Samenvatting: Bvj 3Vwo B | 5987660-01 | Daniel van Draanen
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van BVJ 3VWO B | 5987660-01 | Daniel van Draanen
-
6 Ecologie en duurzaamheid
-
6.1.7 Anders
Dit is een preview. Er zijn 23 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6.1.7
Laat hier meer flashcards zien -
162. Zuurstof is voor vissen een abiotische / biotische factor
abiotische -
163. Wat is het verschil tussen een bioom en een biotoop?
Een biotoop
bestaat uit alle abiotische factoren in een bepaald gebied.
Een bioom
is een groot gebied met een kenmerkend klimaat binnen de biosfeer. -
167. Wat is het verschil tussen een voedselketen en een voedselweb
Een voedselketen
is een reeks van soorten,
waarbij elke soort een voedselbron is voor de volgende soort.
Een voedselweb
is het geheel van voedselrelaties in een ecosysteem. -
169. In het voedselweb in afbeelding 6 kun je verschillende voedselketens onderscheiden. De kortste voedselketen bestaat uit drie schakels, de langste uit zeven schakels. Noteer twee voedselketens die uit drie schakels bestaan.
Schakel: voedselbron
1 gras → konijn → vos
2 lijsterbes → merel → havik -
170. Welk dier in afbeelding 6 is een alleseter? Leg je antwoord uit.
De merel, want die eet zowel planten (lijsterbes) als dieren (lieveheersbeestje). -
171. Welke schakel in een voedselketen omvat meestal het grootste aantal individuen?
de eerste schakel -
172. Een voedselketen in de veeteelt bestaat uit drie schakels:gras → koe → mens. •a. De grootste hoeveelheid energierijke stoffen vind je in de schakel gras / koe / men b. De kleinste hoeveelheid energierijke stoffen vind je in de schakel gras / koe / mens.
a. Gras
b. Mens -
173. Opeenhoping van giftige stoffen in een voedselketen noem je
accumulatie. -
174. Leg uit dat een piramide van biomassa altijd een piramidevorm heeft.
In elke schakel wordt maar een deel van de biomassa doorgegeven aan de volgende en
dus is de biomassa in elke volgende schakel kleiner. -
179. Na een regenbui zie je vaak regenwormen uit de grond kruipen. Het milieu (de regen) heeft invloed op de regenworm. a Regenwormen kruipen uit de grond als gevolg van een verandering in een abiotische / biotische factor.
abiotische
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden