Cao-recht I - De gebondenheid cao - Gebondenheid door een contractueel beding

3 belangrijke vragen over Cao-recht I - De gebondenheid cao - Gebondenheid door een contractueel beding

Leg uit hoe binding aan een cao ex contractu kan bestaan.

Binding aan een cao ex contractu kan door een "incorporatiebeding" op te nemen; hierin stellen partijen (in de arbeidsovereenkomst) dat de cao van toepassing is.

Het gevolg van zo'n beding is dat betrokken werknemers (ook niet-leden) rechtstreeks een beroep kunnen doen op naleving van de cao.

Welk wetsartikel is van belang bij het opnemen van een incorporatiebeding?

Bij het afsluiten van incorporatiebedingen is art. 7:655 van belang: een schriftelijkheidseis voor de belangrijkste bedingen van een individuele arbeidsovereenkomst.

Hoe wordt de reikwijdte van een incorporatiebeding bepaald?

De vraag naar reikwijte van de gebondenheid ex contractue wordt in belangrijke mate bepaald door de formulering van het incorporatiebeding (HR Boonen/Quicken).

Een rechter doet dit door te haviltexen. Bij vage incorporatiebepalingen (bijv. "de geldende cao"), wordt de werknemer vaak door de rechter in bescherming genomen.

Soms wordt art. 7:613 BW gebruikt als basis voor toetsingen van het incorporatiebeding, maar de rechtspraak is hier nog wel steeds over verdeeld.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo