Samenvatting: Commercieel Beleid 2 | 9789463970228 | boom beroepsonderwijs
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van commercieel beleid 2 | 9789463970228 | boom beroepsonderwijs
-
1 Assortimentsbeleid
Dit is een preview. Er zijn 24 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat is het nut van de winkelformule en assortiment?
De winkelformule is de rode draad die door de winkel loopt. Het is het totaalplaatje waarin het commerciële beleid tot uitdrukking komt. Naast de doelgroep, marktpositie, de prijs, het personeel, de service en de presentatie maakt het assortiment een belangrijk deel van de winkelformule uit -
In welke 4 groepen kun je het assortiment indelen?
1. Kernassortiment 3. Proefassortiment
2. Randassortiment 4. Uitloopassortiment -
Wat is het doel van een proefassortiment?
Een proefassortiment heeft als functie om te testen of de nieuwe artikelen een kans van slagen hebben in het assortiment. Na de testperiode kan je beslissen of je het artikel in het kern -of randassortiment opgenomen wordt. -
Uitloopartikelen: Artikelen die geen functie meer hebben en waar je vanaf wilt. Wat zijn de redenen die een uitloopartikel kan hebben?
- Artikelen zijn vervangen door nieuwe, vergelijkbare artikelen
- Seizoenartikelen die je tijdelijk uit het assortiment haalt.
- Artikelen die saneert worden vanwege te lage omzet/winst
- Artikelen die niet meer door de leverancier geleverd worden
- Artikelen zijn vervangen door nieuwe, vergelijkbare artikelen
-
Hoe kan je een assortimentsbouw onderverdelen?
Assortiment gehele winkel
assortimentsgroepen: servies, pannen,schoonmaakartikelen artikelgroepen : glazen, borden, complete serviezen
artikelsoorten: limonadeglazen, theeglazen, bierglazen
artikel variëteit: theeglasmerk A, theeglasmerk B -
In welke 5 dimensies/afmetingen kan je een winkel verdelen?
1. Breedte : de hoeveelheid artikelgroepen ( meer artikelgroepen, reder assortiment. Warenhuis en speciaalzaak.
2. Diepte: Aantal verschillende varianten binnen een artikelgroep.
(uitvoering, merken, maten, productvariëteit.
3. Hoogte : verschillende prijzen Lidl lagere prijzen dan jumbo
4. Lengte: De lengte van het assortiment hangt samen met het aantal voorraad dat een winkel heeft. ( de voorraad per artikel variëteiten.
5. Consistentie: De aard en mate samenhang van het assortiment. Electonicazaak, wasmachine, tv (logische samenhang) -
Wat kunnen redenen zijn voor een assortimentswijziging?
- Vraag naar het een product
- te lage omloopsnelheid
- te weinig omzet
- nieuwe product op de markt
- leverancier levert niet meer
- Vraag naar het een product
-
Noem een voordeel en een nadeel van branchevervaging.
Voordeel: consumenten vinden het fijn dat ze maar naar 1 plek hoeven waar ze al hun boodschappen kunnen doen.
Deze trend noem je one-stop-shopping -
waarvoor wordt het bruto rendement gebruikt?
Het kerngetal bruto rendement wordt als bewaking van het assortiment gebruikt. Je berekent hiermee je opbrengsten. -
Hoe bereken je het bruto rendement?
Brutowinst x 100%
gemiddelde voorraad(tegen inkoopprijs)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden