1903: Een vreemd schijnsel - Het einde van de zekerheid
12 belangrijke vragen over 1903: Een vreemd schijnsel - Het einde van de zekerheid
*Blom beschrijft het tijdsconcept van Henri Bergson. Hij noemt hem een 'filosofische parallel of voorloper' van Einstein. Waarom kan Bergson worden beschouwd als filosofisch voorloper van Einstein?
De 'gemeten' kloktijd werd vervangen door het idee van 'geleefde' tijd.
Net als Einstein probeerde hij de tijd te bevrijden 'van de oude manieren om tegen de wereld aan te kijken'. Bovendien benadrukte hij dat de tijd geen absolute waarde is, maar dat hij afhangt van de waarnemer. Hij beweerde echter dat dit niet afhing van diens beweging, zoals Einstein beweerde, maar van het structurerende vermogen van het geheugen en het bewustzijn.
De relativiteittheorie van Einstein loopt samen met stromingen in de filosofie. Welke stroming wordt bedoeld en wat is de kern van deze stroming?
Ook de filosofische parallel van Bergson lijkt hierop: Bergson stelt dat zuivere tijdsduur niets met maken heeft met ruimte of de afstand tussen de minuten op een wijzerplaat. De ervaring van tijd is juist geheel anders: het constant uitdijen en inkrimpen van tijd maakt dat tijd soms heel snel gaat en soms juist heel langzaam.
De ontwikkelingen in de wetenschap maakte dat men onzeker werd over wat werkelijkheid is. Welke denkbeelden waren er over de werkelijkheid/waarheid?
- William James stelde dat alleen dat wat goed voor je is ook werkelijkheid is.
- Vaihinger stelt dat we intellectuele modellen van de wereld maken die we behandelen alsof ze overeenkomen met een realiteit die we niet kunnen kennen. De modellen zijn een middel om de uitdagingen van het leven aan te gaan. Ze hebben niet van doen met de werkelijkheid.
- Ortega y Gasset bracht alle kennis en ervaring terug tot individuele omstandigheden en veranderlijke perspectieven. Een zogenaamde onveranderlijke en unieke werkelijkheid bestaat niet: er bestaan net zoveel werkelijkheden als perspectieven.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat ontdekte Ernst Rutherford?
In deze periode van verwarring over de werkelijkheid, twijfels over de taal en de veelvoudige perspectieven van de menselijke ervaring werd het modernisme geboren. Noem enkele kenmerken van het modernisme en enkele kunststromingen die hiertoe gerekend worden
Individuele gezichtspunten werden steeds belangrijker . Kunstenaars werkten met wat zij zagen: nergens zijn de versplintering van identiteiten en de fragmentering van ruimte en treffender uitgedrukt dan in de beeldende kunst, op de doeken van Picasso en Braque, Malevitsj, Kadinsky, Carrà en Boccioni.
Enkele kunststromingen die tot het modernisme gerekend worden zijn:
- kubisme
- fauvisme
- futurisme
- expressionisme
Wat was de verdienste van Einstein?
De meeste wiskundige en natuurkundige begrippen van zijn theorie waren al bekend, maar geen van zijn collega’s had intellectuele moed de beslissende stap verder te gaan: die van het onbekende.
Wat waren de verdiensten van wetenschappers als de Curies, Rutherford, Max Plack en Niels Bohr?
Welke werken hebben verwantschap met Einsteins radicatle relativiteit van tijd en ruimte?
Fransman Henri Bergson (1859 – 1942) Essai sur les donnees immediates de la conscience
Tijd wordt gegijzeld door ruimte. Meten van tijd in termen van beweging door de ruimte, op de wijzerplaat van klok, onderwerpt de duur van de zuivere ervaring aan de tirannie van de kwantiteit van het tellen en afmeten. Ervaring van tijd is een constant uitdijen en inkrimpen, dat nu eens voorbij vliegt en dan weer langzaam voorbij loopt
Kunt u beschrijven wat er in het schilderij van Picasso 'Meisje met de mandoline' gebeurt met ruimte en tijd? Let daarbij goed op de totale indruk die de voorstelling maakt, op de val van schaduwen en op het onderscheid tussen de figuur en de achtergrond. Verbind uw eigen observaties met de beschrijving van Blom.
Wat is de opvatting van de Fransman Henri Bergson over tijd?
Wat was de opvatting van de Amerikaanse filosoof William James? (1842- 1910)
Wat stelt de Duitser Hans Vaihinger in zijn Philophie des Als Ob (1911)
Deze modellen zijn eigenlijk niets anders dan intellectuele middelen om de uitdagingen van het dagelijks leven, de wetenschap en de kunsten aan te gaan.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden