Normen - Labels - Eigenschappen van materialen: levensduur
16 belangrijke vragen over Normen - Labels - Eigenschappen van materialen: levensduur
Mechanische eigenschap: Sterke - Drukproef
Mechanische eigenschappen: Vormstabilitiet
- Doorbuigingen: De stijfheid tegen doorbuigingen
- Elasticiteitsmodulus (E) : Hoe hoger de (E), des te stijver is het materiaal
- Krimp: Chemische of verhardingskrimp, Volumevermindering
- Kruip: Onder een constante druklast blijft een materiaal na de eerste vervorming een bepaalde tijd verder vervormen
Mechanische eig: De volumieke massa/dichtheid: Wanneer spreken we van soortgelijke massa?
bv: bij staal 7850 kg/m3
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wanneer spreken we van een Volumieke massa?
bv: hout, natuursteen en baksteen = poreuze materialen
Transport can gassen en vloeistoffen: Capillariteit
* Hoe fijner de buisjes hoe hoger het water kan stijgen = capillaire kracht
Krachten die een rol spelen bij Capillariteit
= Cohesie, Onderlingen aantrekkingskracht tussen moleculen binnen eenzelfde stof
= Oppervlaktespanning, natuurkundig verschijnsel
Transport van gassen en vloeistoffen: Porositeit
* Hoe kleiner de kanaaltjes, hoe sterker de capillaire werking
Transport van gassen en vloeistoffen: Hygroscopische vochtgehalte
bv: zout in vochtige ruimtes zetten
Transport van gassen en vloeistoffen: Waterdoorlatendheid
vb. Roofing vs beton
Transport van gassen en vloeistoffen: Het diffusieweerstand
= Het geeft ook aan hoeveel keer de weerstand van het materiaal tegen diffusie van waterdamp groter is dan die van lucht.
= Diffusieweerstandgetal = µ
Voorbeelden:
Cement vs Gipspleister
Transport van gassen en vloeistoffen: Wateropneming
= een maat voor de te verwachte mos groei
Transport van gassen vloeistoffen: Vorstweerstand
Invloed van agressieve stoffen
- Zuren pH<7: zure regen, gistingsproducten
- Sulfaten wordt bepaald door het sulfaatgehalte bv: zeewater
- Chloriden: wordt bepaald door het chloridegehalte: zeelucht, dooizouten
Invloed van brand: Thermische uitzetting
Invloed van brand: Brandweerstand 3 klasses voor brandgedrag
- Ontvlambaar: wanner het de neiging vertoont om gassen te ontwikkelen en vlammen kunnen opbrengen
- Onbrandbaar: Wanneer het geen uitwendige verschijnsel vertoont tijdens een genormaliseerde proef waarbij het aan hitte wordt blootgesteld
- Brandbaar: Wanneer het niet beantwoordt aan de bepalingen van onbrandbaarheid
Brandweerstand van bouwelement + criterias
=Drukt uit aantal uren, hoe lang de wand standhoudt bij brand en moet gelijkertijd voldoen aan de 3 criteria in dit tijdsgebrek.
- Stabiliteit (R) = dragende functie die vervuld blijft zonder enige vertoning
- Vlamdichtheid (E) = geen vlammen door de niet-blootgestelde zijde van de wand gaan
- Thermische isolatie (I) = de gemiddelde temperatuur aan de niet blootgestelde zijde
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden