Samenvatting: Burgerlijk Procesrecht | A S Rueb, et al

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Burgerlijk Procesrecht | mr. A.S. Rueb, mr. E. Gras

  • 2 Artikel 6 EVRM en algemene voorschriften voor procedures

    Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is het verschil tussen fundamentele eisen en functionele eisen?

    Fundamentele eisen zijn normen voor een behoorlijke procesorde. Dit zijn ook wel de beginselen van procesrecht. Deze dienen ook als richtsnoer voor rechtspraak. Afwijking hiervan is niet of nauwelijks toegestaan. Functionele eisen zijn regels voor een behoorlijk ingericht en goed functionerend procesrecht. 
  • Wat zijn voorbeelden van fundamentele eisen?

    Onafhankelijkheid van de rechter
    Openbaarheid van terechtzitting
    Onpartijdigheid in de regeling van de wraking
    Hoor- en wederhoor
  • Waarop zien de eisen van art. 6 EVRM vooral?

    De wijze waarop de overheid de civiele procedure moet inrichten en de rechterlijke macht moet toerusten en instrueren. 
  • 2.8.2 De ambtshalve aanvulling van rechtsgronden

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.8.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Er zijn verschillende regels die zich voor ambtshalve toepassing van de rechter lenen. Welke zijn dit?

    1. Vernietiging van een rechtshandeling (art. 3:51)
    2. Het vereiste van verzuim voor ontbinding en schadevergoeding (art. 6.81)
    3. Het rechtsverlies door niet protesteren (art. 6:89)
    4. Ontbinding van een overeenkomst (art. 6:267)
    5. Bevrijdende verjaring (art. 3:322)
  • 6 De verloop van de rechtbankprocedure (sector civiel)

  • 6.1 Inschrijving op de rol

    Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat wordt er op de rol aangetekend?

    • Of de gedaagde is verschenen
    • Op welke roldatum de gedaagde zijn conclusie van antwoord zal kunnen of moeten nemen.
    • Of de gedaagde zijn conclusie van antwoord heeft genomen.
    • Of, en zo ja, wanneer de comparitie na antwoord plaat zal vinden.
    • Of daarna nog geconcludeerd wordt: op welke roldatum de eiser zijn conclusie van repliek zal kunnen of moeten nemen en wanneer de gedaagde zijn conclusie van dupliek neemt.
    • Op welke roldatum uitspraak zal worden gedaan.
    • Of op die roldatum uitspraak is gedaan.
  • 6.5 De conclusie van antwoord

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6.5
    Laat hier meer flashcards zien

  • Aan welke eisen moet het verweer voldoen?

    1. Het verweer moet gemotiveerd zijn
    2. Geconcentreerd zijn
    3. De bewijsmiddelen vermelden
  • 9 Het vonnis

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 9
    Laat hier meer flashcards zien

  • 9.2 De onderscheiden vonnissen

    Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 9.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat is het bemiddelend vonnis?

    Een vonnis dat een door de rechter redelijk geachte schikking of dading bevat, zonder dat partijen daarin hebben toegestemd. 
  • 9.5 De uitspraak en de vastlegging van het vonnis

  • Hoe noemt men het officieel exemplaar van het vonnis?

    minuut
  • Wat is een 'grosse' van het vonnis?

    Dat is een gedagtekende afschrift van het vonnis, voerende aan het hoofd woorden 'in naam des konings' of 'in naam der koningin'. Overhandiging van de grosse aan de deurwaarder houdt in de machtiging tot het verrichten der executie. (art. 430, 434 Rv)
  • 13 De verzoekschriftprocedure

  • 13.1 Oneigenlijke rechtspraak

    Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 13.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat houdt oneigenlijke rechtspraak in?

    Dit zijn gevallen waarin door de rechter een beslissing moet worden genomen omtrent personen- en familierecht. Vaak betreft het rechtsgevolgen die niet te vrije beschikking staan. In deze gevallen vangt de procedure niet aan met een dagvaarding maar met een verzoekschrift dat door de verzoeker tot de rechter wordt gericht. Vervolgens volgt een mondelinge behandeling waarbij de rechter zich ervan overtuigt of het verzoek moet worden toegewezen. Tot deze behandeling kunnen belanghebbende een verweerschrift indienen. De beslissing is geen vonnis maar een beschikking.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart