Viruses, Oncogenes & Growth factors

10 belangrijke vragen over Viruses, Oncogenes & Growth factors

Leg uit hoe duidelijk werd dat virussen kunnen zorgen voor de transformatie van getransformeerde cellen in culture.

RSV geïnfecteerde cellen bleken oneindig te kunnen delen. Er werden foci (soort minitumoren) gevormd: door verlies van contact inhibition (normaal wordt bij contact van cellen met elkaar groei geremd). Kanker kon nu bestudeerd worden in een petrischaaltje.

De continue aanwezigheid van het virus was nodig om het getransformeerde fenotype in stand te houden. virussen moesten dus kunnen overleven in gastheercellen.

Noem 4 manieren waarop virussen voortbestaan in non-permissive host cells (en dus uiteindelijk kunnen leiden tot transformatie van de cellen).

  • inbouwen van DNA in het genoom van de gastheercel.
  • persisting episomally (buiten host genome) --> virale eiwitten overbruggen virale genoom en cullulair chromatine, virale genoom lift mee met chromosomen tijdens mitose
  • retrovirussen gebruiken reverse transcription om genetisch materiaal te integreren in DNA host cell (RSV = retrovirus)
  • kidnappen en exploiteren van host genes (v-src en c-rsc)

Leg uit hoe het kidnappen en exploiteren van host genes door virussen kan leiden tot kanker.

Bij ALV virus:
  • v-src bleek verantwoordelijk voor transformatie
  • maar bevondt zich niet in voorouders van ALV virus, niet nodig voor normale RSV replicatie
  • c-rsc bleek een kippengen te zijn, verantwoordelijk voor normale ontwikkeling
  • c-rsc bleek dus een groei bevorderend proto-oncogen te zijn.
  • het dna afkomstig van het rna van het virus bleek geïntegreerd naast het c-rsc gen, --> fusie ALV-rsc RNA transcript -->verpakt in capsid en weer nieuw virus
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Het voorbeeld van het RSV virus laat zien hoe het kidnappen van host genes leidt tot transformatie (proto-oncogen --> oncogen dat geintegreerd wordt in DNA). Langzaam transformerende virussen dragen echter geen proto-oncogenen bij zich. Hoe leiden deze virussen dan tot transformatie? (2)

  • deze virussen activeren proto-oncogenen via insertional mutagenesis
  • door hun genetisch materiaal dichtbij een proto-oncogen te inserteren. de virale promoter zorgt voor een overproductie van bijvoorbeeld het Myc eiwit. --> proliferatie
  • sommige virussen dragen eigen genen bij zich die zorgen voor sterke proliferatie.

Virussen zijn dus belangrijke carcinogenen!

Virussen zijn niet de volledige oorzaak voor transformatie en dus kanker. Mutaties spelen ook een zeer belangrijke rol. Hoe werd dit ontdekt?

  • transfectie van foreign DNA in cellen om de oncogene potentie van cellen te onderzoeken
  • delen van genoom van kankercellen --> cellen transformeren --> inbrengen in muis --> tumor
  • geen link nodig met virusinfectie: kankercellen die niet getransformeerd werden met virus maar middels chemische stof
  • + mutaties werken blijkbaar tussen soorten

Hoe kunnen translocaties transformatie veroorzaken?

  • Belangrijk voorbeeld = Burkitt's lymphoma:
  • bijna allemaal hebben fusie van regio's chromosoom 2, 14 & 22 aan een regio van chromosoom 8. Al deze translocaties brengen het myc gen onder controle van  zeer actieve transcriptionele factoren van immunoglobine genen.
  • Growth factor receptor --> truncated --> constante activatie
  • hybrid proteins --> geeft bijvoorbeeld sterke signalen af voor groei

Leg uit wat de relatie is tussen Src en EGF: epidermal growth factor.

  • EGF is een mitogen: stimuleert celgroei.
  • EGF heeft een membraanreceptor, met een ectodomein en een cytoplastisch domein
  • EGFR is een receptor tyrosine kinase
  • het cytoplastische domein is homoloog aan het Src eiwit
  • Src gedraagt zich dus als een geactiveerde EGFR --> overmatige stimulatie van celgroei

De relatie tussen Src en de EGF receptor geeft weer hoe een eiwit een geactiveerde receptor na kan bootsen. Er is ook een manier waarop een receptor zelf een onco-protein kan worden. Leg dit uit, opnieuw met de EGFR als voorbeeld.

  • de EGF receptor is sterk gerelateerd met het erbB (HER) virale oncogen
  • het erbB oncogeen heeft echter niet het ectodomein van de receptor.
  • het is dus een getrunceerde variant van de EGF receptor
  • de erbB receptor is dus constant actief
  • er zijn nog veel meer getrunceerde receptoren ontdekt in kankers

Geef drie manieren waarop de activiteit van groeifactor receptoren veranderd is/kan zijn in kankercellen.

  • door mutaties is de structuur van de receptor zodanig dat deze altijd actief is
  • overexpressie van de receptor, waardoor delen aan elkaar raken en snel geactiveerd zijn
  • autocriene activatie van de receptor doordat bijv het GF gen geactiveerd is in het celtype met de receptor

Wat weet je over de relatie van membrane permeable ligands en de ontwikkeling van kanker?

  • kunnen door membraan, dus geen receptor nodig
  • bijv steroid hormonen
  • van belang voor ontwikkeling van bijv borstkanker en eierstokkanker (hoge niveaus)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo