Organisatiecultuur: naar dynamisch en beinvloedbaar

9 belangrijke vragen over Organisatiecultuur: naar dynamisch en beinvloedbaar

De cultuur van een organisatie kan grote invloed hebben op het verandervermogen en analysevermogen. De cultuur in dit hoofdstuk wordt geanalyseerd a.d.h.v. het concurrerend waardemodel van Quinn. Uit welke 2 dimensies bestaat dit en uit welke 2 sub aspecten?

Dimensies:
1. Sturing van organisatie
a. Exploreren = flexibel en dynamiek
b. Beheersen = stabiel en beheersing

2. Gerichtheid
a. Intern
b. Extern

Wat is een kernaspec van de 2 dimensenies en 4 aspecten?

Wanneer er 2 aspecten worden gekozen dan moeten ook de andere 2 aspecten juist aandacht krijgen

Quin stelt dat de cultuur samenhangt met de groei van een onderneming. Afhankelijk van de fase zou een cultuur en een strategie dominant moeten zijn en een samenhang moeten hebben. Noem 2 belangrijke factoren hierin

De toon aan de top: deze is cruciaal voor de cultuur in een bedrijf

De cultuur kan nooit teveel van een kant zijn, er zijn dan cruciale aspecten die ontbreken
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Omschrijf de hierarchische cultuur in zijn algemeen en vervolgens 1. Type leider; 2. Waardedrijvers; 3. Overtuiging 4. Risico

Doel is orde en stabiliteit --> veel controles en vel binnen de marges.

Type leideer = coordinator, toezichtbhoeder

Waardedrijvers: efficiency, tijdigheid, consistentie

Overtuiging: beheersing en efficiency met behulp van goede processen     

Risico: te weinig innovatie --> afstraffen van nieuwe ideen

Omschrijf de markt cultuur in zijn algemeen en vervolgens 1. Type leider; 2. Waardedrijvers; 3. Overtuiging 4. Risico

Extern gericht en snel inspelend op veranderingen -->pragmatisch en bonuscultuur

1. Type leide = onderhandelaar, strijdlustig, visionair

2. Waardedrijvers = marktaandeel, doelen bereiken, winstgevendheid

3. Overtuiging = agressieve competitie en klantgerichtheid

4. Risico: individuele doelen over organisatiedoelen. Inleveren op kwaliteit en betrouwbaarhei

Omschrijf de familie cultuur in zijn algemeen en vervolgens 1. Type leider; 2. Waardedrijvers; 3. Overtuiging 4. Risico

Cultuur waar teamsfeer hangt. Gericht naar binnen maar ook flexibel en dynamisch. Vooral belangrijk wanneer stabiliteit belangrijk is en om mensen voor je te winnen

1. Type leider = Facilitator en mentro

2. Waardedrijvers = commitment, communicatie, ontwikkeling

3. Overtuiging = human development en grote betrokkenheid

4. Risico = teveel naar binnen gericht en aan eh team werken à sterkere marktfocus nodig

Omschrijf de adhocratie in zijn algemeen en vervolgens 1. Type leider; 2. Waardedrijvers; 3. Overtuiging 4. Risico

Een cultuur waar innovatie en ideen voorop staat. Extern gericht en flexibel en dynamisch.

1. Type leider = innovator, ondernemer, visionair

2. Waardedrijvers = innovatieve output, transformatie, adaptief vermogen

3. Overtuiging = innovatie, visue en continue verandering

4. Risico = teveel ideeën en niet genoeg naar de markt + te weinig controls om budgetten te bewaken

Hoe past MC bij de cultuur en wat past bij past control, present controle en future control

Cultuur heeft invoelt op het gedrag van medewerker en daarmee ook op MC. Het is belangrijk om hiervan bewust te zijn en de cultuur te laten aansluiten.

Past control = vnl hierarchisch

Present control is in richting van adhocratie maar met focus naar binnen (familoe) of markt.

Future control is vnl adhocratie maar met combinatie van de andere 3.

Beschrijf per cultuur wat hun 1. Sturing; 2. Gerichtheid; 3. Soort verandering is

Familie:
Sturing: Flexibiliteit en dynamiek
Gerichtheid = interne effieciectie
Soort organisatie = lange termijn verandering = in moeilijke situatie

Hierarchie
Sturing = beheersing en stabiliteit
Gerichtheid = Interne efficientie
Soort organisatie = Incrementele verandering

Markt
Sturing = Stabiliteit en beheerings
Gerichtied = externe posititonering
Soort organisatie = snelle verandering

Adhocratie
Sturing = Flexibliteit en dynamiek
Gerichtheid = externe positionering
Soort verandering = transformationele verandering

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo