Samenvatting: Casemanagement, De Methodiek Van Interdisciplinair Samenwerken | 9789023256113 | Jaap Bruijn, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Casemanagement, de methodiek van interdisciplinair samenwerken | 9789023256113 | Jaap Bruijn & Nora van Riet
-
1 Casemanagement als taak voor sociale professionals in zorg en welzijn
Dit is een preview. Er zijn 16 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Uit welke punten bestaat een onderhandeling? En welke vormen van onderhandeling zijn er?
* Belang: iets dat iemand voordeel geeft
* Zienswijze: een opvatting/mening hoe een belang het beste kan worden bereikt
* Standpunt: uitspraak over waar men ten aanzien van iets staat, belang en zienswijze komen tot uitdrukking in een standpunt
1. Onderhandelen: partijen zijn met elkaar in gesprek
2. Bemiddeling: bemiddelde partij neemt een tussenpositie in tussen beide partijen. (tussenpositie)
3. Arbitrage: een derde partij wordt ingeschakeld met de vraag om een bindende uitspraak te doen. Wanneer partijen elkaar in een verlammend evenwicht vasthouden en niet verder komen -
Wat zijn de 3 pijlers bij onderhandelen? En wat moet je eerst doen voordat je gaat onderhandelen?
1. Creativiteit
2. Relatie
3. Besluitvorming
Je moet eerst met jezelf onderhandelen, weten wat je wilt, waar je staat, tot hoever je wilt gaan. Bepaal je BOZO Beste Optie Zonder Overeenstemming: norm waaraan je elk voorstel moet toetsen
-
Uit welke uitgangspunten van casemanagement bestaat de nieuwe benadering van de hulpvrager?
- Bredere vorm van diagnostiek (assesment)
- Hulpvrager is actief betrokken bij voorbereiding en uitvoering van de hulpverlening
- Er wordt een systematisch individueel behandelplan opgesteld
- Inschatting van omgeving maken en van eventuele verandering daarvan plaats te vinden. Omgeving als object van de interventie. Zodat het geleerd in de praktijk kan worden gebracht: voorwaarden: genoeg steun van eigen sociale netwerk
- Integratie van formele en informele zorg
- Verwijzingen zijn doelgericht ipv activiteitgericht
- Regelmatige evaluatie om te kijken of het begeleidingsplan moet worden bijgesteld. -
Onder invloed van welke viertal bewegingen in de maatschappij kwam in de jaren zestig de onvrijwillige zorg in kwaad daglicht te staan?
1. Democratiseringsgolf
2. Emancipatiebeweging
3. Humanistische psychologie
4. Kritiek op aanpassingsdenken -
Vanaf de jaren tachtig deed de cultuur van de nieuwe zakelijkheid zijn intrede. Wat betekent dit en wat zijn de gevolgen?
Er trad verzakelijk op in welzijnsland. Dit wilde zeggen dat er een andere werkwijze kwam van het hulpverleningsproces, alsook de organisatie. Gestandaardiseerd, geformaliseerd en vastgelegd in begeleidings en behandelplannen. Toewijzing liep via complexe procedures. Geiten wollen sokken imago werd kwijtgescholden -
Wat zijn de nuance verschillen tussen de termen ´achter de voordeur ´outreachend werken en bemoeizorg?
1. Achter de voordeur: woningcorporaties en jeugdhulpverlening, afleggen van huisbezoeken, uiteenlopende vormen van hulp en dienstverlening worden gebruikt
2. Outreachend werken: hulp en dienstverlening aan mensen die zich op andere plekken bevinden, zoals op de straat
3. Bemoeizorg: psychiatrie/verslavingsproblematiek en gaat vaak ook over benadering en begeleiding van zorgmijders
-
Wat houdt outreachend werken in en welke problematieken heeft de cliënt?
Outreachend werken (direct,ongevraagd eropaf ) is eendirectieve houding waarin dehulpverlener ongevraagd langsgaat bijburgers die dit wel nodig hebben maar hier niet om vragen. Er wordt vaak gekeken opvindplaatsen om zo de juistedoelgroepen aan te spreken. Deze vorm kan invrijwillig kader maar ook ingedwongen kader zijn.
Doelgroep:cliënten metmeervoudige problematieken binnenindividueel , sociaal,structureel :verslaving ,psychiatrische problemen,armoede ,schulden ,depressie ,dementie ,vervuiling , het veroorzaken vanoverlast ofvereenzaming -
Welke kenmerken zijn er voor outreachende cliënten?
- Moeite met hetonderhouden van eigennetwerk
- Te goed of teslecht vanvertrouwen
- Worden niet meer bereikt door bestaandehulpverlenings aanbod
- Groteteleurstellingen ,trauma ´s,problematisch verleden,verlieservaringen -
Waar bestaat motivatie uit en wat zijn kenmerken hiervan:
Motivatie bestaat uit: willen, kunnen en er klaar voor zijn.
- Voorspelt actie
- Is gedragsspecifiek
- Is veranderlijk: toenemen of verminderen
- Is interactief: anderen hebben invloed op de mate van motivatie
- Kan van binnen en buitenaf worden beïnvloed -
Wat is het verschil tussen zorgcoördinatie en casemanagement?
1. De cliënt centraal als object van de zorg. Iedere betrokken hulpverlener kijkt dan vanuit zijn eigen deskundigheid naar de cliënt en diens behoeften en benoemt de eigen mogelijke bijdrage aan de hulp en dienstverlening. Zorg en behoeften van cliënt op elkaar afstemmen. Zorgcoördinatie = linking, monitoring en evaluation.
2. De cliënt centraal als uitgangspunt: De cliënt betrekt samen met de casemanager andere deskundigen bij een hulpverleningsplan dat eerst door hemzelf wortdt opgesteld. Functie casemanager = assesment, planning, linking, monitoring, evaluation.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden