Samenvatting: Cliënt En Omgevig
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Cliënt en omgevig
-
1 doelgroepen
Dit is een preview. Er zijn 20 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat betekend doelgroepbeschrijving?
Hiermee krijg je een gedetailleerd beeld van de doelgroep. -
Noem de twee categorieën binnen de zorg en welzijn waarin je de doelgroepen kunt indelen?
* indeling in relatie tot de ontwikkeling
* indeling in relatie tot welzijn -
Doelgroepbeschrijvingen geven meer gedetailleerd dan doelgroepomschrijving aan wat de kenmerken van de doelgroep zijn. Op welke drie punten word dieper ingegaan?
* kenmerken van de doelgroep
* behoeften van de doelgroep
* en eventuele problematiek van de doelgroep -
Wat zijn de vaste invalshoeken waaraan we de verschillende ontwikkelings- aspecten in het gedrag van de mensen kunnen onderscheiden? (drie invalshoeken)
* de lichamelijke ontwikkeling
* de sociaal-affectieve ontwikkeling, incl. de seksuele ontwikkeling
* de cognitieve ontwikkeling -
Wat is de Doelgroep van de pedagogisch medewerker?
De doelgroep bestaat uit kinderen en jeugdigen tot en met 18 jaar. het kan hierbij gaan om kinderen zonder problematiek maar ook om kinderen met ontwikkelingsstoornissen, gedrags- en/of opvoed problemen. -
Wat is de doelgroep van de medewerker maatschappelijke zorg?
De medewerker begeleid individuele cliënten of een groep cliënten bij het wonen, werken en leven. hierbij gaat het vaak om mensen die bedreigt worden op een of meerdere gebieden van hun welzijn. -
2 ontwikkelingspsychologie en pedagogiek
Dit is een preview. Er zijn 36 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Wat bestudeert de sociologie?
De sociologie onderzoekt hoe de mens in groepsverband leeft en welke invloed een groep heeft op het functioneren van de mens en omgekeerd. -
Wat bestudeert de pedagogiek?
De pedagogiek richt zich op opvoedingsprocessen en hoe je deze kunt sturen. -
Welke vaardigheden vallen onder het motorisch aspect?
bv. Lopen, springen, rennen, schrijven, kralen rijgen, uithoudingsvermogen, lenigheid, de zintuiglijke ontwikkeling; horen, zien, ruiken, voelen en proeven. -
Welke vaardigheden schrijven we toe aan het sociaal-affectieve aspect?
Het sociaal-affectieve aspect splitsen we op in twee aspecten, namelijk het sociale en het affectieve aspect. Bij het sociale aspect hoort de ontwikkeling van de omgang met anderen en de ontwikkeling van spelgedrag. bij het affectieve aspect kan gedacht worden aan het opbouwen van vertrouwen en veiligheid om te leren omgaan met gevoelens als angst, jaloezie, liefde en teleurstelling. Deze twee beïnvloeden elkaar natuurlijk wel. Ook de seksuele ontwikkeling valt hieronder vanwege het emotionele aspect.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden