Risk Behaviour & Forensics B
11 belangrijke vragen over Risk Behaviour & Forensics B
Study with patients (Hufford et al. 2003)
Het lineaire model, die de beste lineaire risicofactoren voor terugvalgedrag combineert, verklaart 9 tot 17% van de variantie in drinken na de behandeling.
Het niet-lineaire model verklaart 58-83% van de variantie in drinken na de behandeling. Dit model geeft een veel betere beschrijving van wat er werkelijk gebeurt.
Het is daarom ook van cruciaal belang om ook de niet-lineaire factoren te identificeren. Als je een niet- lineair effect verwacht, moet je zoeken naar flags.
Check for catastrophe ‘flags’ (vlaggen)
- - Twee verschillende typen gedrag (bimodaliteit)
- - Kleine verschillen tussen mensen eindigend in hele grote verschillende ontwikkelingen
(divergentie). Als de distale factoren toenemen, zie je een splitsing (het een of het ander). - - Plotselinge veranderingen van het ene naar het andere gedrag (sudden jumps).
- - Gedragingen die niet of nauwelijks voorkomen (inaccessibility/ontoegankelijkheid). Bij de hond
bijvoorbeeld is er geen gedrag TUSSEN vechten en vluchten. - - Overgang van gedrag A naar gedrag B verschilt van de overgang van gedrag B naar gedrag A
(hysteresis).
Indicators or Flags of a Cusp-Catastrophemodel
Bimodaliteit: je hebt twee verschillende toestanden (states).
Sudden jump: je gaat van de ene toestand naar de andere. Het is niet gradueel (lineair), maar heel discontinu (niet-lineair).
Inaccesible area: iets TUSSEN de toestanden bestaat zelden, of is zelfs onmogelijk. Ook wel inaccessibility/ontoegankelijkheid.
Divergence: het cruciale verschil met lineaire modellen. Denk hierbij aan de pathways principle (Rose). Een heel klein verschil in de proximale factoren (splittingfactor), leidt tot enorme verschillen in gedrag.
Hysteris: de sprong van punt A naar B is op een ander punt dan van punt B naar punt A.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Bimodality & Inaccessible Area
Je hebt twee verschillende attractors, er is geen middenweg tussen BAK en DAK.
Consequenties voor Addiction Research
- - Gebruik niet-lineaire modellen voor testen. Vooral wanneer je te maken hebt met onvoorspelbaar gedrag.
- - Gebruik time-series, over een langere tijdsperiode.
- - Voer individuele analyses uit. Het heeft geen zin om een ‘gemiddelde terugval’ te bepalen,
want dit hangt heel erg af van de context en levensgeschiedenis. Terugval is dus heel
problematisch voor lineaire modellen. - - Ben je bewust van problemen met voorspelbaarheid.
Gastcollege: hoe complex systems toegepast kunnen worden in de praktijk
Iedere cliënt heeft zijn eigen zorgvragen. Ieder persoon heeft unieke behoeften en daardoor behoefte aan unieke zorg. Niet: Hoe gaat het met deze persoon? Maar: Hoe gaat het met deze persoon op dit specifieke moment in tijd? Hoe het gaat is namelijk afhankelijk van tijd. Als je echt wilt weten hoe het met iemand gaat, moet je iemand herhaaldelijk en frequent meten.
Casus: hoe emoties kunnen veranderen over tijd en hoe complex systems kan helpen
- - Jong meisje
- - Residentiële zorg
- - Lange geschiedenis van zorg
- - IQ 67
- - Borderline Personality Disorder
- - Chronic suicidal behavior
- - Emotieregulatietherapie voor 9 maanden
- - Dagelijkse zelfrapportage op mobiel (EMA)
- Hoe blij/verdrietig/boos/bang was je vandaag?
- Hoe vaak dacht je aan zelfbeschadiging/dood/ruzies?
- Wel/niet zelfbeschadigend gedrag vandaag?
Non-suicidal self-injury (zelfverwondend gedrag)
Vandaag een introductie. Volgende week een complex systems perspectief op dit onderwerp om het gedrag te begrijpen en te interveniëren.
Waarom zou je jezelf verwonden? (Bastian et al., 2011; Franklin et al., 2013; Hooley et al., 2010.)
- Motiverende redenen:
- Straffen van jezelf omdat je slecht bent geweest.
- Gerelateerd aan een negatief zelfbeeld.
- ‘Normatieve’ voorbeelden: religieuze handelingen?
- Verlichting van pijn, het geeft een hormonale reactie.
- Verlichting van pijn is niet anders in klinische niet verstandelijk beperkte populatie.
- ‘Normatieve’ voorbeelden: een marathon rennen? In extreme sporten gaan mensen vaak erg
ver en ervaren hierin pijn, maar voelen hierin ook verlichting.
Het is een heel divers fenomeen en niet kenmerkend voor een specifieke populatie.
Suggested predictors voor zelfverwondend gedrag
- Mensen zonder verstandelijke beperking
- Hersenafwijkingen
- Trauma’s in kindertijd
- Emotionele problemen
- Depressie
- Stress
- Etc.
- Hersenafwijkingen
- Genetisch
- Pijn
- Onder- of overprikkeling
- Stress
- Etc.
Context effects: Jamey at the barber shop
Vertoont geen zelfverwondend gedrag in deze context. Er zijn omgevingsfactoren die het gedrag controleren.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden