Scheidingsmethoden - Het scheiden van storren - Anders
8 belangrijke vragen over Scheidingsmethoden - Het scheiden van storren - Anders
269. Stofeigenschap bij verschillenden scheidingsmethoden.
Filtreren: deeltjesgrootte
Extraheren: oplosbaarheid.
270. Bi een Senseo- koffiezetapparaat wordt een koffiepad in een houder gelegd.
Heet water wordt daarna door het koffiepad geperst en de koffie wordt opgevangen in het kopje.
Hierbij spelen twee scheidingsmethoden een rol.
a. Welke?
B. Wat is hier het filtraat en wat he residu.
b. de koffieprut in de pad is het residu,
de koffie in het koptje is he filtraat.
271. Het leidingwater in komt voor een deel uit grondwater onder de duimen.
Om het grondwater aan te vullen wordt water uit het IJsselmeer in de duinen gepompt.
Het zand van de duinen zuivert het IJsselmeer water zodat het bruikbaar wordt voor de bereiding van drinkwater.
a. Welke scheidingsmethode wordt hier toegepast?
b. Leg uit of alle verontreinigingen uit het rivierwater worden tegengehouden.
b. nee,
de opgeloste stoffen blijven in het water zitten en
ook de kleinste deeltjes zullen niet door het zand tegengehouden worden
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
272, Het leidingwater in komt voor een deel uit grondwater onder de duimen.
Om het grondwater aan te vullen wordt water uit het IJsselmeer in de duinen gepompt.
De kwai in het waterwingebied spuit 800 L water per seconde uit het IJsselmeer de duinen in.
Bereken hoeveel m3 water per uur de duinen gepompt wordt.
800 × 60 × 60 = 2 880 000 L = 2880 m3
water de duinen ingepompt.
1l = 1000m3
273. De was in een wasmachine is nog drijfnat na het wassen.
Daarom gaat op het eind de trommel in de wasmachine met grote snelheid draaien.
Hierdoor verdwijnt het water grotendeels in de afvoer zodat het wasgoed zo droog mogelijk uit de machine komt.
Je kunt dit proces beschouwen als een scheidingsmethode.
a. Welke twee stoffen worden gescheiden?
b. Welke twee scheidingsmethode spelen in deze scheiding een rol.
c. Het verschil in stofeigenschappen bepaalt hier de scheiding? Welke stofeigenschappen zijn dit?
b centrifugeren en filtreren
c verschil in dichtheid en verschil in deeltjesgrootte
274. Je hebt een mengsel van jood, zand, zwavel en ijzervijlsel, dat je moet scheiden.
Daarbij mag je gebruik maken van alle drie oplosmiddelen uit de tabel.
Vertel in stappen wat je moet doen om de vier stoffen van elkaar te scheiden.
- Met alcohol kun je het jood uit het mengsel extraheren. Ontstaat jood mengsel.
- Na filtreren houd je het mengsel van zand, zwavel en vijlsel over als residu en een joodoplossing als filtraat.
- Door de alcohol te laten verdampen houd je jood over.
2 e ZWEVEL
- Met koolstofdisulfide kun je nu via extractie de zwavel uit het mengsel (residu) halen.
- Na filtreren houd je het zand en ijzervijlsel als residu over en een zwaveloplossing als filtraat.
- Na verdampen van koolstofdisulfide heb je de zwavel in handen.
3 e
- Met een magneet kun je het ijzervijlsel uit het zand verwijderen.
275. In 50 g krijt suspensie zit 10g krijt.
Na filtreren blijkt er in het filter slechts 8g vaste stof terug te vinden.
Bereken het rendement van deze scheiding.
8,0 g/ 10 g × 100% = 80%
277, Suikerbieten bevatten 200g suiker per kg bieten.
Na extraheren en filtreren van 1200kg bieten
blijkt het filtraat 200 kg suiker te bevatten.
a. Bereken het rendement van dit proces
b. Noem twee andere redenen waarom de opbrengst kleiner zal zijn dan de theoretische opbrengst.
1200 × 200 g = 240 000 g = 240 kg suiker.
Het rendement is
200 kg /240 kg . × 100% = 83%.
b De natte pulp (het residu van de extractie) zal suiker bevatten
en ook in het filter zal suikerwater achterblijven.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden