met materialisme -
Conspicious consumptie als middel om raciale stereotypen te ontstijgen.
Afro - Amerikaanse en Spaanse Amerikanen besteden groter deel inkomen aan opvallende kleding, juwelen en auto’s vergeleken met blanke Amerikanen met vergelijkbare inkomens.
▪ Verschillen niet door smaakverschillen, of door wens om
te laten zien dat ze het zich kunnen veroorloven.
▪ Reden
● Stereotype van laag inkomen en minder succesvol ->
grote behoefte om aan die stereotypering te ontsnappen.
● Dus minder uitgaven aan minder zichtbare zaken als
educatie, gezondheidszorg en sparen. -
Elite nu:inconspicuous consumptie
▪ Luxe verwatert: Zelfs massa kan zich luxe permitteren
van ooit high-end merken als Dior (parfum, zonnebril)
▪ Onopvallend -> maar niet voor iedereen.
▪ Kleinere sociale groepen zien het wel. -
Wat kan je vertellen over de postmoderne consument?
Indeling in set van typen werkt niet meer
Consumentengedrag is gefragmenteerd
Co-creatie van waarde -
Welke soorten bedrijven zijn er? (die rechtspersoon zijn)
- Eenmanszaak
- Vennootschap onder firma (VOF)
- Maatschap
- Commanditaire ('stille') Vennootschap
- Zijn als persoon niet aan te spreken voor schulden bij faillissement etc. Dus deze bedrijven nemen meer risico's
- Eenmanszaak
-
Welke soorten bedrijven zijn er? (die geen rechtspersoon zijn)
- Besloten Vennootschap (BV)
- Naamloze Vennootschap (NV) - verkoopt aandelen op naam
- Coöperatie
- Vereniging
- Stichting
- Besloten Vennootschap (BV)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden