Samenvatting: Compendium Van Het Personen- En Familierecht | 9789013127034

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Compendium van het personen- en familierecht | 9789013127034

• 20 Erfrecht

• 20.1 Erfrecht algemeen

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 20.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Krachtens erfrecht kan er ook onder bijzondere titel verkregen worden door een legataris. Wat betekent dit?

  De legataris heeft van de erflater een vorderingsrecht gekregen jegens de gezamenlijke erfgenamen of een of meer bepaalde erfgenamen of legatarissen art. 7:117 lid 1 en 2 BW.

• Wanneer kan een kind pas volgens de wet erven, is erkenning noodzakelijk?

  Ja, kind moet erkend worden door vader.

• 20.1.2 Voorwaarden voor erfopvolging

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 20.1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Noem de voorwaarden voor erfopvolging, deze gelden voor zowel krachtens de wet als een testament (3)

  1. Erflater moet zijn overleden;
  2.De verkrijgers moeten bestaan op het moment dat de nalatenschap openvalt art. 4:9 en 56 BW.
  3. De verkrijgers mogen niet onwaardig zijn om te erven art. 4:3 BW.

• 20.2.2 Erfopvolging uit eigen hoofde of bij plaatsvervulling

• Bij plaatsvervulling: je neemt iemands plaats in (staaksgewijs) ingeval van: (4)

  1. onwaardigheid
  2.  indien onterfd (notaris let op)
  3.  verwerping nalatenschap
  4.  iemand wier erfrecht is vervallen (niet uitvoeren van een last)

• 20.2.5 De wettelijke toedeling va de nalatenschap aan de langstlevende echtgenoot en kinderen

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 20.2.5
  Laat hier meer flashcards zien

• De kinderen krijgen een in beginsel niet opeisbare vordering op de langstlevende echtgenoot ter grootte van hun erfdeel, wanneer is de vordering opeisbaar?

  
  –Bij faillissement van de langstlevende
  –Ingeval van schuldsanering langstlevende
  –Overlijden van de langstlevende 4:20 BW
  –In gevallen door de erflater in het testament bepaald (bijvoorbeeld hertrouwen in gemeenschap van goederen) 4:19 BW en 4:13 lid 2 BW

• Hoe hoog is de wettelijke rente op de vordering die de kinderen hebben?

  Art. 4:13 lid 4 BW
  De rente op de vordering is gelijk aan de wettelijke rente voor zover deze hoger is dan 6%
  
  
  Let op: indien de wettelijke rente 8% is dan bedraagt de rekenrente 8-6=2%
  Llen kinderen kunnen anders overeenkomen (estateplanning!!)

• Wie is aansprakelijk voor de schulden van de nalatenschap; de langslevende ouder/geregistreerd partner of het kind?

  De langstlevende dient de schulden te voldoen art. 4:7 jo. 13 lid 2 BW. Hij/zij is daarvoor voor het geheel aansprakelijk.

• De echtgenoot/gp kan te alen tijde de geldvordering geheel of gedeeltelijk voldoen art. 4:17 lid 1 BW. Maar wat als het kind niet het vrije beheer over zijn vermogen heeft?

  Voor de voldoening is dan goedkeuring nodig door de kantonrechter, die naar billijkheid de belangen van de betrokkenen dient af te wegen.

• Een man overlijdt en laat een vrouw en drie kinderen achter. Wat is de verdeling en hoeveel erfgenamen heeft de man?

  De man heeft vier erfgenamen, te weten zijn vrouw en zijn drie kinderen; ieder erft 1/4 gedeelte.

• 20.2.6 De wilsrechten van de kinderen en de uitoefening ervan

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 20.2.6
  Laat hier meer flashcards zien

• (Opa's zakhorloge) Om wat voor situatie gaat het in artt. 4:19 en 21 BW?

  Het gaat om een niet opeisbare geldvordering. Uitoefening van het wilsrecht brengt in die gevallen mee dat de goederen onder de last van een vruchtgebruik worden verkregen.