Asus 10. Astma pathofysiologische achtergrond
20 belangrijke vragen over Asus 10. Astma pathofysiologische achtergrond
Hoe zien de epitheelcellen eruit in de proximale en distale luchtwegen?
Distaal: meer cuboïd, niet-gecilieerd en vanaf de terminale bronchiolen verdwijnen slijmbekercellen
Hoeveel procent hoger is je kans op het krijgen van astma als je ouder astma heeft?
Wat is het verschil in de FEV1 bij rokende en niet-rokende jong-volwassenen?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Noem twee virussen die bij kinderen astma en andere piepende ziektes kunnen veroorzaken.
Lopen mensen die een mazelen infectie hebben doorgemaakt een kleiner of groter risico op atopie?
Kan luchtvervuiling astma veroorzaken?
Een kind weegt 2 kg bij geboorte. Is zijn kans op astma verhoogd?
Waarom kan astma leiden tot een pathologisch hoge pulsus paradoxus?
Bovendien is er bij astma-exacerbaties zeer hoge variatie in intrathoracale druk, waardoor de pulsus paradoxus hoger wordt.
De sterkte van de pulsus paradoxus houdt verband met de FEV1.
Th2 cellen hebben drie effecten die relevant zijn bij atopisch astma. Weke effecten zijn dit?
- Mestcelgroei en differentiatie (IL-4, IL-5)
- B-cel isotypeswitch van IgG naar IgE (IL-13, IL-4)
Hoe worden allergenen gedetecteerd in de luchtwegen en gepresenteerd aan Th2 cellen?
Bij astma is het aantal dendritische cellen in het luchtwegepitheel verhoogd. Gaat het hier vooral om type I (myeloïd) of type II (plasmacytoïd)?
Welke stimulus stimuleert mestceldegranulatie?
Hebben alle patiënten met astma naast de vroege respons op allergenen ook een late respons?
Stelling: eosinofielen spelen een centrale rol in de pathofysiologie van astma. Juist of onjuist?
Hoeveel procent van de astmapatiënten heeft neutrofilie in sputum en submucosa? Waar wijst dit op?
Hoe kunnen neutrofielen bijdragen aan schade in het luchtwegepitheel?
De lamina reticularis (subepitheliaal, metee nonder lamina basalis) wordt bij astma dikker. Hoe kan dat?
Gladde spiercellen bij astma zijn dikker en hyperreactief. Waardoor worden ze dikker en waarop kunnen ze reageren?
Bij astma is de mucusopslag verhoogd. Bovendien is er slijmbekercelhyperplasie en -hypertrofie. Noem een voorbeeld van een mucussecretagoog.
Stelling: bij astma is altijd de mucusopslag en afgifte verhoogd. Juist of onjuist?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden