Samenvatting: Circulatie 1

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Circulatie 1

• Slim 1-5

  Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 01/02/2017
  Laat hier meer flashcards zien

• Beschrijf de twee driehoeken van het mediastinum

  Trigonum thymicum
  Trigonum cardiacum

• Wat is de sinus transversus pericardii?

  Dit is een holte die zich achter de aorta en de truncus pulmonalis bevindt, maar nog voor de venen.

• Wat is de sinus obliquus pericardii?

  Dit is de holte die zich achter het hart bevindt.

• Beschrijf kort de embryologie van het hart (2)

  Het hart heeft eerst een arteriële en een veneuze pool. Deze groeien naar elkaar toe. 
  
  Direct op het hart ligt de lamina visceralis. Deze slaat om bij de craniale kant, de samenkomst van de veneuze en arteriële polen.

• Beschrijf de drie primaire sulci v/h hart en de latijnse benaming van de hartoortjes

  Sulcus coronarius (SC): bevindt zich net onder de atria. Bevat vetweefsel en de coronaire arteriën. 
  
  Sulcus interventricularis anterior (SIA): bevindt zich tussen de voorste ventrikels.
  Sulcus interventricularis posterior (SIP): bevindt zich tussen de achterste ventrikels.
  
  Auricula

• Beschrijf de embryonale bloedsomloop en de daarbijbehorende structuren (3)

  Het foramen ovale: is een structuur die het zuurstofrijke bloed direct van het rechter atrium naar het linker atrium stuurt. Hierdoor kan het partieel zuurstofrijke bloed rechtstreeks het lichaam in. 
  
  NB: na sluiting heet het foramen ovale het fossa ovalis of het foramen ovalis
  
  Ductus van Botalli: een verbinding tussen de truncus pulmonalis en de aorta. Deze verbinding is er voor het geval dat er toch bloed terecht komt in de truncus.

• Welke spieren liggen er in het hartoortje? En wat is de latijnse benaming voor het hartoortje

  De mm. pectinati bevinden zich in het auricula van zowel het linker- als rechteratrium.

• Welke venen monden uit in het rechter atrium?

  1: De vena cava sup en inf
  2: De sinus coronarius = afvoer van coronairen
  
  NB: beide openingen hebben kleppen

• Slim 6-10

  Dit is een preview. Er zijn 27 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/02/2017
  Laat hier meer flashcards zien

• Beschrijf de drie kleppen van de tricuspidalis (3+3+1)

  Cuspis anterior 
  Cuspis posterior
  Cuspis septalis  
  
  Met spieren:
  
  M. papillaris anterior
  M. papillaris posterior
  M. papillaris septalis
  
  Met verbindingsstuk chordae tendinae. Dit is een pees die de mm. papillari verbindt met de AV-kleppen

• Welke structuur vergroot de stevigheid v/d kleppen i/h hart?

  De fibreuze ringen waarin deze kleppen zich bevinden.