Memory: model and research methods - A Connectionist Perspective
12 belangrijke vragen over Memory: model and research methods - A Connectionist Perspective
Wat is het Parallel Distributed Processing (PDP) model?
Wat is het connectionische Parallel Distributed Processing (PDP) model?
Het PDP-model is gebaseerd op het netwerkmodel, een systeem van nodes en hun onderlinge verbindingen. Activatie van een node leidt tot activatie van een daarmee verbonden node, en zo verder in een proces van uitbreidende activatie. Volgens het PDP-model ligt de sleutel tot representatie van kennis in de verbindingen tussen de nodes, en niet in de nodes zelf.
Welke activiteiten tussen neuronen onderscheiden we binnen het PDP model?
2. Het priming effect = het resultaat van het activeren van de neuron
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Met welke opvatting komt het PDP-model overeen?
Wat wijst onderzoek naar het PDP model uit?
Wat is een 'prime' en een 'priming effect'?
Er wordt met computermodellen gewerkt om de werking van het geheugen te verklaren. Op welke twee manieren gebeurt dit?
2. Parallel processing = bijv. voor het verklaren van het feit dat er meerdere processen tegelijkertijd plaatsvinden. Hierdoor worden meerdere computers gelinkt en als tandem ingezet. Psychologen geven de voorkeur aan parallelle verwerking.
Welk bewijs is er gevonden voor het priming effect?
Op welke wijze komen hedendaagse opvattingen over het geheugen samen in connectionistische modellen?
- het werkgeheugen is het geactiveerde deel van het LTG en werkt in ieder geval ten dele via parallel processing
- spreading activation behelst het gelijktijdig (parallel) activeren (priming) van meerdere verbindingen tussen nodes in het netwerk
Mensen zijn volgens deze visie in staat tot complexe informatieverwerking door het vermogen vele operaties tegelijkertijd uit te voeren.
De hedendaagse cognitief-psychologische concepten van werkgeheugen, netwerkmodellen, spreading activation, priming en parallelle processen ondersteunen elkaar en vullen elkaar aan.
In hoeverre is de juistheid van connectionische modellen experimenteel aangetoond, en in welke zin schieten zij nog tekort?
Aan de andere kant zijn de modellen niet in staat de vorming van geheugensporen na een enkele gebeurtenis of blootstelling te voorspellen of te verklaren.
Welke alternatieve methode wordt gebruikt in het onderzoek naar informatieverwerking?
Hoe luidt de kritiek op connectionische modellen?
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden