Literatuursamenvatting
20 belangrijke vragen over Literatuursamenvatting
Twee modellen over de verhouding tussen de markt en de staat.
2. Het continentaal europese model/Rijnlandse model: het is de taak van de overheid om burgers te helpen (big governance)
Van Walsum 'Cultural defense'
1. Geen ruimte voor progressieve tegenbewegingen
2. Leidt gemakkelijk tot stereotyperingen
3. vrouwen in ondergeschikte positie
Instrumentele functie van het recht vs expressieve functie van het recht
2. Expressief: wetten drukken de waarden in de samenleving uit.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
4 soorten maatschappelijke bronnen van het recht (sociale productie)
2. Juridische professionals: regels krijgen pas betekenis als de rechter ze in een concreet geval toepast.
3. Wetenschappelijke/economische ontwikkelingen
4. Rechtsopvattingen van burgers: het is van belang om te onderzoeken welke rechtskennis burgers paraat hebben, het vertrouwen dat zij hebben in instituties binnen de rechtsstaat en in het recht als oplossingsmethode voor hun geschillen. Legal consciousness.
Driedeling legal consciousness
2. With the law: men maakt gebruik van het recht wanneer het hun uitkomt
3. Against the law: men ziet juridische instituties als de tegenstander.
Autopoietische rechtstheorie van Teubner
Recht vgl Durkheim
Verschil tussen symboolwerking en sociale werking
3 redenen van regelnaleving (van Erp)
2. Economische redenen: regelnaleving kost vaak geld, deze kosten moeten wel passen binnen de economische mogelijkheden van een bedrijf. Een andere factor die hierbij een rol speelt is de kans op een boete. Als deze klein is is het winstgevend om de regel niet na te leven
3. Normatieve redenen: is er draagvlak onder ondernemers voor de regel, ervaren zij deze als legitiem? Handig om rekening te houden met hun motieven.
Toepassing top-down en bottom-up perspectief op bestudering van toezicht
Twee handhavingsstijlen voor handelen controlefunctionarissen
Fase 1: oordeel veilen over het gedrag van het bedrijf waarop de functionaris controle uitoefent.
Fase 2: beslissen welke stappen hij vervolgens gaat zetten.
-> Twee handhavingsstijlen:
1. Overredend: hierbij kijkt de functionaris met name naar de toekomst: hoe kan het bedrijf gemotiveerd worden om zich in de toekomst wel goed te gedragen (zich te houden aan de regels oid)
2. Sanctionerend: hierbij wordt er vooral teruggekeken - hoe kan het bedrijf het best gestraft worden? Wat was de schade?
Aanbevelingen van Van Braam en Surie - analyse van de balie
2. Specialisering: het idee dat je met al je problemen bij 1 advocaat terecht kon is achterhaald - (generalisten van vroeger). Specialiseren in een bepaald rechtsgebied. Te complex geworden.
3. Schaalvergroting: niet slechts in eigen arrondissement functioneren maar meegroeien met de grote bedrijven om deze als klant te kunnen behouden
Pijlers van de advocaat als vertrouwensberoep
2. Verschoningsrecht en geheimhoudingsplicht. Zodat hij:
3. Eenzijdige belangenbehartiging: hoeft zich niet te bekommeren om het slachtoffer bijvoorbeeld. Slechts het belang van zijn client
4. De advocaat als dominus litus: procesmonopolie: bepaalt de juridische strategie.
(5. Controle op rekrutering en opleiding)
(6. Monopolie op kennisterein: alleen de advocaat mag bepaalde handelingen voltrekken, net als dat de dokter de enige is die in je mag snijden. In Nederland niet heel erg restrictief)
Gevolgen van de Wet op de Rechtsbijstand (WRB) voor bureaus voor rechtshulpverlening
Daar tegenover stond dat ze uitgebreidere rechtshulpverlening mochten bieden - dus ook mochten procederen (tweedelijnsrechtshulp)
Geschilbeslechtingsdelta Ter Voert en Velthoven (2003)
'Idealtypen' van gezag vgl Weber:
2. Charismatisch gezag: gebaseerd op persoonlijkheid en uitstraling. Bijvoorbeeld Mandela maar ook Hitler.
3. Legaal gezag: gebaseerd op formele gronden - wettelijke positie. Bijvoorbeeld Rutte maar ook rechters - hebben via de Grondwet de bevoegdheid gekregen tot het nemen van bindende beslissingen.
Functies van de motivatie van rechterlijke uitspraken (3)
2. Controlefunctie: betreft rechterlijke toetsing in hoger beroep en in cassatie.
3. Explicatiefunctie: betrekking op de uitleg en legitimatie van het rechterlijk oordeel aan procesdeelnemers en aan derden
Waarom gehoorzamen mensen een uitspraak van de rechter - Niklas Luhmann
Sociologische systeemtheorie van Luhmann
Nadeel proces functionele differentiatie (Luhmann)
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden