Samenvatting: College 1: Inleiding, Betrouwbaarheid En Validiteit

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van college 1: Inleiding, betrouwbaarheid en validiteit

• 4 college 1 betrouwbaarheid en validiteit

  Dit is een preview. Er zijn 48 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4
  Laat hier meer flashcards zien

• 2 soorten errorvariantie bij betrouwbaarheid

  1. toevallige meetfouten

  2. systematische meetfouten

  
  

• Leg de volgende formule uit: s2 = s2th + s2e

  s^{2   is de variantie}

  s²_{th is de ware variantie}

  s²_{e is de error variantie (irrelevant)}

  _{Hoe grote de ratio van de totale variantie die is bijgedragen aan de ware variantie, hoe groter de betrouwbaarheid}

• Welke 4 bronnen van error variantie zijn er?

  1. test constructie: item sampling/content sampling is de variatie tussen items binnen een test en de variatie tussen items tussen tests

  2. test administration: bestaat uit test omgeving, test afnemer variabelen (emotionele problemen etc) en examinator gerelateerde variabelen (ongeschreven fysieke aanwijzingen, examinator zijn uiterlijk)

  3. test scoren en interpretatie: als er sprake kan zijn van subjectiviteit 

  4. andere bronnen van error: methodologische fouten als de interviewer niet is getraind bijvoorbeeld

• Wat kan je berekenen met behulp van de spearman-brown formule?

  stel je hebt een test van 15 items en een alfa van .66. hoeveel items kan je toevoegen om nog een acceptabele alfa te krijgen?

• Welke twee dingen zijn er nodig voor de SE?

  - De SD van de test

  - De betrouwbaarheid van de gebruikte test (rxx)

• Wat zijn de belangrijkste soorten betrouwbaarheidsschatters?

  - test-hertest (correlatie)

  - paralelle vormen (correlatie)

  - interne consistentie (split-half, coefficient alfa, KR-20)

  - interbeoordelaar

• Op welke 3 dingen berust de coefficient alfa?

  - een enkele afname van de test

  - varianties en covarianties van de items

  - het aantal items 

• Leg de volgende formule uit van coefficient alfa: : rα = (k : k – 1) (1 - ∑σi² : σ²) 

  k staat voor het aantal items , ∑σi² staat voor de som van de varianties van de items en σ² staat voor de totale testvariantie.

  Som van de varianties is de diagonale lijn in een tabel van links naar rechts en de totale testvariantie is alle varianties in de tabel bij elkaar opgeteld

• Leg de formule van Spearman-Brown uit: K = rsb (1-rxx) : rxx (1- rsb), 

  waarbij k de verleningingsfactor is,  rxx is de oorspronkelijke alfa en rsb de gewenste alfa

  Om aantal items te weten waarmee een test verlengd moet worden, doe je k x het aantal bestaande items, dan kom je op het totaal aantal items van de test. Dit getal min het aantal bestaande items is het aantal items waarmee een test verlengd moet worden

• Hoe hoog moet de betrouwbaarheid zijn?

  COTAN: 

  • Bij belangrijke beslissingen: 

  – rxx < .80: onvoldoende 

  – .80 ≤ rxx >.90: voldoende 

  – rxx ≥ .90: goed 

  • Bij minder belangrijke beslissingen kan .70 of .60 als ondergrens gehanteerd worden