Samenvatting: Cognitive Neuroscience Fifth International Student Edition | 9780393667813 | Gazzaniga, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Cognitive Neuroscience Fifth International Student Edition | 9780393667813 | Gazzaniga, Michael; Ivry, Richard B.; Mangun, George R.
-
3 Methods of Cognitive Neuroscience
-
3.1 Cognitive Psychology and Behavioral Methods
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het uitgangspunt van de cognitieve psychologie?
Cognitief psychologen onderzoeken hoe informatie in het brein tengrondslag ligt aanobserveerbaar gedrag, ofwelde interne processen in het brein. -
Welke twee sleutelconcepten liggen ten grondslag aan de cognitieve aanpak?
1. Het verwerken van informatie is afhankelijk van mentale representaties.
2. Deze mentale representaties ondergaan interne transformaties -
Hoe ging het onderzoek van Michael Postner en wat was zijn conclusie?
Postner liet deelnemers bepalen of letters uit de zelfde, of uit een andere categorie kwamen. Doordat deelnemers de ene conditie moeilijker vonden dan de ander, concludeerde hij dat we prikkels op verschillende manieren tegelijk verwerken. -
Wat wilde Saul Sternberg weten met zijn onderzoek, en wat was de opstelling?
Sternberg wilde weten of vergelijkingstaken parallel of in serie worden uitgevoerd. Om dit te onderzoeken liet hij deelnemers verschillende herkenningstaken uitvoeren, met meer of minder alternatieven om uit te kiezen. Als de reactietijd nu zou verschillen, betekende dit dat de vergelijkingen in serie zouden gaan. Dit bleek ook het geval. -
5 Sensation and perception
-
5.6.1 Neural pathways to vision
Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.6.1
Laat hier meer flashcards zien -
Ganglion cellen in de retina
Verbinden defotoreceptoren met het brein. Eenganglion cel kan met veel staafjes verbonden zijn (niet scherp zicht) en met enkelekegeltje (scherp zicht)
Fotoreceptor - bipolaire cel - ganglion cel - LGN cel -
Laterale geniculate nucleus (LGN)
Tussenstation tussen de oogzenuw en de primaire visuele cortex.
90% van de oogzenuwen gaan hierdoorheen -
5.6.2 Visual cortex
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 5.6.2
Laat hier meer flashcards zien -
Hiërarchie hypothese van visuele verwerking
De visuele info gaat door de verschillende visuele gebieden van het brein, en elk deel voegt iets aan het beeld toe
Bijv: Rand, vorm, object, kleur -
De Analytische hypothese voor visuele verwerking
De verschillende visuele delen van het brein hebben ieder een eigen specialisatie en staan in nauw contact met elkaar. Samen komen ze op meta-niveau te weten wat er wordt waargenomen in het visuele veld -
V4 en V5 delen van de visuele cortex
Kleur en beweging informatie. V5 wordt ook wel MT genoemd; Mid-temporaal. In V5 zijn verschillende cellen gevoeliger voor verschillende bewegingssnelheden. -
5.7.1 Where are percepts formed
-
Waar in het brein vormt perceptie (zicht)?
De lagere orde visuele delen van het brein geven een objectiever beeld van de wereld zoals deze door het oog wordt waargenomen. Het samenkomen van cellen van hogere V-gebieden kan er voor zorgen dat bepaalde 'waarnemingen' verloren gaan en worden omgezet in bruikbare info voor meta-niveau. Deze info is wel beschikbaar voor lagere orde-gebieden.
Toch hebben cellen in een hogere orde gebied nog een voorkeur in richting, vorm en kleur die ze waarnemen. Dit wordt duidelijk wanneer de betreffende cel wordt gestimuleerd. Er verschijnt een vorm in een bepaalde kleur in de perceptie.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Onderwerpen gerelateerd aan Samenvatting: Cognitive Neuroscience Fifth International Student Edition
-
Sensation and perception - Multimodal perception: i see what you're sayin - Where does multimodal processing happen
-
Sensation and perception - Perceptual Reorganization
-
Object herkenning - Meerdere paden voor visuele herkenning
-
Object herkenning - De precisie van object herkenning in hoge visuele gebieden
-
Object herkenning - Fouten in objectherkenning
-
Aandacht - Selectieve aandacht anatomie van aandacht
-
Aandacht - Modellen van aandacht
-
Aandacht - Neurale mechanismen van aandacht en perceptuele selectie
-
Aandacht - Aandacht controle netwerken
-
Memory - Het mediaal-temporaal kwab, geheugensysteem
-
Memory - Onderscheid maken in menselijke geheugensystemen door beeldvorming
-
Memory - Geheugen consolidatie
-
Emotie - Theorieën van emotiegeneratie
-
Emotie - De invloed van Emotie op leren
-
Cognitieve controle - Doel gericht gedrag
-
Cognitieve controle - Besluitvorming
-
Cognitieve controle - Doel planning: Bij een taak blijven
-
Cognitieve controle - Zorgen dat doelgericht gedrag slaagt
-
Sociale cognitie - Neurale Correlaties van Mentale Staat Attributie (theorie theorie)
-
Sociale cognitie - ASD en Mentale staat stoornissen
-
Sociale cognitie - Sociale kennis