Prestaties en effecten - Traditionele begroting
3 belangrijke vragen over Prestaties en effecten - Traditionele begroting
Kan je uitleggen waar de traditionele begroting uit bestaat?
- Kostensoorten
- Personeel
- Materieel; de goederen en diensten die gebruikt worden
- Overdrachten; bijvoorbeeld uitkeringen
- Kapitaaluitgaven/-kosten
- Programma's; bijvoorbeeld inzet van soldaten.
- Hoofdstukken; aparte stukken van aparte ministers.
- De begroting zegt niks over wat je ervoor terugkrijgt, maar enkel over het geld wat erin gaat. Dit zegt nog niets over het resultaat, en al helemaal niks over het bereikte effect!
Hoe ziet input, output en outcome eruit?
- Input (middel) - Output (prestatie, product) en outcome (effect).
- Je wilt iets kunnen zeggen over het bereikte effect, de outcome.
Heeft de publieke sector een output?
- Bij de output wordt een middel omgezet en daar komt een prestatie of product uit.
- Maar: kunnen we dit toepassen bij de publieke sector?; dit is geen privaat bedrijf. Echter, de publieke sector produceert diensten, bijvoorbeeld = woningcorporaties die huizen verhuren.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden