Samenvatting: Bpr 2 Arresten | ik
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van BPR 2 arresten | ik
-
1 bewijsrecht algemeen
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
wel of niet huur van bedrijfsruimte? Rechter gaat zelf langs om even bij het pand te kijken, onaangekondigd. HR dit mag niet, officiële bezichtiging is mogelijk, art. 201 rv, ism hoor en wederhoor.
HR Schook/Vergeer -
Vraag om vaststelling huurprijs, gegevens worden aan adviescommissie gegeven, er wordt een rapport gemaakt maar dit wordt alleen aan de rechter gegeven. Partijen krijgen geen inzage in het rapport. Dit mag niet, partijen moeten de mogelijkheid krijgen om zich er over uit te laten. Dit strookt niet met het beginsel dat de rechter slechts beslist aan de hand van de stukken die door de sluis van het geding zijn gekomen. Je mag geen uitspraak doen op basis van stukken die voor partijen geheim zijn.
HR Samenwerking/Geerlings -
Verhuurder zegt huur op ogv dringend eigen gebruik. Hof kijkt op website van de apotheek en gebruikt deze informatie voor de uitspraak. ISM hoor en wederhoor, partijen hebben niet de gelegenheid gehad om zich hierover uit te laten.
HR Van Donkersgoed/Jansen -
2 bewijsmateriaal verkrijgen
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
vaderschapsactie, moeder weigerde mee te werken. partijen kunnen gehouden zijn om informatie te verstrekken, ook al zouden ze daarmee bewijs tegen zichzelf verstrekken. weigeren van meewerking kan ten nadele van de weigerende partij worden uitgelegd. bijvoorbeeld het niet als juist aanvaarden van de stelling. de rechter trekt conclusies die hij geraden acht.
HR Bloedproef -
Openbaarmaking en vastlegging van een telefoongesprek zonder toestemming levert op zichzelf geen inbreuk op het recht van eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer. Er zijn bijkomende omstandigheden vereist. Hier ging hetom een zakelijk gesprek, geen inbreuk dus. Het openbaarmaking aan een rechter in een civiel rechtsgeding levert geen inbreuk op en betekent evenmin dat deze openbaarmaking onrechtmatig zou zijn tov de ander.
HR Driessen/Van Gelder -
Handelsnaam ambiance, was er nu afgesproken dat er voor de naam werd betaald met of zonder overhandiging jaarstukken ? Tankink had een geluidsopname gemaakt en stapt naar Hartman om te vragen of het goed is om deze opname in het geding te brengen. Dit hoefde niet, partijen hebben nu zelf voorwaarden gecreerd, dus nu aan die zelf gemaakte voorwaarden voldoen.
HR Tankink/Hartman -
Onrechtmatig verkregen bewijs betekent niet altijd ontoelaatbaar bewijs. Een inbreuk op het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer is in beginsel een onrechtmatige daad. De aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond kan aan een inbreuk het onrechtmatige karakter ontnemen. Of zulk een rechtvaardigingsgrond zich voordoet, kan slechts worden beoordeeld in het licht van de omstandigheden van het geval door tegen elkaar af te wegen enerzijds de ernst van de inbreuk op het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer en anderzijds de belangen die met de inbreuk makende handelingen redelijkerwijs kunnen worden gediend.
HR K/Aegon schadeverzekeringen -
3 bewijslast
Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3
Laat hier meer flashcards zien -
HR A/B
Vrouw getrouwd met notaris, man past voorwaarden aan, achteraf blijkt dat ze genaaid is. vrouw doet een beroep op dwaling. Wie moet bewijzen? In dit geval moet de man bewijzen gezien de red en billijkheid een afwijking van de hoofdregel van art. 150 Rv. -
De omkeringsregel is een uitzondering op de hoofdregel van art 150 rv op grond van een bijzondere uit de redelijkheid en billijkheid voortvloeiende regel. het causaal verband tussen de onrechtmatige gedraging of tekortkoming en het ontstaan van de schade wordt aangenomen(vermoeden) tenzij degene die wordt aangesproken bewijst (tegenbewijs) dat de schade ook zonder die gedraging/tekortkoming zou zijn ontstaan. Voor toepassing van deze regel is vereist 1. gedragign in strijd met een norm. 2. die norm strekt ertoe om een specifiek gevaar te voorkomen, 3. het gevaar waartegen de norm bescherming biedt heeft zich verwezenlijkt.
HR Lekkende tank container of NS/TFS -
Aanrijding, wie reed door rood? Uitgangspunt is dat gedaagde door rood reed. Hieruit volgt echter niet zonder meer dat verdere aansprakelijkheid is uitgesloten: er kan nog steeds sprake zijn van gevaarzettend gedrag van gedaagde. Eerst moet worden beoordeeld of gedaagde hierop kan worden aangesproken, pas daarna volgt een mogelijk eigen schuld verweer (waarop gedaagde zich moet beroepen en wat hij moet stellen) waaruit kan blijken dat eiser mogelijk eigen schuld heeft door door rood te rijden.
Huijbers/NBM
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden