Samenvatting: Bpr 2024/2025
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van BPR 2024/2025
-
1 Leereenheid 1
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
De Grondwet bepaalt in .... dat de wet het burgerlijk procesrecht regelt in een algemeen wetboek. Dit is geschied in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, dat op 1 oktober 188 is ingevoerd
art. 107 -
Het burgerlijk procesrecht wordt slechts in beperkte mate beheerst door fundamentele rechtsbeginselen. Naar welk artikel wordt er dan in casu naar verwezen?
art. 6 EVRM -
Waar wordt de onpartijdigheid van de rechter geregeld?
Het beginsel van onpartijdigheid vloeit voort uit dat van de gelijke behandeling van partijen in een proces. Het beginsel ‘onpartijdigheid van de rechter’ wordt onder meer gewaarborgd door het bepaalde in art. 117 Gw. De onpartijdigheid van de rechter is ook terug te vinden in art. 36 – 41 Rv (wraking en verschoning van rechters). -
Hoe werkt de openbaarheid van de behandeling van uitspraak eruit?
Het beginsel van openbaarheid is neergelegd in art. 6 EVRM.
Een belangrijk element van de openbare behandeling van een zaak is dat partijen in beginsel het recht hebben op mondelinge behandeling van hun zaak (art. 134 Rv). Als kanttekening kan worden vermeld dat in de praktijk de vonnissen niet in hun geheel worden uitgesproken. Met de mededeling dat het vonnis in een bepaalde zaak is uitgesproken, wordt volstaan. Dat neemt echter niet weg dat het vonnis altijd kan worden ingezien. -
Toezicht op de rechtspraak door middel van cassatie. Ligt doet!
Een hoofdmerk van ons burgerlijk procesrecht is dat er een centraal rechtscollege is, dat toezicht op de rechtspraak uitoefent door middel van cassatie. Doel ervan is behalve toezicht op de wijze van rechtspreken het handhaven van de eenheid in de toepassing van het recht en het bevorderen van de rechtszekerheid. -
2 Jurisprudentie
-
2.1 verplicht
Dit is een preview. Er zijn 20 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
Laat hier meer flashcards zien -
HR 10 september 2004, NJ 2005, 223 (O./Euronext en AEX) (leereenheid 2)Aanwenden rechtsmiddel door/tegen niet bestaand rechtspersoon
Een rechtsmiddel kan in beginsel alleen worden aangewend door een ten tijde van die handeling nog bestaande rechtspersoon. -
HR 11 januari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BX9762, 2013, 59 (Unidex/HDI) (leereenheid 2)In deze procedure is abusievelijk de moedermaatschappij van een verzekeraar gedagvaard in plaats van de verzekeraar zelf. Procedure kan worden voortgezet.
Voldoende belang bij inhoudelijke beoordeling vordering ondanks dagvaarden verkeerde partij. -
HR 8 oktober 2010, ECLI:NL:HR:2010:BN1405, NJ 2011, 350 (Zuid Chemie BV/Philippo’s Mineralenfabriek NV/SA) (leereenheid 3)Rechterlijke bevoegdheid en tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken
De termen ‘’plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan’’ doelen op de plaats waar de initiële schade is ingetreden bij het normale gebruik van het product voor het doel waarvoor het bestemd is.
Deze plek is bevoegd om recht uit te spreken -
HR 23 april 2021, ECLI:NL:HR:2021:646 (leereenheid 6)(Verboden bewijsprognose)
Het hof passeert een aanbod van de man om de zoon van partijen als getuige te doen horen op grond van zijn overweging dat de vrouw al jaren niet op goede voet met de zoon heeft. Hoge Raad: Een bewijsaanbod mag niet worden gepasseerd op grond van een prognose omtrent de inhoud van de verklaring of de waarde die deze zal blijken te hebben. De overweging van het hof komt neer op een dergelijke prognose -
HR 30 april 2021, ECLI:NL:HR:2021:672 (leereenheid 6)(Waardering getuigenbewijs) Wisselende verklaringen relevant bewijskracht getuigenverklaring
Voorts heeft het hof niet gerespondeerd op de in onderdeel 1.2 genoemde, hiervoor in 3.1.1 weergegeven stelling van [de vennoot] omtrent de wisselende stellingen en verklaringen van [de aspirant-vennoot]. Die stelling is echter relevant voor de beoordeling van de bewijskracht van de getuigenverklaring van [de aspirant- vennoot], zodat het hof daaraan niet voorbij had mogen gaan
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden