Samenvatting: Crux1 (Gzc1)

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van CRUX1 (GZC1)

• 1 CRUX1 (GZC1)

  Dit is een preview. Er zijn 86 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• welke 4 lagen van structuur zijn er in een eiwit?

  • primair: aaneenschakeling van aminozuren
  • secundair: eerste vouwen mbv alfa helices en beta-sheets. 
  • tertiair: 3D vouwing
  • quartiair: meerdere eiwitten aan elkaar.

• wat is de standaardstructuur van DNA/RNA nucleotide?

  • suikergroep: ribose of deoxyribose
  • fosfaatgroep: zit vast aan 5'
  • nitrogeneuze base: adenosine, guanine, thymine/uracil, cytosine (3')

  
  DNA is stabieler, want dubbele helix. dit is nodig voor opslaan van info en RNA hoeft het alleen maar over te brengen.
  
  G bindt met C met 3 en A bindt met T met 2 bruggen

• op welke manieren kunnen er fouten bij de DNA-replicatie plaatsvinden?

  • mis-match: verkeerde base gekoppeld aan de template strand. dit wordt deels tegengegaan door proofreading
  • straling; hierdoor kunnen er covalente bindingen ontstaan tussen naast elkaar gelegen T en A
  • depurinering: purine, guanine of adenine verdwijnt. de backbone blijft intact.
  • deaminering; aminegroep van een nucleotide verdwijnt, waardoor deze van vorm/structuur verandert.

• op welke manieren kan het DNA worden gerepareerd bij een fout?

  • proofreading: tijdens de replicatie is gezien dat er een verkeerde base op is gezet en die wordt dan verwijderd en opnieuw geplaatst
  • mis-match-repair: na de replicatie wordt gezien dat er een verkeerde base op is gezet. dit kan bijv. door de NER-pathway worden gezien. dan wordt er een heel stukje DNA streng verwijderd en vervangen

• welke soorten DNA-mismatch repair zijn er?

  • hele stukken worden verwijderd en vervangen door DNA polymerase
  • NER-pathways: fout wordt herkend. stukje eruit en opnieuw in gezet
  • base-excise repair: verhelpt deaminering en depurinering. de fout wordt herkend door DNA glycosylase, de backbone van de verdwenen nucleotide wordt verwijderd en er wordt een nieuwe ingezet door repair DNA polymerase
  • nucleotide excise repair: verhelpt pyrimidine dimeren. excise nuclease knipt aan beide kanten van het paar een stuk DNA streng weg. dit wordt er daarna weer opgezet door DNA polymerase en aan de 5' zijde geplakt door DNA ligase.

• wat is het verschil tussen kiembaan en somatische mutaties?

  • kiembaan mutaties; mutaties in je zaad/eicellen die je door kan geven aan je nageslacht
  • somatische mutaties: mutaties die je niet kan doorgeven aan je kinderen. de ernst hangt van de plaats van de mutatie af en het moment waarop de mutatie plaatsvindt.

  
  alleen kiembaan mutaties kunnen tot erfelijke afwijkingen leiden

• wat zijn de verschillende onderdelen van de nucleaire envelop?

  • binnenste membraan: nucleaire lamina
  • buitenste membraan -> is continu met het ER

• wat is het verschil tussen het glad en ruw ER?

  • glad: zit niet in alle cellen, maar produceert bijv steroid hormonen in de bijnier of zorgt voor Ca opname.
  • ruw: hier zitten alle ribosomen op die gemaakte enzymen in het lumen deponeren

• waaruit bestaat het golgi apparaat?

  uit drie lagen: cis - cisterna - trans. faciliteert transport van stoffen gemaakt door het ER naar de rest van de cel.

• wat is het verschil tussen endosomen en lysosomen?

  lysosomen verwerken stoffen die in de cel aanwezig zijn (lage pH). endosomen sorteren de stoffen die door lysosomen verwerkt kunnen worden. endosomen ontwikkelen zich tot lysosomen.