Wat is casemanagement?

16 belangrijke vragen over Wat is casemanagement?

1. Waarom is er geen eenduidige definitie van casemanagement?

Wellicht doordat er vanuit verschillende werkvelden waarbinnen casemanagement wordt uitgevoerd allerlei omschrijvingen van het begrip worden gegeven.

2. Welke overeenkomst vind je tussen de verschillende definities van casemanagement?

Wat steeds overeenkomt binnen de definities is dat het gaat om het coördineren van een samenhangend hulppakket rondom een cliënt en zijn hulpvraag.

5. Welke opeenvolgende taken dient een casemanager uit te voeren?

  • Assessment: een uitgebreide en adequate diagnostiek
  • Planning: het opstellen van een samenhangend en compleet hulpverleningsplan
  • Linking: het creëren van een uitvoeringsteam dat het geheel van de individuele bijdragen overtreft.
  • Monitoring: consequent de hulp- en dienstverlening evalueren.
  • Evaluation: controleren of de hulpverlening het bedoelde effect oplevert.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

11. Omschrijf welke vormen van casemanagement tot cliëntgericht casemanagement behoren en hoe wordt deze hulpverlening ook wel genoemd?

Vormen van casemanagement die als uitgangspunt de zelfbeschikking van de cliënt hebben en aandacht hebben voor het sociale netwerk van de cliënt, behoren tot cliëntgericht casemanagement. De cliënt wordt in deze vorm van casemanagement zo veel mogelijk betrokken bij het opstellen van doelen en een werkplan. De behoeftes en visie van de cliënt vormen het uitgangspunt en niet het aanbod van instellingen. Dit wordt ook wel vraaggerichte hulpverlening genoemd.

12. Omschrijf welke vormen van casemanagement tot instellingsgericht casemanagement behoren en hoe wordt deze hulpverlening ook wel genoemd?

Hieronder vallen de vormen van casemanagement waarbij instellingen onder elkaar afspraken hebben gemaakt over behandel- en hulpverleningsplannen. De cliënt kan bij een vorm van instellingsgericht casemanagement kiezen uit bestaande vaste vormen van hulpverlening. Dit wordt ook wel aanbodgerichte hulpverlening genoemd.

13. Wat houdt de functionele benadering in en hoe wordt dit tegenwoordig genoemd?

Bij een functionele benadering wordt er onderscheid gemaakt tussen functies die je kunt zien als clusters van inhoudelijk samenhangende werkzaamheden die typerend zijn voor een bepaalde vorm van hulp- of dienstverlening. Bij deze benadering wordt iedere functie financieel omgezet in vaste budgetten. Deze term is in de praktijk vervangen door programmatische hulpverlening, het denken in programma’s. Binnen onder andere de jeugdhulpverlening en de GGZ is het denken in programma’s ingevoerd in de praktijk.

20. Beschrijf het model 'individuele begeleider'.

De casemanager is binnen dit model degene die tussen de cliënt en de instellingen in staat. De casemanager heeft dagelijks contact met de cliënt en richt zich dan voornamelijk op het zorg dragen voor het behoud en de ontwikkeling van het sociale netwerk van de cliënt en op het trainen van vaardigheden. Deze vorm van casemanagement is uitermate geschikt wanneer men opname wil voorkomen of wanneer de cliënt dient te revalideren.

21. Beschrijf het model 'Therapeutisch of ‘clinical’ casemanagement'.

De persoon die het casemanagement op zich neemt is tevens therapeut. Behandeling mag bij dit model niet los gezien worden van casemanagement. Hierdoor heeft de therapeut (= casemanager) een goed beeld van de (on)mogelijkheden van de cliënt mbt het verwezenlijken van een casemanagementprogramma.

23. Beschrijf de 'bijkomende versus aparte variant' van casemanagement.

Een casemanager kan volledig los staan van de hulpverlening en maakt hier zelf geen deel van uit (apart). De rol van casemanager kan echter ook opgepakt worden door een hulpverlener die betrokken is bij de cliënt vanuit de georganiseerde hulpverlening (bijkomend).

24. Beschrijf de 'interne versus externe variant' van casemanagement.

De casemanager maakt deel uit van de georganiseerde hulpverlening (intern) of hij is autonoom en staat er volledig los van (extern).

26. Waar zou de keuze voor een bepaalde variant van casemanagement op gebaseerd moeten zijn?

Op de behoeften van de cliënt en niet zozeer op deals tussen instellingen en individuele hulpverleners, waarbij hun belangen domineren.

28. In welke 2 groepen kunnen de werkzaamheden van de casemanager gesplitst worden?

De werkzaamheden van de casemanager kunnen gesplitst worden in het uitvoeren van taken in opdracht van de cliënt en het uitvoeren van taken in opdracht van hulpverlenende instanties.

29. Moxley verdeeld te taken van de casemanager in directe en indirecte functies. Wat houden beide functies in?

Directe functies: taken die de casemanager op zich neemt tijdens het cliëntcontact. Bijv. vaardigheden aanleren of informatie geven aan de cliënt.
Indirecte functies: taken die de casemanager op zich neemt mbt de manier waarop instellingen functioneren in relatie tot de cliënt. Bijv. het veranderen van aspecten binnen de context/het sociale netwerk van de cliënt of het participeren in het uitbreiden van voorzieningen.
Meer voorbeelden op p45/46.

31. Beschijf hoe een casemanager een cliënt dient te benaderen.

De benadering dient opener, breder, creatiever en integraler te zijn dan de benadering binnen de reguliere hulpverlening (zoals maatschappelijk werk).

32. Over welke eigenschappen moet een casemanager volgens Le Grand beschikken? Noem er 8.

  • In geval van crisis/conflict handelend kunnen optreden.
  • Goede contactuele eigenschappen en open & betrouwbare overkomen.
  • Verwachtingen over en weer duidelijk kunnen maken.
  • Zorgen dat bepaalde aspecten van gedrag (bv wegloop-gedrag van verslaafden) besproken worden met hulpverleners.
  • Zakelijke relatie, niet worden meegezogen in gezinssysteem.
  • Hoofd koel kunnen houden igv crisis en doortastend kunnen optreden.
  • Goede gespreksleider (kunnen bemiddelen en knopen doorhakken).
  • Relativerende invloed kunnen uitoefenen als emoties hoog oplopen.
  • Hoge frustratie-tolerantie.
  • Met hulpverleners kunnen omgaan.
  • Gestructureerd kunnen denken en werken.
  • Creatief zijn in het bedenken en organiseren van nieuwe initiatieven.

34. Wat wordt in dit boek bedoeld met 'vernieuwing in de zorg'?

Vernieuwing in de zorg betekent niet dat er nav de hulpvraag nieuwe vormen van zorg worden ontwikkeld, maar dat zorg op een andere manier wordt aangeboden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo