Samenvatting: Commerciële Calculaties Niveau 3&4 Rendement | 9788006435368 | Inge Berg, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Commerciële calculaties niveau 3&4 Rendement | 9788006435368 | Inge Berg, Cees Vd Berg, Henk Tijssen, Evelien van Dijk
-
1 Balans en financieringsvormen
-
1.1 De balans
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Debet- of activazijde van een onderneming: 3 elementen
Vaste activa bv gebouwen, grond, transportmiddelenVlottende activa bv voorraden en debiteuren
Liquide middelen ofbetalingsmiddelen bv banksaldo, kasgeld enspaarsaldo -
1.5 Financieringsvormen
Dit is een preview. Er zijn 17 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.5
Laat hier meer flashcards zien -
Supply chain management/ ketenmanagement
Beheersen van de opeenvolgende economische activiteiten van (oer) producten, groothandel en detailhandel tot aan de finale aflevering v het product. Activiteiten moerten zo op elkaar afgestemd zijn dat de afnemerswens vervuld word, er minimale kosten gemaakt worden door elk vd betrokken partijen. -
2 Begroten
-
2.2 Budget
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
Laat hier meer flashcards zien -
Functies v budgetten
1. Huishoudboekje: Actieplan voor komende tijd
2. Taakopdracht: de verantwoordelijk leidinggevende wordt ter verantwoording geroepen voor de prestaties v zijn/haar afdeling. Budgetten zijn gekoppeld aan taken die de afdeling moet uitvoeren.
3. Machtigingsmiddel: Budget geeft aan tot welk bedrag manager bevoegd is uitgaven te doen
4. Controlemiddel: Budget kan worden vergeleken met werkelijke cijfers -
2.6 Afschrijvingen
Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.6
Laat hier meer flashcards zien -
Kosten v een duurzaam productiemiddel bestaan uit:
1. Interest / rentekosten: hoe langer een duurzaam productiemiddel meegaat, des te langer word er beslag gelegd op vermogen en des te hoger zijn de interestkosten.
2. Onderhoudskosten
3. Kosten ivm waardedaling (oftewel afschrijving)
4. Kosten ivm verminderen vd prestaties -
Duurzame productiemiddelen 2 soorten
Niet-slijtend: Grond, alleen als vestigingsplaats.
Slijtende: Duurzame productiemiddelen die verscheidene productieprocessen meegaan, maar door technische slijtage geleidelijk worden opgebruikt bv machines en transportmiddelen. -
Oorzaken economische slijtage/veroudering
- Ontwikkelingvd techniek
- verandering in de behoeftenvd consumenten bv seizoensinvloeden, koopgewoonten, wettelijke regelingen.
- verminderingvd productiecapaciteit -
3 Kostprijs
-
3.1 Kostprijsberekeningen
Dit is een preview. Er zijn 15 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 3.1
Laat hier meer flashcards zien -
Bij berekenen v kostprijs krijg je te maken met ... Kosten
Verwachte kosten (hiervoor gebruik je voor- en nacalculatie)
standaardkosten
variabele en constante kosten
directe en indirecte kosten -
Constante/ vaste kosten
Kosten die niet veranderen bij uitbreiding of inkrimping vd productieomvang -
4 Verkoopprijs
-
4.1 Vaststellen en berekenen van de verkoopprijs
Dit is een preview. Er zijn 26 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4.1
Laat hier meer flashcards zien -
Vasstellen vd verkoopprijs is afhankelijk van:
Kosten v product
concurrentie
juiste prijs voor nieuwe producten -
Berekening commerciele kostprijs
Kosten (kostprijs) + gewenste winstpercentage = verkoopprijs excl BTW OF consumentenprijs incl BTW
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden