Samenvatting: Communicatie, Identiteit En Reputatie

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
LET OP!!! Er zijn slechts 19 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Communicatie, Identiteit en Reputatie

  • Artikel 1 en 2

    Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 18/03/2018
    Laat hier meer flashcards zien

  • Brown et al. (2006) wil een gemeenschappelijke benaderingswijze van terminologieën over reputatie en imago. Tussen welke 4 benaderingswijzen wordt onderscheid gemaakt?

    1. Wie zijn wij als organisatie?
    2. Hoe wil de organisatie dat stakeholders de organisatie zien?
    3. Wat denkt de organisatie dat anderen denken over de organisatie?
    4. Hoe denken de stakeholders daadwerkelijk over de organisatie?
  • Brown et al., maakt onderscheid tussen alle aspecten/associaties van een organisatie en de belangrijkste. Licht dit onderscheid toe?

    Belangrijke aspecten van de organisatie zijn CED = CSO
    Centraal (hoogste prioriteit, sterkste commitment)
    Stabiel (altijd biermerk geweest niet eerst cola)
    Onderscheidend (van andere organisaties)
  • Wat is volgens Brown et al. (2006) de gewenste/bedoelde imago?

    Alle associaties die managers willen dat stakeholdergroepen hebben ten opzichte van de organisatie.Dit zijn de bedoelde associaties.
  • Wat is volgens Brown et al. (2006) het afgeleide imago?

    Alle associaties waarvan de organisatieleden geloven dat mensen buiten de organisatie hebben ten aanzien van de organisatie. Dit zijn de afgeleide associaties.
  • Wat is volgens Brown et al. (2006) de reputatie?

    Het totaal van associaties waarvan individuen buiten een organisatie denken dat deze CSO voor de organisatie zijn.
  • Tussen welke 3 belangrijke aspecten kan onderscheid gemaakt worden bij stakeholders?

    1. Macht
    2. Legitimiteit
    3. Urgentie
  • Ligt toe wanneer er sprake is van macht bij een stakeholder.

    Hiervan is sprake wanneer de stakeholder het functioneren van de organisatie kan beïnvloeden.
    Een partij heeft de macht wanneer deze toegang heeft tot dwingende, utilitaire of normatieve middelen. 
  • Ligt toe wanneer er sprake is van legitimiteit bij een stakeholder.

    Is de claim gerechtvaardigd volgens sociale normen? Vinden wij als mensen in deze maatschappij, volgens onze sociale normen dat de claim legitiem is.
  • Ligt toe wanneer er sprake is van urgentie bij een stakeholder.

    De mate waarop een snelle reactie op de claim van de stakeholder gewenst is.
  • Ligt toe wat wordt bedoeld met salience van een stakeholder.

    De mate waarin managers prioriteit geven aan concurrerende stakeholder claims. Hoe meer kenmerken je bezit, des te hoger de saillantie, des te belangrijker ben je als stakeholder.
LET OP!!! Er zijn slechts 19 flashcards en notities beschikbaar voor dit materiaal. Deze samenvatting is mogelijk niet volledig. Zoek a.u.b. soortgelijke of andere samenvattingen.

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart