Samenvatting: Capita Training 1
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Capita training 1
-
1.1.1 Inleiding
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Welke 2 waardes moet je altijd tegen elkaar opwegen?
- rechtsbescherming; overheid krijgt grenzen
- rechtshandhaving; overheid krijgt bevoegdheden
-
Welke strafdoelen kent het strafrecht?
- vergelding
- preventie: generaal (andere mensen niet ook strafbaar gedrag vertonen) en speciaal (dader niet nog een keer delict plegen)
Tegenwoordig allebei even belangrijk. -
Welke 2 figuren zorgen er voor waarheidsvinding in het strafproces?
- Rechter op het onderzoek ter terechtzitting
- OvJ in het vooronderzoek (soort pre waarheidsvinding).
-
1.1.2 Beginselen
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.2
Laat hier meer flashcards zien -
In welke 4 beginselen zijn de beginselen van goede procesorde uitgesplitst?
- Vertrouwensbeginsel; als een bevoegde overheidsambtenaar iets tegen je zegt mag je daarop vertrouwen.
- Gelijkheidsbeginsel: verdachten moeten op dezelfde manier behandeld worden als andere verdachten in dezelfde situatie. NB: staat op gespannen voet met het daderstrafrecht (wie heeft het gedaan en waarom) dat wij kennen.
- Beginsel van zuiverheid van oogmerk/ verbod detournement de pouvoir. Overheidsbevoegdheid mag niet worden ingezet voor een ander doel dan waar hij voor bedoeld is.
- Redelijke en billijke belangenafweging: uitgewerkt in proportionaliteit en subsidiariteit. Straf moet in proportie zijn tot het delict.
-
1.2.1 Manieren van indeling
-
Wat is de minst gebruikte manier van indeling fasen in het strafproces?
- verkennend onderzoek
- voorbereidend onderzoek
- onderzoek ter terechtzitting.
-
Wat is de meest gebruikte manier van indeling fasen in het strafproces?
- Opsporing: door opsporingsambtenaren
- Vervolging: door OvJ/r-c
- Berechting: door rechter met vonnis
- Tenuitvoerlegging: eigenlijk apart rechtsgebied: sanctierecht.
-
1.2.2.1 opsporingscategorieën
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.2.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer kan opsporing plaats vinden?
Als er een wettelijke basis is, opsporing valt onder strafvordering. -
1.2.2.2 opsporingsdomeinen
Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.2.2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat houdt een klassieke verdenking in?
Er moet een redelijk vermoeden van schuld zijn aan een strafbaar feit. Redelijk vermoeden wordt getoetst aan:- objectiveerbaarheid
- individualiseerbaarheid
- concretiseerbaarheid
-
1.2.3 Verhouding toezicht en opsporing
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.3
Laat hier meer flashcards zien -
Toezicht wordt gekenmerkt door welk recht, met wie als leiding en uitgevoerd door wie?
Bestuursrecht onder leiding van de burgemeester uitgevoerd door toezichthouders. -
Opsporing wordt gekenmerkt door welk recht, met wie als leiding en uitgevoerd door wie?
Strafrecht onder leiding van de OvJ uitgevoerd door opsporingsambtenaren.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden