Samenvatting: Cost Accounting Global Edition | 9781292018225

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Cost Accounting Global Edition | 9781292018225

• 0 Tentamen

  Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 0
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat zijn de twee nadelen van de ROI als prestatiemaatstaf ten opzichte van de RI?

  1. De ROI  geeft niet de absolute bijdrage aan het resultaat van de onderneming.
     
  2. De budgetverantwoordelijke managers hebben de neiging om de eigen ROI als maatstaf te nemen bij investeringsbeslissingen.
     

• Wat zijn de twee voordelen van de ROI ten opzichte van de RI?

  1. De ROI maakt het mogelijk om prestaties van bedrijfsonderdelen die qua grootte erg van elkaar verschillen toch met elkaar te vergelijken.
     
  2. De ROI is veelzeggender, omdat het een percentage is. Zonder aanvullende informatie is direct duidelijk of een prestatie goed of niet goed is geweest.
     
  3. Voor de ROI hoeft niet de vermogenskostenvoet of minimale rendementseis te worden bepaald.

• Hoe vindt de onderlinge verrekening plaats op basis van cost plus transfer pricing?

  Bij cost plus transfer pricing vindt onderlinge verrekening plaats op basis van de integrale standaardkostprijs plus een winstopslag.

• Hoe vindt onderlinge verrekening plaats op basis van profit sharing?

  Bij profit sharing wordt de winst van een order (1 pnt) verdeeld op basis van onderhandelingen tussen de managers van de betrokken vestigingen (1 pnt) .

• Waarom zou je een voorkeur geven aan profit sharing? Motiveer met twee argumenten.

  1. Omdat de stuurfunctie dan beter tot zijn recht komt. Op basis van cost plus zou een te groot deel van de totale winst bij een van de vestigingen terecht kunnen komen, en verlies bij een andere, waardoor de andere vestiging de order saboteert (1 pnt). 
     
  2. Omdat de beoordelingsfunctie dan beter tot zijn recht komt. Op basis van cost plus zou een te groot deel van de totale winst bij een van de vestigingen terecht kunnen komen, waardoor de andere vestiging ten onrechte minder goed zou worden beoordeeld (1 pnt). 
     

• Wat is een voordeel van de RI ten opzichte van de ROI?

  1. Bij de RI kunnen de managers hun prestaties alleen verbeteren door hun investeringsbeslissingen te toetsen aan de minimale rendementseis van de onderneming.  
  2. De ROI kan bij de bedrijfsonderdelen worden verbeterd door investeringsbeslissingen te toetsen aan de eigen ROI. 
  3. De RI geeft de absolue bijdrage aan het resultaat omdat het een bedrag is; de ROI geeft dat niet omdat het een percentage is.                       

• Wat zijn twee bezwaren van het toerekenen van de overhead op basis van de omzet?

  1. Het toerekenen van de overhead op basis van de omzet betekent dat goede prestaties worden bestraft (of slechte beloond). Extra omzet wordt immers bestraft met het toerekenen van extra overhead.  
     
  2. De managers worden afhankelijk van de prestaties van elkaar. Wanneer een van de bedrijfsonderdelen slechter presteert krijgt het andere bedrijfsonderdeel extra overhead toegerekend.
     

• Op welke wijze kan de overhead het best worden toegerekend? 

  Activity based, dat wil zeggen op basis van de mate waarin de bedrijfsonderdelen gebruik maken van de diensten van het hoofdkantoor.

• Waarom zouden  liquide middelen niet in het geïnvesteerde vermogen moet worden opgenomen?

  Liquide middelen is niet in het geïnvesteerde vermogen opgenomen omdat het niet beïnvloedbaar is voor de managers. De directie bepaalt hoeveel liquide middelen de bedrijfsonderdelen mogen aanhouden.

• Wat zijn twee bezwaren tegen de wijze waarop de resultaatgerichte afspraken met de divisies worden gemaakt?

  1. De resultaatgerichte afspraken zijn gebaseerd op de jaren ervoor. Dit betekent dat er geen rekening wordt gehouden met toekomstige ontwikkelingen en dat mogelijke fouten uit het verleden doorwerken in de doelstellingen voor de opvolgende jaren.                                                           
     
  2. Verder wordt de RI berekend op basis van het gemiddelde geïnvesteerde vermogen gedurende het jaar. Dit betekent dat het geïnvesteerde vermogen elk jaar daalt, indien niet geïnvesteerd wordt en de RI daardoor automatisch verbetert zonder dat daadwerkelijke betere resultaten zijn behaald.