Nefron diuretica tt vragen - TIA en herseninfarct - AP en hartinfarct

30 belangrijke vragen over Nefron diuretica tt vragen - TIA en herseninfarct - AP en hartinfarct

Het bepalen van niet-hartspecifieke biomarkers zoals Creatine Kinase (CK) is volgens de huidige richtlijnen overbodig. Noem toch 2 redenen waarom de kennis van CK-spiegels toch nuttig kan zijn?

1. Door de snelle en volledige klaring van CK kun je beoordelen of de verhoogde cTnT-spiegel afkomstig is van de 1e infarct of van een re-infarct
2. CK-spiegels hebben een 99 % betrouwbare negatieve voorspellende waarde: een niet verhoogde CK spiegel (in combinatie met normale cTnT spiegels) sluit in 99 van de 100 gevallen in hartinfarct uit.

Wat gebeurt er met cTnT-spiegels na een hartinfarct?

CTnT-spiegels blijven verhoogd aanwezig omdat je te maken hebt met ischemie van het hart.

echter kun je niet zien hoevaak je een infarct hebt gehad omdat deze cTnT-levels 7-10 dagen lang in je bloed aanwezig blijft.
Tenzij je het monitort:
-stijging en daling ->1 infarct
-verhoogde aanwezigheid--> meerdere infarcten

Wat geeft Creatine kinase (CK) aan?

Het geeft spierafbraak aan.
en is ook verhoogd bij intensief sporten.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat bedoelen ze met dat CK een betrouwbaar negatief voorspellende waarde heeft?

om zeker te zijn dat je patient geen myocardale schade heeft kun de CK-spiegel blijvend gaan bepalen.
-normale cTnT-spiegel hebt
-en een niet verhoogd CK-spiegel

dan kun 99% een hartinfarct uitsluiten

Welke soorten ACS (hartinfarct)?

STEMI: volledige afsluiting van de kransslagader
-je hebt een ST-elevatie ,want je hebt ischemie
doordat een deel van de hartspier geen zuurstof krijgt
NON-STEMI:  een gedeeltelijke afsluiting van de kransslagader
-je hebt ST-depressie of ST-inversie of helemaal geen afwijking in de ECG.
Bij beide geldt dat je AMI hebt door een verhoging van cardale biomarkers 

Welke 2 soorten coronair lijden heb je?

-ACS (hartinfarct): volledige of gedeeltelijke afsluiting van de kransslagader. (verhoging van cardale biomarkers)
-Angina pectoris: tijdelijke afsluiting van de kransslagader

Welke 2 medicijnen kunnen de progressie van stabiele AP naar instabiele AP voorkomen?

Statines en Aspirine

Statines:
-door de verlaging van cholestrolgehalte, dus de remming van plaque vorming.

Aspirines:
-door remming van plaatjesaggregatie, dus de remming van trombus vorming.

Welke veranderingen treden op in het hart van een patient bij de progressie van stabiele AP naar een instabiele AP?

-de plaque vorming in de coronaire arterien neemt toe
-er kan ook trombus vorming ontstaan

Waar is VWF voor verantwoordelijk voor? En welk effect verwacht je bij AP-patienten als de functie van VWF wordt geinhibeerd door een antilichaam er tegen?

VWF is betrokken bij plaatjesaggregatie. Een antilichaam tegen VWF voorkomt trombus vorming in coronaire vaten van behandelde patienten.

dus bij AP-patienten is de verwachting dat:
-minder instabiel AP krijgt
-minder hartinfarct (ACS. MI)




Bèta-agonisten hebben een positief inotroop en chronotroop effect, maar worden niet gebruikt bij de behandeling van hartfalen. Komt dit door de positief inotrope of door de positief chronotrope effecten? Leg je antwoord uit

Door de positief chronotrope effect: een verhoogde hartfrequentie zorgt voor minder diastolische vulling.

een postitief ionotrope effect: een vergrote contractiekracht is theoretisch gezien juist wenselijk bij hartfalen.
maar op langer termijn zou het waarschijnlijk zorgen voor het uitputten van de hartspier.




Bij hartfalen is er sprake van een ondervulling van het arteriële vaatsysteem. Deze ondervulling wordt gedetecteerd en leidt tot de activatie van een aantal compensatiemechanismen. Benoem de 2 belangrijkste compensatiemechanismen en geef per mechanisme aan hoe de ondervulling gedetecteerd wordt die uiteindelijk leidt tot het compensatiemechanisme 


Sympaticus activatie
1. Bij een verminderd HMV, zullen baroreceptoren in de aortaboog en halsslagader (a. Carotis) deze detecteren
2. De sympticus wordt geactiveerd en zal Na afgeven die zal gaan binden aan B1-receptoren en zorgen voor een verhoging van de sinusritme (hartritme). Dit zorgt voor de verhoging van MAP.

RAAS activatie
1. Bij een verminderd HMV heb je een daling van je GFR
2. De Jc-cellen gaan vervolgend renine afgeven die zorgen dat anginotensinogeen -->ANGI wordt met uiteindelijk ANG II vorming en hiermee een verhoging van de MAP




De genoemde compensatiemechanismen RAAS en sympaticus kunnen leiden tot remodelling van de hartspier. Beschrijf wat remodelling inhoudt en leg uit wat voor effect dit op het hart heeft, zowel op korte als op lange termijn 

Remodeling van het hartspier zijn morfologisch veranderingen, dus hypertrofie, dilatatie e fibrosering van hartspier.

-korte termijn effect: je krijgt toename van de spiermassa in de linkerkamerwand. Je krijgt verbetering van de CO.

-lange termijn effect: een te dikke linkekamerwand zorg ervoor dat je ongecondineerde contractie krijgt. Je krijgt hiermee een lager netto slagvolume (SV).




Leg aan de hand van het werkingsmechanisme van spironolacton uit op welke manier dit geneesmiddel een bijdrage kan leveren aan de farmacotherapeutische behandeling van hartfalen

Spironolacton is een aldosteron antagonist.
normaliter zorgt aldosteron voor de activering van Na/Katpase in de distale tubulus.
Dit zorgt ervoor dat de waterretentie  (Na/H2O retentie) stijgt doordat Na wordt geresorbeerd naar het bloed en water volgt hierdoor. 
-Het effect is dat de preload zal gaan stijgen hierdoor.
-het bevordert fibrosering in het myocard.

een aldosteronantagonist: spironolacton gaat deze negatieve effecten tegen.

Speelt anatomie van de vaatwand een rol bij de vorming van atheroscleorse? Of speelt de bloeddruk meer een rol?

De bloeddruk speelt meer een rol. Dus omdat de halsslagader een hoge bloeddruk heeft dan andere aders zal naar meer atheroscleorse in onstaan

Wat is het effect van atherosclerose in de coronaire vaten op de zuurstof balans van het hart?

Atherosclerose zorgt voor vaatvernauwing, hierdoor krijg je minder zuurstof toevoer.

Daarnaast zorgt atheroscleorse er ook voor dat je vaten stugger worden waardoor je minder goed kan dilateren.

Als een kaliumkanaal gemuteerd ( gain of function) heeft dus de kaliumkanaal is hyperactief

Dus omdat de kaliumkanaal hyperactief is zal de plateau korter zijn dan normaal

Wat is re-entry en hoe speelt het een rol bij het ontstaan van atriumfibrilleren (AF)?

Bij een hyperactieve kaliumkanaal is de plateau van de actiepotentiaal korter dan normaal  dus geldt dat:
-de refractaire periode ook korter is dan normaal, hierdoor heb je een groter kans op re-entry (kringstroompjes) dus dat het weer snel gaat depolariseren.--> deze zijn betrokken bij het onstaan van Atriumfibrilleren.

Bij patienten met Atrium fibrilleren geven ze meestal dus een kaliumkanaal blokker zoals amiodaron, flecainide, sotalol
waar zorgt deze gnm voor?

Een kaliumkanaalblokker (amiodaron) zorgt voor ritmecontrole. (frequentie van de sinusknoop wordt verminderd)
effect:
-verlengt de refractaire periode.
-Hiermee wordt de frequentie van de sinusknoop genormaliseerd.
-veel bijwerkingen en meer ziekhuisopnames.

bij persitente boezemfibrilleren is het moeilijker om ritmecontrole toe te passen, dan kun je beter frequentiecontrole toepassen

Wat is een frequentiecontrole? En dor welke medicijn wordt dit effect bewerkstelligt?

-Betablokkers
-Nondihydroperidinecalciumanatgonisten (verapamil, diltiazem)
Deze is gericht om de frequentie waarmee de boezems/kamers samentrekken te normaliseren.
-persistente boezemfibrilleren kun je beter frequentiecontrole gaan toepassen

Wat is atriumfibrilleren/ boezemfibrilleren

Normaliter onstaan elektrische impulsen in de sinusknoop in de boezem. De AV-knoop laat elke prikkel door naar de kamers. Hierdoor gaan de kamer samentrekken. Waardoor je een hartslag krijgt.

Bij Atriumfibrilleren ontstaan deze prikkels op meerder plekken. De AV-knoop zal niet al deze prikkels doorlaten naar de kamers, maar een deel.

-Deze deel is nog steeds meer dan normaal.
het effect is: dat de kamers sneller gaan samentrekken dan normaal, waardoor je een hartritme bijna wel 2 keer hoger is dan normaal.
Je krijgt dus een onregelmatige samentrekking

Als een patient geen ST-elevatie heeft maar wel verhoging vna cTnT-spiegel wat is dan de diagnose van deze patient?

Deze patient zal dan een hartinfarct hebben en dan een NSTEMI.

Afwezigheid van ST-elevatie of aanwezigheid van ST-depressie duist meestal tot een op een infarct van gedeeltijke verstopping van de kransslagader.

Nitroglycerinespray is een kortwerkende nitraat dit kan het drukken gevoel op de borst gaan verminderen, hoe werkt het precies?

Kortwerkende nitraten zorgen voor veneuze vaatverwijding.
hierdoor zal een groot deel van de circulerende bloed kortdurend in de venen achterblijven.
De veneuze belasting van het hart zal gaan afnemen.
de preload zal gaan afnemen, waardoor de einddiastolische druk (wandspanning)  in de linkerkamerwand zal gaan afnemen.    

zuurstof behoefte zal gaan verminderen.

dit hersteld het evenwicht tussen zuurstofaanbod en zuurstof verbruik.
De anaeorobe verbranding verdwijnt. Minder stapeling:
-ADP
-adenosine
 

Hiermee krijg je dus minder pijnprikkels en minder ischemische pijn. 

Bij een AMI (VCA/hartinfarct) heb je PCI of dotteren icm stent techniek toegepast. Leg uit hoe dat in zijn werking gaat?

1. PCI (dotteren of stent)
-een heel dun slangetje met op de punt een leeg ballonetje wordt naar de plaats van vernauwing gebracht.
-op de plaats van vernauwing wordt het ballonetje opgepompt.
hierdoor zal de vernauwing in de slagader minder worden.
Vaak wordt er met behulp van een stent de slagaderwanden in hun nieuwe positie gehouden.
-deze stent dient dus als een soort van steunkous voor de binnenwand van de slagader.

Effect: de bloedstroom wordt hiermee hersteld.

Als tweede keuze bij een hartinfarct (VCA/hartinfarct) wordt er gebruik gemaakt van fibrinolyse (trombolyticum/TPA) hoe gaat dat in zijn werking?

Fibrinolyse is het tegenovergestelde van stolling.
fibrinolyse zet plasminogeen om in plasmine
en plasmine breekt de fibrinenetwerk in de trombus af. Dus de stolling wordt tegengegaan.

Dus die activeert het natuurlijke mechanisme van het lichaam.
het wordt alleen toegepast als PCI/dotteren niet kan uitgevoerd worden doordat het op een onbereikbare plaats zit of dat de ader te klein is

Een nadeel is dat:
-er bloedingsneigingen ergens anders kunnen optreden.

Als derde keuze wordt er CABG (bypassoperatie). Leg uit hoe dat in zijn werking gaat.

Dit is een openhartoperatie, de hele borstkast wordt opengemaakt wat dus heel ingrijpend is.
De chirurg zal een omleiding maken om de vernauwing in de kransslagader te omzeilen.
Dit is mogelijk door een extra bloedvat aan te leggen en aan te sluiten op de vernauwde bloedvat na de vernauwing. Hierdoor wordt het hartspier toch voorzien van zuurstof.

Bij een PCI kun je gebruik maken van meerder stents:
DES en BMS, leg uit hoe ze werken.

BMS (Bare Metal Stent): dit is een stents zonder coating.
Je hebt hier kans op restenose: dus dat de hartspierweefsel door gaat groeien en zal zorgen voor opnieuw vernauwing.

DES (Drug-eluting stent):
Deze geeft langzamerhand ook gnm af (immunosupressiva) om celproliferatie tegen te gaan. Dus het groeien van gladspierweefsel wordt tegengegaan.
Het effect is: het tegengaan van restenose.

Waarom dien je bij DES voor een langere tijd trombocytaggregatieremmer toe?

Dit heeft te maken met dat een stent over het algemeen het endotheel beschadigd. Bij een BMS zorgt het voor een nieuwe endotheel doordat het spierweefsel weer zal gaan groeien.

Aangezien een DES celproliferatie tegen gaat door immunosuppresiva, zal de herstel van het endotheel ook langzamer gaan. Je hebt dan ook meer trombus vorming.
Je voegt daarom ook trombocytenaggregatieremmer toe

In de cellen van de sinusknoop en AV-knoop ontstaat depolaristatie door

Calciuminstroom

Waar wordt NO gegenereerd tijdens receptor gemedieerde vaatverwijding?

In de endotheelcellen van bloedvaten

Hoe beinvloeden betablokkers de zuurstofbalans van het hart?

Een beta agonist zorgt ervoor dat de diastolische vulling minder
dus een beta-agonis zal zorgen voor dat de siastolische vulling meer wordt.

ant: door het verminderen van de mate en duur van de sytolische compressie

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo