Intellectual Disabilities B
12 belangrijke vragen over Intellectual Disabilities B
Non-suicidal self-injury from a CST-perspective
Zelfverwonding:
- - Komt vaker voor bij mensen met een ernstige verstandelijke beperking.
- - Slechte communicatie kan leiden tot zelfverwonding.
- - Het start op jonge leeftijd.
- - Slechte opvoeding kan leiden tot zelfverwonding.
- Verveeldheid kan leiden tot zelfverwonding.
Echter, bovengenoemde redenen, vertellen niks over de oorzaken en mechanismen van zelfverwonding.
A potential developmental trajectory of self-injury
Een analyse die is gebaseerd op wat gedrag is.
Alle gedrag bevat beweging (beweging van spieren, van de mond, etc). Beweging kan leiden tot herhaalde bewegingen (als je loopt doen je benen hetzelfde telkens opnieuw).
Instinct behavior in animals (Schleidt, 1974)
Een Fixed Action Pattern (nu ook wel een gedragspatroon genoemd): een overgeërfd relatief complex bewegingspatroon binnen instinctief gedrag, dat kenmerkend is voor de soort of groep, evenals structurele kenmerken. De intensiteit ervan varieert, maar de vorm is niet of nauwelijks aanpasbaar door externe stimuli.
Vb. De moeder volgt de baby in de eerste weken, meer dan andersom. De baby heeft namelijk nog niet de controle over de spieren.
Vb. Je beweegt hetzelfde om een interactie te starten.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
A potential developmental trajectory of Self-injury
Herhaalde bewegingen worden stereotype bewegingen. Een stereotype beweging is bijvoorbeeld ‘Bye Bye’. Iedereen doet het en je herkent het. We leren kinderen om Hallo en Doei te zeggen. Deze stereotype bewegingen dienen een functie die belangrijk is in onze dagelijkse interacties. Mensen hebben een onbeperkt aantal stereotype bewegingen. Het is overal. Stereotype bewegingen an sich zijn geen probleem.
A potential developmental trajectory of Self-injury
Beweging→Herhaalde bewegingen (noodzakelijk voor alle gedrag)→Stereotype bewegingen→ Schadelijke stereotype bewegingen.
Het wapperen van de handen is nog niet schadelijk. Het wiebelen is ook nog niet schadelijk, mits het kind bijvoorbeeld tegen iets aan stoot.
Het hangt van hoe lang en welk type gedrag je laat zien om te bepalen of het schadelijk is.
Signs of self-injurous behavior
We noemen het repetitive, cyclic (cyclisch) of oscillatory (oscillerend) gedrag dat onderdeel is van natuurlijk gedrag.
Wanneer gaat het mis? Wanneer de stereotype bewegingen zich ontwikkelen in iets wat we niet willen zien.
Self-injury emerges from Rhythmic Behaviour during development (Louri, 1949)
Zelfverwonding ontstaat uit ritmisch gedrag tijdens de ontwikkeling.
Het heeft twee functies:
- - Kinesthetische sensaties door beweging. Lichaamssensaties: je voelt iets.
- - Spanning uiten of loslaten.
Als je naar het zelfverwondend gedrag van het arousalniveau kijkt: als de arousal te laag is, prikkel je jezelf (middels zelfverwonding). Als de arousal te hoog is, prikkel je jezelf (middels zelfverwonding). Als de arousal gemiddeld is, is er geen zelfverwonding.
Self-injury viewed as an attractor (perspectief vanuit Complex Systems)
Wanneer we naar zelfverwonding krijgen vanuit een endogeen perspectief, waarbij het voorkomt uit het systeem zelf, dan kijken we vanuit het gezichtspunt van een attractor.
(Quasi-)Periodic attractors
De eend rent cirkels en als hij dit blijft doen, kan hij er niet meer uit. Zie dit als metafoor voor een attractor.
Links is een oppervlakkige, onstabiele attractor: je kunt er nog steeds uit. Je kunt het systeem nog vormen.
Rechts is een diepe, stabiele attractor: je kunt er moeilijk uit. Je kunt het systeem niet meer vormen.
Als je het gedrag wilt vormen, maar het verandert niet, dan weet je dat het gegrond gedrag is. Het kost dan veel inspanning om het te veranderen.
Most important lesson for (ortho)pedagogues or carers
- - Ben bewust van vroege signalen.
- - Voorkom dat de attractor diep wordt.
- - Sta niet toe dat zulk gedrag stabiel wordt.
- - Grijp in wanneer gedrag variabel is. Het kind kan dan veel manieren leren om zijn/haar
lichaam te gebruiken, waardoor het niet stereotiep wordt.
CST Concepts
Sensitive dependence on initial conditions
Sensitive dependence on initial conditions: multifinality
Gen (chromosoom 15) waarbij het afhangt of het van moeder of van vader komt.
- Vader: Prader-Willi syndroom.
- Moeder: Angelman syndroom.
Nu zijn genen dus niet op zichzelf oorzaken van effecten, want het gen heeft een ‘geheugen’: het weet waar het vandaan komt. Een gen is niet enkel een gen, het hangt af van de geschiedenis en context.
De initiële conditie is erg klein: het is hetzelfde gen, maar waar het vandaan komt, maakt het verschil.
Equifinality: different developmental trajectories
Verschillende trajecten, waarbij je eindigt bij hetzelfde probleem.
- - Cognitief typisch ontwikkelde mensen → Zelfverwondin
- - Cognitief gehandicapte mensen → Automutilatie
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden