Afwijken van de hoofdregel met omkering van de bewijslast - Omkering op grond van de eisen van redelijkheid en billijkheid

5 belangrijke vragen over Afwijken van de hoofdregel met omkering van de bewijslast - Omkering op grond van de eisen van redelijkheid en billijkheid

De rechter kan op grond van de eisen van red&bill de bewijslast omkeren in geval van bijzondere omstandigheden, waarin toepassing van de hoofdregel tot onbillijke resultaten zal leiden en een bijzondere regel geen soelaas biedt. Hiervoor is in uitzonderlijke gevallen slechts plaats. Om wat voor gevallen moet het gaan?

            Wanneer de partij die volgens de hoofdregel de bewijslast draagt in een onredelijk zware bewijspositie is geraakt door toedoen van de wederpartij. Bijv. bij het zoeken maken van bewijsstukken, het heel laat reageren op een onjuist gedachte gedraging van de wederpartij of een buitengewoon trage wijze van procederen. M.a.w. een houding in strijd met een goede procesorde. 

Eiser stelt met gedaagde een arbeidsovereenkomst te hebben gesloten. Gedaagde betwist dit. Eiser krijgt de bewijsopdracht terzake het bestaan van de arbeidsovereenkomst, maar beroept zich op red&bill genoemd in 150 en stelt dat de eisen daarvan meebrengen dat de bewijslast op gedaagde rust, temeer daar gedaagde als de economisch sterkere partij heeft nagelaten de aard van hun contractuele relatie vast te leggen. Hoe oordeelt de HR?

            Men mocht uitgaan van de hoofdregel van bewijslastverdeling en dus dat red&bill niet tot een andere verdeling van de bewijslast leidden. 

Dwalende notarisvrouw bij huwelijkse voorwaarden. Op wie rust bewijslast dwaling?

            Bewijslast van feiten die een beroep op dwaling kunnen opleveren rust ingevolge de hoofdregel 150 jo 6:228 lid 1 op degene die zich op dwaling beroept, maar in het onderhavige geval uit de eisen van red&bill vloeit een andere verdeling van de bewijslast voort. 

  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Verzekerde liet zijn rugklachten onvermeld bij het aangaan van de arbeidsongeschiktheidsverzekering. (Terzijde nog opgemerkt bij casus: De verzekeringsmaatschappij deed een beroep op verzwijging 7:928 en droeg de bewijslast van die feiten en riep als getuige de arts op. De verzekerde had bezwaar tegen schending van de geheimhoudingsplicht van de arts en had de arts voorgehouden dat hij hem tuchtrechtelijk zou aanspreken in geval hij zou spreken. De verzekerde had de mogelijkheden van de verzekeraar om bewijs te leveren gefrustreerd.) Hoe moest de bewijslast hier zijn volgens het Hof? 

            Omkering op grond van red&bill. De verzekerde moet bewijzen dat hij niet begreep of behoorde te begrijpen dat haar bestaande rugklachten onder de in de vragenlijst genoemde aandoeningen vielen en vast moet komen te staan dat alles wat haar (bijv. middels haar artsen) over haar klachten bekend was, niet viel onder de in de vragenlijst genoemde aandoeningen. 

Kort na het maken van de mondelinge afspraak tot verkoop woning ontstaat discussie over over het gemaakt zijn van het financieringsvoorbehoud. Wie moet bestaan of ontbreken financieringsvoorbehoud bewijzen, koper of verkoper?

            Een dergelijk voorbehoud bij verkoop van een woonhuis tussen particulieren komt vaak voor en nu hierover kort na de mondelinge afspraken discussie is ontstaan of dit voorbehoud is gemaakt of niet, rechtvaardigen, gelet op ook op de uitzondering red&bill van 150, niet het oordeel dat uit die eisen voortvloeit dat niet de koper het bestaan van het voorbehoud dient te bewijzen, maar de verkoper het ontbreken daarvan. Dus koper moet het bestaan bewijzen. 

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo