Klinische syndromen en nefropathologie
9 belangrijke vragen over Klinische syndromen en nefropathologie
Wat zijn indicaties zijn om een nierbiopt te nemen?
- Nefrotische proteïnurie > 3,5 gram
- Macroscopische of persisterende microscopische hematurie
- Nierfunctieverlies (zonder duidelijke oorzaak)
Welke onderzoekstechnieken zijn er voor microscopisch onderzoek van de nierbiopt?
- Immuunfluorescentie
- antilichamen gebonden aan antigenen worden zichtbaar.
- Vaak ziekten in de glomerulus
- Locatie en samenstelling van de immuuncomplexen zichtbaar.
- Elektronenenmicroscoop
- Morfologie van de glomerulaire basaalmembraan.
- Lokalisatie van immuuncomplexen
- Morfologie podocyten
- Substructuur in deposities
- Licht microscopie
- door kleuring wordt weefsel zichtbaar.
Wat zijn kenmerken van het Nefritisch syndroom?
Pathofysiologie:
- beschadiging endotheelcellen> complementsysteem > activeert immuuncomplexen > ontstekingscellen beschadiging capillairwand > bloed uit capillair.
Symptomen:
- Nierfunctie verlies (GFR ↓)
- Hematurie
- (typisch een ontstekingsreactie)
- hematurie
- geringe proteinurie
- hypertensie
- gestoorde nierfunctie
Syndroom:
> Postinfectieuze glomerulonefritis
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat zijn de kenmerken van asymptomatische proteïnurie of hematurie
- Klein beetje proteïnurie (< 3,5 g eiwitten per dag); of
- Klein beetje hematurie.
Oorzaak vaak door beschadiging mesangiumcellen van de glomerulus.
Syndroom:
> IgA nefropathie (ziekte van Berger)
Beneoem de histopathologisge kenmerken van een extracapillaire proliferatieve glomerulonefritis
- Aanwezigheid van fibrine
- Aanwezigheid van ontstekingscellen in de ruimte van Bowman.
- Hypercellulartiteit
- Proliferatie van de glomerulaire cellen.
Welke verwekker is meestal de oorzaak voot het ontstaan van Post-Infectieuze Glomerulinefritis (PIGN)?
Wat zijn histopathologische bevindingen bij een post-infectieuze glomerulinefritis (PIGN)?
- Cola-kleurige urine (soms verminderde diurese)
- hypertensie en gering oedeem
- verhoogde kreatinine
- interval van 2 weken tussen infectie en PIGN
Histopathologie:
- Endocapillaire proliferatieve glomerulinefritis.
- Aanwezigheid van IgG, C3
- elektronendense deposities subendotheliaal en subepithelilaal (humps)
Wat kenmerkt primaire membraneuze nefropathie? EN secundair?
- De aanwezigheid van antilichamen tegen PLA2R receptor. (75%)
- Secundair is systemisch:
- Medicijnen
- Onderliggende maligniteiten
- SLE (auto-immuun)
- Infecties (hep B en C, malaria)
- Andere auto-immuunziekten.
De meeste vormen van glomerulaire schade ontstaat ten gevolge van de vorming van immuuncomplexen. Benoem de mogelijkheden waarop deze complexen in de glomerulus terecht komen.
- Lokale binding van antilichamen (membraneuze nefropathie)
- Binding van antilichamen aan ingebrachte antigenen
- Binding van antilichamen aan normale onderdelen van de basaalmembraan.
- Glomerulonefritis door immuuncomplexen vanuit de circulatie
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden