Major Histocompatibility Complex Molecules and Antigen Presentation to T Lymphocytes

19 belangrijke vragen over Major Histocompatibility Complex Molecules and Antigen Presentation to T Lymphocytes

Wat zijn 4 speciale kenmerken van hoe T-cellen antigenen herkennen?

1) Ze herkennen peptiden en geen andere moleculen
2) ze herkennen lineaire peptiden en geen conformaties
3) ze herkennen celgeassocieerde en geen oplosbare antigenen
4) CD4+ herkent peptiden van buiten de cel en CD8+ herkent peptiden van binnen de cel.

Wat gebeurt er met een T-cell die een signaal van een MHC-I receptor krijgt?

Die maakt niets aan, ondergaat clonal expansion en wordt een CTL (effector T cel) of een memory CD8+ cel.

Voordat een APC B7 kan laten zien moet er eerst een ander signaal plaatsvinden. Welke is dit?

T-cel laat CD40L expressie zien , welke bindt aan CD40 op APC. Daarna laat APC B7 zien.

  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Welke typen APC's hebben we zoal?

- dendritische cellen: zijn de enige cellen die naive T-cellen kunnen activeren.
- B-cellen: kunnen alleen effector T-cellen en geheugencellen activeren.
- macrofagen: kunnen alleen effector T-cellen en geheugencellen activeren.
Alle APC's naast MHC1 ook MHC2

Waarom moet antigen aan T-lymfocyten worden gepresenteerd?

Er zijn maar weinig T-cellen en daarom bevinden zij zich in perifere lymfoïde organen waar antigen aan ze wordt gepresenteerd

Wat is het verschil tussen de rijpe en de uitrijpende staat van DC's?

In de uitrijpende fase kunnen dendrieten wel antigenen opeten, maar ze zijn niet in staat om T-cellen te activeren. In het weefsel hebben DC's dus een andere functie en fenotype dan in de lymfeklier. In de lymfeklier hebben DC's bijvoorbeeld een lage expressie van PRR's en een hoge expressie MHC.

Welke 2 manieren van antigeenopname van dendritische cellen zijn er?

1) herkenning van antigenen via PRR (TLR of C-type lectines)
2) macro en micropinocytose: het opnemen van antigenen zonder PRR's
Een dendritische cel neemt bijna alleen maar zelfantigenen op als deze in rust is. De enige manier voor een DC om nonself te presenteren gaat via een PRR.

Wat is MHC restrictie?

Jouw T-cellen herkennen alleen je eigen MHC en dus ook alleen het antigeen gepresenteerd in jouw eigen MHCmolecuul. Bij een ander MHC vindt er geen herkenning plaats. Alleen cellen met het juiste MHC en het juiste peptide worden herkend.

Wat is het verschil moleculair gezien tussen MHC 1 en MHC 2?

MHC 1 heeft een kortere groeve dan MHC 2 en MHC 1 bestaat uit een lange en een korte keten terwijl MHC 2 bestaat uit 2 (bijna identieke) lange ketens.

Wat zijn de kenmerken van MHC 1?

- op alle lichaamscellen
- intracellulaire antigenen
- korte peptides
- bindt aan CD8+

Wat zijn kenmerken van MHC 2?

- alleen op APC en thymus epitheel
- bij de mens ook op vasculair endotheel cellen
- voor extracellulaire, gefagocyteerde antigenen
- langere peptides
- bindt aan CD4 receptor en T-helpercellen.

Wat doet interferon gama bijv.?

Deze verhoogd het niveau van expressie van MHC 1 en MHC 2. Het kan door een NK-cel worden uitgescheiden, maar ook door een T-helpercel. Het zorgt er dus eigenlijk voor dat de fagocyt (APC) het opgenomen antigeen dood maakt en daarna gaat presenteren.

Waar komen de peptides vandaan die MHC 1 binden?

- uit het cytosol (vooral lichaamseigen eiwitten)
- non-lichaamseigen antigenen kunnen komen van:
1) intracellulaire pathogenen
2) eiwitten afkomstig van gemuteerde genen (kankergenen)
3) foutieve eiwitsynthese in het ER
4) cross-presentatie (alleen in APC's)

Waar komen de peptides vandaan die MHC-2 binden?

- antigenen opgenomen door fagocytose vanuit de extracellulaire ruimte (ook pathogenen)
- uitgescheiden lichaamseigen eiwitten.
- eiwitten afkomstig uit autofagosomen
- cel-membraaneiwitten

Hoe wordt een MHC-1 molecuul geladen?

- cytosolisch eiwit wordt afgebroken in het proteasoom. Maar het wordt eerst met ubiquitine eiwitten bedekt. De peptiden die hierbij vrijkomen worden via TAP (ER kanaal) het ER in gebracht. Daar komen ze vlakbij de MHC1 uit (deze wordt immers ook in het ER gemaakt) en een eiwit genaamd tapsine zorgt dat ze daarop binden. Vanuit het ER blebben ze (MHC-1 + peptide) in vesikels af en gaan naar het eerst naar het golgi en dan naar het celmembraan. Op het celmembraan kan het gepresenteerd worden aan CD8+

Wat gebeurt er als een CD4 cel wordt geactiveerd?

Dan gaat deze cytokines produceren die onder andere macrofagen weer activeren.

Welke antigenen herkennen T-Lymfocyten?

  • Eiwitten
  • Lineair
  • Cel-geassocieerd
  • Extracellulair of Cytosol

Waaraan presenteert MHC-2?

CD4+ T-helpercellen

Wat verhoogt de MHC-2 expressie?

  • IFN-gamma'(geproduceerd door NK en CD4+)
  • Geactiveerde Toll-like receptoren

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo