Pathologie : Patiënten met diabetes type
27 belangrijke vragen over Pathologie : Patiënten met diabetes type
Welke twee toedieningsvormen van medicijnen zijn relatief makkelijk te doen en gaan niet eerst naar de lever? (parenterale opname)
Via welke toedieningsvorm wordt adrenaline (epipen) toegediend?
Welke 4 processen doorloopt een lichaamsvreemde stof wanneer deze het lichaam binnentreed?
Distributie (verplaatsen in je lichaam)
Metabolisme (er gebeurd een stofwisseling met dat farmaca)
Excretie (uitscheiding)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Via welke ader gaat orale medicatie van de lever naar de systemische circulatie toe?
Welke 2 stappen bio-transformatie zorgen in de lever ervoor dat de medicatie wordt ontgiftigd en kan worden uitgescheden?
Stap 2: Conjugatie: er wordt een lichaamseigen stof (vaak suikermolecuul) aan vast geplakt waardoor het meer water oplosbaar is en kan worden uitgescheiden door de nieren.
Op welke twee manieren wordt een 'gifstof' in de lever uitgescheiden en hoe gebeurd dit?
Uitscheiding via de urine gebeurd door conjugatie, er wordt een suikergroep aan het gif vastgemaakt waardoor dit wateroplosbaar wordt. Daarna wordt het door de urine uitgescheiden.
Uitscheiding via de ontlasting gebeurd via de galwegen. Als het gif vet oplosbaar is wordt dit met het gal afgegeven in de dunne darm, waarna je het via de ontlasting kwijtraakt.
Wanneer spreek je van een normale of verhoogde nuchtere bloedglucose waarden?
Gestoorde waarden (prediabetes): tussen 6,1 en 7.
Diabetes mellitus: boven de 7.
Noem 3 meest voorkomende klachten die bij diabetes type 2 kunnen voorkomen.
- Balanitis en vulvitis door candidainfectie. Door hoge suikers heb je een verminderde afweer hiertegen. Ook is het suiker een fijne omgeving voor de infectie om te groeien
- Oogproblemen (wazig zien). Kan door veranderde osmolariteit (vocht in oog) en door diabetische retinopathie (netvlies aangetast)
Andere klachten: diabetische voet, wondjes die niet genezen
Welke 3 factoren zou je nog meer willen onderzoeken/navragen wanneer de diagnose diabetes type 2 is vastgesteld om het risico op hart- en vaatziekten in te kunnen schatten?
Bloeddruk
Nierfunctie
Wat is de volgorde van de grofweg 4 stappen in het behandelplan van diabetes mellitus type 2?
2. Metformine
3. SU-derivaten
4. Insuline spuiten
Wat is het verschil tussen HbA1c en nuchtere bloedglucose waarden?
Wat wordt precies gemeten met de HbA1c waarde?
Wat zijn de 3 langdurige microvasculaire complicaties die kunnen plaatsvinden bij diabetes type 2?
Nefropathie: de haarvaatjes in de nieren kunnen kapot gaan
Neuropathie: de haarvaatjes zorgen voor zuurstof en energie voor de (met name hele lange) zenuwbanen. Wanneer dit kapot gaat krijgen mensen vreemde tintelingen in armen en benen. Ook gevoelsstoornissen (gevoelloosheid) kunnen plaatsvinden.
Wat zijn de 3 langdurige macrovasculaire complicaties die kunnen plaatsvinden bij diabetes type 2?
2. CVA (cerebro vasculair accident) = beroerte. Een propje schiet naar de hersenen en hier kan je verlamd van raken
3. Perifere vasculaire ziekten. Vaten met name naar benen kunnen dicht gaan zitten, dit zorgt voor acute afsluiting.
Welke 3 werkingen heeft SU-derivaten?
2. Verhoogd mogelijk perifeer insulinegevoeligheid
3. Remt mogelijk de opname van glucose in de darmen
Bij welke 2 stoornissen moet je oppassen met metformine toedienen en waarom?
Noem 6 bijwerkingen die heel vaak en vaak voorkomen bij het slikken van metformine.
Vaak (1-10%): hoofdpijn, duizeligheid, vermoeidheid, smaakstoornissen (metaalsmaak)
Wanneer wordt een afwijkende HbA1c streefwaarde gehanteerd?
Wanneer de diabetes duur onder de 10 jaar is, is de HbA1c streefwaarde <58 mmol/mol.
Wanneer de diabetes door boven de 10 jaar is, is de HbA1c streefwaarde <64 mmol/mol.
Hoeveel mmol/mol verlaging kan je bereiken met het toedienen van metformine of SU-derivaten?
Via welke twee manieren kan een medicijn langer in het bloed blijven?
2. Via enterohepatische kringloop
Leg uit wat de enterohepatische kringloop is.
Welke 7 vormen van medicatie heb je voor diabetes?
2. SU-derivaten
3. DPP-4 remmers
4. Tiazolidinedionen
5. Kortwerkende insulinesectagogen
6. Alfa-glucosidaseremmers
7. Incretine-mimetica
Wat is de officiele naam voor metformine?
Hoe werken DPP-4 (dipeptydylpeptidase 4) remmers?
incretine hormonen hebben invloed op de alfa en beta cellen. Ze zorgen ervoor dat de alfacellen minder glucagon produceren, en dat de betacellen meer insuline produceren.
Deze incretine hormonen zijn GIP en GLP-1
Wat doet het medicijn thiazolidinedionen?
bijwerking kan gewichtstoename zijn.
Wat doen incretine mimetica?
Belangrijke bijwerking: hypoglycemie
Wat doen alfa glucosidaseremmers?
Nare bijwerking: flatulentie en diarree
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden