Objectherkenning - Computationele problemen bij objectherkenning
3 belangrijke vragen over Objectherkenning - Computationele problemen bij objectherkenning
Hoe wordt sensorische informatie beïnvloed, terwijl dit geen invloed heeft op objectherkenning?
1. Gezichtspunt en de positie van het object.
2. Verschillen in belichting.
3. Verschillende omgeving met vele andere objecten.
2. Verschillen in belichting.
3. Verschillende omgeving met vele andere objecten.
Welke 2 theorieën zijn er over herkenning?
1. View-dependent frame of reference: herkenning van een object afhankelijk van het gezichtspunt. Verschillende representaties van hetzelfde object zouden zijn opgeslagen in het geheugen. Dit is erg onwaarschijnlijk vanwege de vele opgeslagen representaties die we dan zouden moeten hebben. Daarnaast kunnen we een nieuw object niet vanuit een ander gezichtspunt herkennen.
2. View-invariant frame of reference: eerst worden de basis eigenschappen bepaald en later de object specifieke eigenschappen.
Theorie van Marr: bij objectherkenning de belangrijke en minder belangrijke aslijnen van het object bepalen.
2. View-invariant frame of reference: eerst worden de basis eigenschappen bepaald en later de object specifieke eigenschappen.
Theorie van Marr: bij objectherkenning de belangrijke en minder belangrijke aslijnen van het object bepalen.
Vuillemier heeft een fMRI studie gedaan naar beide frames of reference. Wat kwam hier uit?
Linker hemisfeer: view-invariant frame of reference
Rechter hemisfeer: view-dependent frame of reference
Rechter hemisfeer: view-dependent frame of reference
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
