Samenvatting: Cariologie 2
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Cariologie 2
-
Hoofdstuk 1: Tandcariës
Dit is een preview. Er zijn 32 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/01/2021
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is cariogeen tandplaque?
Wordt veel zuur gevormd, bacteriën zijn goed bestand tegen zuur. Overmaat aan zuur kan worden opgeslagen als reserve voedsel + plaque vorming. -
Bij welke pH demineraliseerd tanden?
PH van < 5,5
wanneer er fluoride wordt gebruikt pH 5,0 -
Wat is het voedseladvies ter preventie van cariës?
- De frequentie van voedselinname
- De verlaging van pH duurt 30 minuten
- De plakkarigheid van voedsel
Maximaal 7x per dag eten drinken wat suiker bevat. - De frequentie van voedselinname
-
Hoe remt fluoride het deminalisatieproces?
Door precipiteren van opgelosten calcium en fosfaat, waardoor voorkomen wordt dat het uit het glazuur verdwijnt. -
Wat is de afweerreactie van het pulpodentinale complex bij penetratie van bacteriën?
- Vorming peritubulair dentine
- Vorming tertiair dentine
- Ontstekingsreactie van pulpacellen.
- Vorming peritubulair dentine
-
Hoofdstuk 2: Detectie en diagnose
Dit is een preview. Er zijn 31 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/01/2021
Laat hier meer flashcards zien -
Wat doe je met een intra-orale camera en wat is het nadeel?
Monitoren van progressie of teruggang in de mond.
Nadeel: fout positieve waarnemingen (kan handig zijn bij kleur en/of formaat veranderingen). -
Wat is het eerste zichtbare teken van fissuurcaries?
Een krijtwitte verkleuring die na verloop van tijd donkerder kan worden door het opnemen van kleurstoffen. -
Wanneer krijg je bij DIAGNOdent fout positieve uitkomsten?
Door verkleuring, tandsteen en plaque. -
Wat zijn de voor- en nadelen van QLF?
Voordeel: laesieprogressie +regressie kan gevolgd worden.
Nadeel: alleen voor initiële laesies door geringe doordringingsvermogen + foutpositieven uitslagen door tandsteen, plaque en verkleuring. -
Wat zijn de kenmerken van een inactieve laesie in klasse I?
- Wittevleklaesie met glimmend (hard) oppervlak.
- Bruinevlek laesie met glimmend (hard) oppervlak.
- Wittevleklaesie met glimmend (hard) oppervlak.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden